“De energietransitie zorgt ervoor dat er geen losse producten nodig zijn maar integrale oplossingen, zoals combinaties van pv-panelen, warmtepompen, lt-vloerverwarming en balansventilatie.” Dat stelt Harold van den Belt, algemeen directeur van groothandel Wasco, in deze uitgave. Zijn bedrijf stelt zich om die reden steeds meer op als adviseur en kennispartner. Ook al vanwege het nijpende gebrek aan technische expertise in de branche. Juist daarom is het zo belangrijk dat er nog vakbeurzen (en ook vaktijdschriften als IZ) bestaan, hoewel de hang naar vluchtige digitale informatievoorziening steeds meer de overhand krijgt. “Beurzen bieden een ideale gelegenheid om in een sneltreinvaart een totaaloverzicht te krijgen van alle ontwikkelingen in het vakgebied”, legt Van den Belt uit. En dergelijke vakkennis is broodnodig. Daarom staat Wasco ook dit jaar, samen met nog zo’n 200 andere exposanten, op de Installatie Vakbeurs Hardenberg. De van oudsher drukbezochte regionale beurs – die overigens meer dan alleen regionale bezoekers trekt – speelt dit jaar in op het nijpende personeelstekort in de installatiebranche. Reden te meer om naar het Noordoosten af te reizen.
Categorie: Vooraf
Bijna iedere uitgave focust de redactie zich op een water gerelateerd onderwerp, variërend van badkamer, toilet tot keuken. Zolang het de installatietechniek maar raakt. We hebben nu eenmaal minder affiniteit met opgeblazen verhalen over ‘minimalistische ontwerpen met heldere, tijdloze lijnen’, wat dat ook allemaal moge betekenen. Eens in het jaar staan we uitvoeriger stil bij alles wat met water in woningen en kleine utiliteit te maken heeft. Zo duiken we in deze uitgave o.a. in de wereld van corrosie. Hoe is dit in gesloten waterzijdige systemen te voorkomen? ISSO maakte er een (herziene) publicatie over, die binnenkort verschijnt. Net zo interessant is het project Superlocal, waarin wordt geanticipeerd op de waterproblematiek door hevige regenbuien en lange perioden van droogte als gevolg van klimaatverandering. Circulaire waterkringloop en materiaalgebruik spelen een belangrijke rol. De installateur zal hiermee steeds vaker te maken krijgen. Kortom, het onderwerp water reikt verder dan nietszeggende teksten over ‘waterbelevingen die alle zintuigen raken’. Niet dat beleving geen rol speelt. Maar eigenlijk gaat het toch vooral om de techniek erachter.
Hoewel diverse instanties de economische groeipotentie inmiddels temperen, heerst er nog altijd een positieve stemming bij zowel consumenten als ondernemers. Vooral de installatiebranche lijkt zich voorlopig nergens zorgen over te hoeven maken. Er spelen zoveel ontwikkelingen – duurzaamheid, digitalisering, ontzorging etc. – die vragen om innovaties (en vakkrachten), dat van marktverzadiging nog lang geen sprake is. Geen betere indicatiemeter dan ’s werelds grootste vakbeurs voor de installatiebranche, ISH. Voorafgaand aan die van afgelopen februari waren de verwachtingen hoog gespannen. Op de beursvloer bleek het sentiment zeker positief. Niet eens zozeer vanwege alle noviteiten (want dat viel eigenlijk best mee, of tegen). Vooral de statistieken onder exposanten en bezoekers spraken boekdelen. Bijna iedereen gaf aan de toekomst vol vertrouwen tegemoet te zien. Mooi dat dit soort vakbeurzen nog bestaat, ondanks dat fysieke kennisoverdracht steeds vaker plaatsmaakt voor een digitale variant. Tegen een positief gestemde beursvloer vol direct met elkaar in contact tredende exposanten en bezoekers kan uiteindelijk geen enkele vorm van sociale media op.
