Te veel of te weinig?
Jarenlang werd er steen en been geklaagd over het binnenklimaat van scholen. Met name het ventilatieregime bleek vaak niet op orde te zijn. Maar toen kwam 2020. Nu klagen gebruikers juist dat er ‘overgeventileerd’ wordt. Bart Advokaat, energieadviseur van Merosch legt uit wat er aan de hand is.
Een docente Frans begint haar les. De scholieren zijn dik ingepakt. Ze dragen jassen, hebben fleecedekentjes over hun schoot, maar zitten nog te blauwbekken. De reden? Het is eind november, maar de ramen staan helemaal open. En tegen de kou kan zelfs geen overgedimensioneerde radiator opboksen. Hoe heeft het ooit zóver kunnen komen?
Laten we even het geheugen opfrissen. De afgelopen jaren zijn er heel wat initiatieven opgetuigd om het binnenklimaat in scholen te verbeteren. Kan je er drie noemen?
“Met het ‘Programma van Eisen Frisse scholen’ dat in 2008 door het RvO is ontwikkeld, was er een eerste stimulans om het binnenklimaat en ook het energiegebruik in scholen te verbeteren. Vervolgens zijn er rond 2015 in grote steden zoals Amsterdam en Rotterdam initiatieven opgetuigd om de luchtkwaliteit in bestaande scholen te verbeteren, vaak in samenwerking met de GGD. Daarnaast wil ik graag een nieuw initiatief noemen, namelijk de ‘Specifieke Uitkering Ventilatie in Scholen’. Met deze subsidie worden dezelfde doelen nagestreefd als in het PvE Frisse Scholen en bij de GGD-richtlijnen voor een goede luchtkwaliteit.”
Nog even recapitulerend: waar schortte het de afgelopen decennia vaak aan bij de ventilatie van schoolgebouwen?
“Voldoende luchtverversing. We kwamen bijvoorbeeld regelmatig situaties tegen waarbij de zonwering voor de gevelroosters was gemonteerd of de gevelroosters dichtgingen als het koud werd. Daarnaast liet het onderhoud vaak te wensen over, waardoor de filters dichtslibden en de kanalen smerig werden.”
De coronapandemie heeft daar radicaal verandering in gebracht. Hoe?
“De scholen moeten nu zoveel mogelijk ventileren. Veel gebouwen zijn daar niet op gemaakt, waardoor leerlingen en docenten zitten te koukleumen met open ramen.”
Ventilatie staat nu plotseling bovenaan de agenda van scholen. Merken jullie dat ook?
“Jazeker, als ik de geluiden in de markt mag geloven levert het zeker 20-30% meer werk op voor bijvoorbeeld adviesbureaus. Het gaat dan enerzijds om de inventarisatie van de bestaande voorzieningen en anderzijds om het verbetertraject inclusief ontwerpopgaven.”
Waar kiezen die scholen uiteindelijk meestal voor?
“Of een decentrale oplossing met een unit per lokaal of een centrale oplossing met kanalenwerk.”
Welke factoren geven meestal de doorslag bij de keuze?
“Hoogte van de lokalen, constructieve opbouw van het pand en het ruimtebeslag van het systeem. Een eventuele monumentenstatus kan ook een rol spelen, omdat je aan meer regels bent gebonden. Daarnaast doen lokale welstandscommissies regelmatig een duit in het zakje, door duidelijk te laten blijken waar hun voorkeur naar uitgaat.”
Ventilatie staat nu volop in de spotlights, de grote vraag is natuurlijk of die aandacht blijvend zal zijn na de pandemie…
“Ik denk van wel. In feite was er al sprake van een kentering voor de uitbraak van de coronacrisis. Dit is het extra zetje geweest. Meer en meer scholen zullen hun binnenklimaat op orde willen krijgen.”
En als we iets verder kijken naar de toekomst: hoe gaat het dan verder?
“Het is belangrijk om de noodzaak van goed onderhoud en beheer tussen de oren te krijgen bij schoolbesturen, want daar schort het nogal eens aan, zoals ik ook al eerder aangaf met voorbeelden. Het zijn nieuwe, complexe en ook dure installaties. We moeten natuurlijk niet in een situatie terecht komen waarin scholen de installaties niet goed onderhouden en we over een aantal jaar allerlei klachten krijgen te horen dat de investeringen in het binnenklimaat uiteindelijke geen vruchten hebben afgeworpen.”