Was de warmtepomp eerst nog een vooral airco-gelieerd product, tegenwoordig brengt elke fabrikant ‘die iets met verwarmen en koelen heeft’ wel een warmtepomp op de markt. Een rondje langs verschillende fabrikanten die onlangs een nieuw model introduceerden. Tijdens een speciaal kick-off event in het Nationaal Militair Museum in Soesterberg presenteerde LG een nieuwe range warmtepompen (hoofdfoto). De fabrikant liet de toegestroomde installateurs en belangstellenden kennismaken met de Integrated Water Tank, kortweg IWT. Geïntegreerde boiler Deze compacte lucht/water-warmtepomp bestaat uit een buitenunit en geïntegreerde boiler van 200 liter voor warm water. Hij kan worden toegepast bij nieuwbouw, renovatie en in appartementencomplexen. Alle hydraulische onderdelen zijn geïntegreerd, zodat geen onderdelen van andere leveranciers nodig zijn. De warmtepomp kan op een relatief klein oppervlak van ongeveer 60 x 70 cm geplaatst worden. Hulpverwarming is geïntegreerde (naar keuze 2, 4 of 6 kW). Volgens de fabrikant haalt de warmtepomp zelfs bij -20°C nog warmte uit de buitenlucht. Naast de IWT, presenteerde LG haar Therma V Monobloc met natuurlijk koudemiddel R32 (zie kader). Het betreft een volledig geïntegreerde lucht/water-warmtepomp met alleen wateraansluitingen naar het buitendeel en beperkte bedrading. Makkelijk te installeren dus.De warmtepomp is beschikbaar in uitvoeringen vanaf 5 tot aan 16 kW. De buitenunit van de kleinste variant is 95 cm breed bij een diepte van 33 cm, zodat deze vrijwel overal geïnstalleerd kan worden. Geen koeltechnische handelingen Panasonic lanceerde eind vorig jaar haar Aquarea Mono-bloc serie, variërend van 5 tot 16 kW.De units zijn voorzien van een compacte behuizing om zowel een snelle
Categorie: Techniek
Dat de cv-ketel zijn langste tijd gehad heeft is inmiddels duidelijk. Toch kan het voor installateurs lastig zijn consumenten te informeren over de alternatieve duurzamere mogelijkheden, zoals warmtepompen. Daarom heeft BDH de WarmtepompverkennerPro ontwikkeld, een online tool die de installateur hierbij helpt. De installatie van een duurzame verwarmingsinstallatie heeft meer voeten in de aarde dan de installatie van een cv-ketel. Hierdoor zijn sommige installateurs terughoudend om warmtepompen te adviseren. Terwijl deze techniek veel mogelijkheden biedt. Er is nu een tool ontwikkeld die de keuze vereenvoudigt: de WarmtepompverkennerPro. Digitale opname De kern van deze is een digitaal opnameformulier. Als installateur loop je, bijvoorbeeld tijdens een huisbezoek, samen met de potentiële klant door een digitale vragenlijst. Zo komen de belangrijkste zaken voor een goed advies over de verschillende typen warmtepompen automatisch voorbij. Ook is er de mogelijkheid de eisen en wensen van de klant mee te nemen. De tool geeft uiteindelijk een indicatie van het type warmtepomp dat in de woning past. Daarnaast geeft de verkenner aan wat de aandachtspunten zijn en waar kansen liggen voor verbetering van de woning in combinatie met een bepaalde verwarmingsinstallatie. Denk aan het optimaliseren van het afgiftesysteem, het verzwaren van de elektriciteitsaansluiting of een check op de ruimte voor installaties binnen en buiten de woning. Inzicht Elke opname wordt automatisch opgeslagen in de klantendatabase van de tool. Hierdoor is deze direct digitaal beschikbaar en makkelijk terug te halen en aan te passen. Ook kan worden aangegeven of de klant meer informatie wenst, er een offerte gemaakt
In dit artikel legt adviseur Ron Bosch aan de hand van een praktijkvoorbeeld uit welke afwegingen een installateur moet maken bij de keuze tussen een warmtepomp of HR-ketel. Hij beperkt zich daarbij niet alleen tot rendementen en kostenplaatjes, maar stipt ook aan met welke bouwkundige factoren rekening dient te worden gehouden. In november 2016 zijn in Rosmalen 20 nieuwbouwwoningen opgeleverd. Ik ben betrokken bij de revisie van het installatieconcept in enkele huizen. Ze zijn voorzien van een verkeerd installatieconcept, dat zorgt voor comforproblemen en torenhoge energierekeningen. Deze problemen kwamen echter pas na de ingebruikname aan het licht. De grootste boosdoener is de cv-ketel die niet terug kan schakelen naar zijn laagste vermogen, zodat