Eerlijker en efficiënter?

Nog even en de Installatievakbeurs gaat weer van start in Hardenberg. Ongetwijfeld zullen standhouders, experts en bezoekers weer tekeergaan tegen de manier waarop onze branche is ingericht. “Het kan allemaal veel eerlijker, transparanter en efficiënter”, valt er dan vaak te horen. “Kijk bijvoorbeeld eens naar de auto-industrie.” Maar klopt dat wel?

We zeuren er wat op los als branche. Over de magere marges, de organisatie van bouwprojecten, de faalkosten en ga zo maar door. Vaak wijzen fabrikanten, leveranciers, adviseurs en wetenschappers dan naar de auto-industrie, waarin alles “efficiënter en eerlijker” zou zijn georganiseerd. We spraken erover met Ted Sluymer, al decennialang auto-journalist.

Kan je de auto-industrie wel vergelijken met onze branche? Laten we het eens stap voor stap bekijken, te beginnen bij de ontwerpfase.
“Je kan een architect vergelijken met de ontwerpafdeling van een autofabrikant. In de bouw weet je wie de ontwerpers zijn, in de auto-industrie blijft dat geheim normaliter. Er is nul transparantie. Er worden wel teasers de wereld in gestuurd voordat de nieuwe auto officieel wordt gelanceerd. Vaak met plaatjes om je vingers bij af te likken. Wat dat betreft loopt de bouw al snel achter de feiten aan heb ik gemerkt. Pas nu kunnen ze mooie renderings laten zien.”

Als het ontwerp rond is, volgt er dan een aanbesteding? Hoe liggen de onderlinge machtsverhoudingen op dat moment?
“Er vindt geen aanbesteding plaats. De autofabrikanten hebben de touwtjes strak in handen. Zij selecteren de toeleveranciers en bepalen hun winst. Dat kan onder andere omdat er veel minder autofabrikanten zijn dan opdrachtgevers in de bouw. De toeleveranciers, je kan het op je vingers natellen, worden dus uitgeknepen. Onderaannemers in de bouw- en installatiebranche harken vaak nog geld binnen via meerwerk. Ze krijgen dat deels voor mekaar, omdat de opdrachtgever minder eigen deskundigheid in huis heeft. Autofabrikanten hebben die expertise wel, ze kunnen dus hele scherpe prijzen bedingen. Het heeft weinig zin om te protesteren of bijvoorbeeld te proberen om van overheidswege andere regels af te dwingen. De auto-industrie zorgt voor werkgelegenheid. In een land als Duitsland bijvoorbeeld past men er wel voor op om een sector waar 800.000 mensen in werkzaam zijn hard aan te pakken.”

Maar het fabricageproces dan in de auto-industrie? Deskundigen in onze branche geven er altijd hoog van op…
“Ik heb zelf wel eens een huis laten bouwen en het viel me op dat de kozijnen er al lagen voordat ze geplaatst werden. Dat zie je in de auto-industrie niet gebeuren. Alles wordt ‘just-in-time’ aangeleverd om onnodige voorraden en eventuele beschadigingen etcetera te voorkomen. Het draait om efficiëntie en waar geautomatiseerd kan worden, zal ook geautomatiseerd worden, tenzij er bijvoorbeeld subsidies beschikbaar zijn om werkgelegenheid te behouden. Tegelijkertijd is de bouw een sector met veelal unieke bouwopgaven, een auto is meer een massaproduct. Een ander verschil heeft te maken met de betrokkenheid bij het product. Die lijkt me groter te zijn in de auto-industrie. En dat is ook goed te verklaren. Zo mogen fabrieksarbeiders een rondje rijden in de auto als hij de band is afgerold. Hoeveel medewerkers van een installatiebedrijf komen daadwerkelijk nog in een gebouw na de oplevering, tenzij het om klachtenafhandeling gaat?”

Hoe zit het met de onderhoudsfase?
“Autofabrikanten hebben nogal eens de neiging een auto goedkoop weg te zetten, maar er wel peperdure onderdelen in te verwerken. Zodra het een en ander vervangen moet worden, gaan ze dan toch nog goed eraan verdienen. Jullie kennen dat verschijnsel vast en zeker ook wel in de installatiebranche…

Tot slot voor nu: duurzaamheid is een belangrijke trend in de installatiebranche. Hoe zit dat in de auto-industrie?
“De autobranche gaat hierin mee, zolang haar eigen belang ermee gediend is. Het zijn beursgenoteerde bedrijven die constant denken aan hun aandeelhouders. Meestal moet je ze eerst het mes op de keel zetten, voordat ze gaan veranderen en bijvoorbeeld serieus werk maken van de transitie naar elektrische mobiliteit. Wat dat betreft loopt de bouw mijlenver voor op ons. Duurzaamheid is daar al veel verder doorgedrongen. Dat heeft ook deels te maken met het feit dat de overheid er krachtiger kan ingrijpen en zo allerlei regelgeving weet door te voeren.”