het toestel constant in de pendelmodus staat. Is het zinvol om de HR-ketel te vervangen door een warmtepomp? Slim? Als we een warmtepomp laten installeren, kunnen we met 1 kWh Elektra 4,4 kWh thermisch vermogen opwekken. Zo op het eerste gezicht kan een HR-ketel daar niet tegenop boksen, maar klopt dat wel? Je zou je dan afvragen wat duurder is: gas of elektra? En kan je deze twee wel met elkaar vergelijken? Veel installateurs worstelen met dit vraagstuk. Ze weten ook niet hoe ze het in heldere bewoordingen kunnen uitleggen aan hun klanten. Ik zal in weerwil van het spreekwoord, toch proberen appels en peren met elkaar te vergelijken. Energetische waarde Om te beginnen kijk ik naar het verschil in energetische waarde. Om dat te doen moet ik eerst bepalen wat de energetische inhoud is van beide
Van recreatieoord naar mini stad. Het voormalige Tropicana wordt omgetoverd in een paradepaardje van de Blue Economy. Lees verder en maak kennis met een duurzaamheidsfilosofie die veel verder gaat dan gewone circulariteit. En ook zijn stempel gaat drukken op de installatiebranche. Tropicana was een icoon. Het tropisch zwemparadijs met disco, sauna en partycentrum opende in 1988 zijn deuren. In 2011 viel het doek voor Tropicana. Het recreatieoord ging failliet. Het pand kreeg met leegstand en verwaarlozing te maken en ging zienderogen achteruit. Schuldeiser Aegon liet in 2015 het gebouw veilen. Het bedrijf BlueCity010 werd de nieuwe eigenaar. Sindsdien is in Tropicana een interessant transformatieproces gaande, want de impact investeerder faciliteert circulaire ondernemers. Blauwe economie Tropicana wordt BlueCity. In deze mini stad worden de grondbeginselen van de Blauwe Economie in de praktijk gebracht. Waar hebben we het dan over? In de Blauwe Economie wordt in de basisbehoeften voorzien met wat lokaal voorhanden is. Het is gebaseerd op natuurlijke principes en gaat uit van samenwerking in plaats van concurrentie. In een ‘blauw businessmodel’ worden er altijd verschillende inkomensstromen gegenereerd, onder andere door afval / output van het ene proces te gebruiken als input voor een ander proces. De Blauwe Economie stelt zich ten doel welvaart te creëren zonder hierbij de (natuurlijke) omgeving te vervuilen of uit te putten. Koppelen reststromen In het voormalige Tropicana wordt dit nu stapsgewijs in praktijk gebracht. Het pand is een hub voor innovatieve bedrijven die reststromen aan elkaar koppelen. Zo vormt de koffieprut van Aloha Bar-Restaurant een
Vier jaar geleden bedacht hij een blauwdruk voor de ideale woning. Architect Geert van der Aa heeft zijn totaalconcept waarin uitgebreid aandacht wordt besteed aan architectonische, bouwkundige en installatietechnische facetten nog niet kunnen realiseren. Maar het vormt wel een ideale “onderlegger” voor gesprekken met klanten en bouwpartners. Dus ook met installateurs. De vorige keer dat we Van der Aa spraken was Architectuurstudio Breda nog gevestigd op de begane grond van zijn eigen woning. Met beperkte middelen en op een inventieve, duurzame wijze had hij een passende inrichting gerealiseerd. Destijds was het nog dringen op de markt, door de nasleep van de crisis. Hoe anders staan de zaken er nu voor. Sinds de economie is aangetrokken, wordt de jonge architect overstelpt met aanvragen. Van der Aa werkt bovendien niet meer thuis. Hij houdt nu kantoor in een hip bedrijfsverzamelgebouw aan de rand van het centrum. ‘Droomwoning’ Tijdens de crisis had Van der Aa online onderzoek verricht naar de ideale woning. Met behulp van een enquête, die door honderden mensen was ingevuld, ontwikkelde hij in 2014 de blauwdruk van de ‘droomwoning’. Van der Aa had in zijn vragenlijst ook installatietechnische eigenschappen opgenomen, zoals energieneutraliteit, high tech voorzieningen (domotica) en speciale sanitaire oplossingen. Top 5 In de top 5 stonden: 1. Veel daglicht; 2. Energieneutraal/duurzaam; 3. Aantrekkelijke materialen/details, 4. Integratie met de tuin en 5. Ruimtes afgestemd op het gebruik/de menselijke maat. Met punt 5 werd gedoeld op een goede analyse van het gebruik, zodat bijvoorbeeld woningen levensloopbestendig gemaakt kunnen worden, door al
Waar gaat het heen in de koeltechniek? Dat is een prangende vraag waarmee veel installateurs worstelen. Branchevereniging voor de koel- en klimaattechniek ‘NVKL’ probeert hier samen met haar leden grip op te krijgen door middel van marktverkenning en contact met haar achterban. Veel ontwikkelingen zijn terug te brengen tot twee megatrends: de koudemiddeltransitie en toenemende toepassing van warmtepompen. Zo onderzocht NVKL onlangs de toepassing van HFO’s (de vierde generatie synthetische koudemiddelen) als vervanger van koudemiddelen met een hoog Global Warming Potential (GWP). Global Warming Potential, of in het Nederlands aardopwarmingsvermogen, is een aanduiding voor de mate waarin een broeikasgas bijdraagt aan klimaatverwarming. Koudemiddelen met een hoog GWP dragen dus in sterke mate bij aan opwarming van de aarde. Voorbeelden zijn HFK-koudemiddelen R404a en R507a. Als gevolg van de F-gassenverordening zal het aanbod in hoog-GWP-koudemiddelen sterk afnemen. HFO’s en HFK’s met een laag GWP kunnen dit tekort deels opvangen. Daarnaast worden er steeds meer installaties toegepast met natuurlijke koudemiddelen zoals CO2, koolwaterstoffen en ammoniak. Sectoren Multinationals waarbij het koelproces een essentieel onderdeel van de bedrijfsvoering is, kiezen vaak voor natuurlijke koudemiddelen. Denk maar aan supermarkten, procesindustrie en vrieshuizen. Deze bedrijven hebben veel kennis in huis en zijn al een aantal keer eerder overgestapt op een nieuwe generatie synthetische koudemiddelen. Zij zoeken vooral naar zekerheid en duurzaamheid. In de markt waarbij het koelproces bij eindgebruikers maar een deel van de bedrijfsvoering betreft (scholen, ziekenhuizen, kantoren en dergelijke), ontstaat juist vraag naar HFO’s en HFK’s met een laag GWP. De fabrikanten spelen hierop
Hoge temperatuurwarmtepompen? Michel Deelen, van adviseur IDEA heeft er geen fiducie in. “Een kansloos verhaal. In de praktijk ben je al snel duurder uit, als je geen extra maatregelen neemt, om maar te zwijgen van de praktische problemen die erbij komen kijken om zo’n systeem te plaatsen.” In maart werd bekend dat de verplichte gasaansluiting per 1 juli vervalt. In de praktijk komt dat neer op een verbod. Duurzame installatieconcepten zullen dus al automatisch ingang vinden in de nieuwbouw. Maar hoe verduurzaam je de huidige woningvoorraad? Een groot aantal fabrikanten en leveranciers pleit voor een tweestappen strategie: stap eerst over op een hybride oplossing oftewel zet een warmtepomp bij de cv-ketel en schakel in een later stadium dan over op een verwarmingsconcept met alleen een warmtepomp. Op deze wijze blijft het betaalbaar voor de consument. Slechts een enkele fabrikant of leverancier houdt er een afwijkende mening op na en ziet meer heil in andere oplossingen, bijvoorbeeld door cv-ketels te vervangen door HRe-ketels of biomassa-systemen. Uitvoerbaarheid Michel Deelen kan zich vinden in de tweestappen strategie, maar heeft wel zijn bedenkingen over de uitvoerbaarheid. “Een hybride systeem is een prima tussenoplossing. Het kan redelijk renderen in het voor-en najaar. Maar men moet dan wel allereerst de energievraag beperken, dus het gebouw goed isoleren. Daarnaast ontbreekt het de installateur vaak aan de juiste kennis om een warmtepomp te installeren, in te regelen en te onderhouden. Ze zijn nauwelijks vertrouwd met innovatieve duurzame technieken. Bijscholing sneuvelt altijd als eerste als het druk is of
Eigenlijk was iedereen het wel met elkaar eens. Tijdens lezingen in het VSK-theater, op de stands van fabrikanten en in gesprekken met professionals op de beursvloer, werd overal dezelfde mening verkondigd. Hybride oplossingen gaan een gouden tijd tegemoet. De cv-ketel is een oudgediende, maar veel mensen weten niet dat de warmtepomp ook al langer dan 100 jaar bestaat. Aan het begin van de 20e eeuw werd de eerste warmtepomp in gebruik genomen. Het was geen succes. Pas de laatste jaren vindt de duurzame warmteopwekker breed ingang. Die ontwikkeling is heel recent in een stroomversnelling terecht gekomen. Directe aanleiding zijn de perikelen in Groningen en de kabinetsplannen van Rutte III. De CO2-uitstoot in Nederland moet in 2030 met 49 procent zijn teruggedrongen ten opzichte van 1990, vinden VVD, CDA, D66 en ChristenUnie. Dit wordt verankerd in een klimaatwet. Daarnaast moeten uiterlijk in 2030 alle resterende kolencentrales gesloten zijn. Nadat de duurzaamheidsparagraaf van het Regeerakkoord bekend werd, stroomden de Twitter- en Facebook-Timelines vol met de hashtag #vangaslos. Zowel consumenten als het bedrijfsleven zijn naarstig op zoek naar alternatieven voor de cv-ketel en komen dan al snel terecht bij de warmtepomp. Plug & Play Op de VSK maakten we een rondje langs de stands van Remeha, Nathan, Nefit en Duco en woonden we twee lezingen bij waarin experts het onderwerp aantikten. Het was in twee woorden ‘gillend druk’ op de stand van Remeha. Vooral in het straatje waar all-electric warmtepompen in de range tussen 4,5 tot 27 KW werden getoond. We spraken met
“De installateur is geen tovenaar die slechte gebouwen goed kan maken”, zegt Chris Zijdeveld. De duurzaamheidsconsultant en voormalig voorzitter van de Stichting PassiefBouwen verzorgde een interessante lezing tijdens de VSK. “Zonnepanelen worden gebruikt als aflaatbrieven om slechter te kunnen bouwen dan haalbaar is.” “Wie in Nederland wil bouwen moet aan vele eisen voldoen om de vereiste bouwvergunning te krijgen. Dat zou een goede zaak zijn als de eisen weloverwogen waren opgesteld om het gewenste doel te bereiken: een energiezuinig, stevig, comfortabel en gezond gebouw met een hoog thermisch comfort en een goede binnenluchtkwaliteit. En liefst ook nog zonder een hoge milieubelasting.Voor de installateur zijn de eisen die gelden voor de energieprestaties van het gebouw het meest interessant. EPC Bij de aanvraag van de bouwvergunning moet een berekening worden overlegd waaruit blijkt dat de berekende Energie Prestatie Coëfficiënt (EPC) onder een bepaalde waarde blijft. Die EPC moet worden berekend volgens de Energie Prestatie Norm (EPN).Al bij het uitkomen van die norm, in 1996, wees het Energieonderzoek Centrum Nederland (ECN) in een rapport op de systematische fout in de norm van het op één hoop gooien van gebouw en installatie. Levensduur van gebouw en installatie zijn immers heel verschillend en de kwaliteit van een gebouw over de gehele levensduur kan alleen tijdens de bouw relatief gemakkelijk worden beïnvloed, terwijl verbeteringen aan de installatie tijdens de levensduur regelmatig voorkomen. Helaas bleef dit rapport met toekomstvisie zonder gevolgen. Rampzalige wijziging Bij de laatste wijziging van de EPC berekening werd het onlangs mogelijk gemaakt om
Op de VSK bezochten wij ook een aantal experts op het gebied van warmte-afgiftesystemen. Ze signaleerden allemaal een toenemende populariteit van stralingsverwarming. Zowel in de vorm van vloerverwarming, infaroodpanelen als elektrische radiatoren. Verslag van een rondje langs Rehau, Stelrad, Warp en Etherna. EPC, BENG, Breeam, WELL, NOM…. wat hebben ze met elkaar gemeen? Ze lijken allemaal de populariteit van straalverwarming in de hand te werken. Waar aanvankelijk flink gepionierd werd, met alle mislukkingen of halve oplossingen die ermee gepaard gaan, lijkt nu een stevig fundament te rusten onder nieuwe maatregelen, concepten en keurmerken. BENG en NOM om maar twee voorbeelden te noemen, grijpen grotendeels terug op de Trias Energetica. Volgens deze routebeschrijving naar een duurzame gebouwde omgeving moet eerst de (thermische) energievraag tot een minimum worden teruggebracht. Bijvoorbeeld door de gebouwschil goed te isoleren. Vervolgens is het zaak om de resterende energiebehoefte zo duurzaam mogelijk in te vullen. Blijft er daarna nog een vraag over, dan wordt geadviseerd om te zoeken naar energie-efficiënte oplossingen met fossiele brandstoffen. Elektrische stralingspanelen De Trias Energetica is in een rap tempo aan het inburgeren in de bouwkolom. Op de VSK werd er dan ook veelvuldig aan gerefereerd. Bijvoorbeeld tijdens verschillende presentaties in het VSK-theater, onderonsjes tussen bezoekers en op de stands van fabrikanten. Zo signaleerde Etherma een groeiende belangstelling voor verwarmingsoplossingen met elektrische infaroodpanelen.De oorzaak: “verduurzaming. De kwaliteit van de gebouwschil wordt aangepakt, #vangaslos is een trend en de maatschappij lijkt all-electric oplossingen te gaan omarmen.” Allemaal ontwikkelingen die nauw aansluiten op het gedachtegoed