De warmtepomp blijft de gemoederen in de samenleving bezighouden. Het gaat dan veelal niet om de techniek die erachter schuilt maar meer om vragen als: is dit nu echt hét alternatief, kan ik in mijn huis wel een warmtepomp toepassen en verdien ik mijn investering ooit terug? Vragen die ervoor zorgen dat de consument vooralsnog aarzelt om massaal over te stappen op dit duurzame alternatief. Tenminste, als die vragen door de installateur en installatieadviseur niet adequaat worden beantwoord. De consument aan de warmtepomp helpen vereist dus vaardigheden, die voor het verkopen en installeren van cv-ketels nooit nodig waren. In het artikel ‘Duurzaamheid verkopen’ op pagina 40 in deze uitgave meer hierover. Wat vooral blijkt: informatieverstrekking is zo belangrijk. Maar in IZ willen we natuurlijk (of juist) ook de technische kant van warmtepomp belichten. Dan gaat het bijvoorbeeld om rendement, wel/niet moduleren of warmteverlies. Niet dat de warmtepomp een nieuw product is, verre van dat. Maar de techniek erachter is dat grotendeels wel en verdient daarom extra aandacht. Zeker als de consument straks wel massaal overstapt. Niet aarzelen dus en lezen deze uitgave.
Ieder zichzelf respecterende fabrikant van installatieproducten prijst deze aan als slim of smart (want in het Engels klinkt het nog fraaier). Het woord ‘slim’ verdringt daarmee woorden als ‘efficiënt’ en ‘eenvoudig’ zo langzamerhand uit persberichten en reclame-uitingen. Logisch eigenlijk. Met ‘slim’ kun je een veel breder spectrum voordelen van een product met één woord omschrijven. Zo staat in de installatietechniek ‘slim’ voor technische oplossingen die verduurzaming betaalbaar maken, zoals de waterstofketel. Maar ook voor technische oplossingen die het werk fysiek makkelijker maken, zoals innovatief gereedschap. Of voor technische oplossingen die de montagetijd verkorten en inpassing in bestaande oplossingen mogelijk maken, zoals prefab oplossingen. Maar je kunt ook slimmer omgaan met de tijd en krachten van werknemers. Of slim inkopen door bijvoorbeeld op zoek te gaan naar goedkopere, maar kwalitatief goede producten die verkrijgbaar zijn via Chinese websites. Slim zijn biedt dus vele mogelijkheden. Waarom zou je hier geen gebruik van maken? Of, zoals een bekend voetbalcoach ooit zei: “Ben ik nou degene die zo slim is of ben jij zo dom?”
Ruim tien jaar geleden zat balansventilatie in het verdomhoekje. In de Amersfoortse nieuwbouwwijk Vathorst werden honderden mensen chronisch ziek van hun huis waarin deze vorm van ventilatie was toegepast. Bewoners zeiden destijds dat het ‘voelt alsof ze in een plastic kooi wonen waar ze door een klein gat moeten ademhalen’. Hoe anders is de situatie nu. Technologische vernieuwingen, een stijging van het algemene kennisniveau en de groeiende vraag naar duurzame woningen hebben de afgelopen jaren juist gezorgd voor een enorme vraag naar balansventilatiesystemen, meldt ventilatieconsultant Jelmer de Jong in het artikel ‘The comeback kid’ in deze uitgave. Hij voorziet een zonnige toekomst. “Ik verwacht dat het marktaandeel binnen 5 jaar zal stijgen van zo’n 40% naar 65%.” Balansventilatiesystemen worden nu steeds vaker opgeleverd als onderdeel van prefab modules waarin o.a. ook duurzame technieken zijn opgenomen. Gevolg: minder faalkosten, snellere bouwtijd en beter op elkaar afgestelde installaties. De persoonlijke wensen van de gebruiker zijn daardoor nog beter in te vullen en garanderen. Over Vathorst hebben we het dus maar niet meer.
Het is allemaal geen nieuws meer: de installatiebranche speelt een prominente rol in de omschakeling naar een duurzame samenleving. Niet alleen nu maar minimaal de komende decennia. Sinds de vondst van de gasbel in Slochteren namen vooral de cv-ketels een dominante plaats in. Maar die tijd ligt nu achter ons. Vandaag gaat het vooral om de warmtepomp als er gesproken wordt over een alternatieve, duurzame manier van verwarmen. Toch is het nog maar de vraag of die een zelfde dominante plaats zal gaan innemen als de cv-ketel ooit wist te veroveren. In de nieuwbouw lijkt dit er wel enigszins op, hoewel ook warmtenetten hier aan een opmars bezig zijn (zie het artikel ‘Duurzame restwarmte’ verderop in deze uitgave). Maar het is vooral de bestaande bouw waarin de warmtepomp niet altijd als ultiem alternatief tot zijn recht lijkt te komen. Dit ondanks het feit dat er steeds meer uitvoeringen verschijnen die juist voor dit segment een uitkomst kunnen bieden. De tijd zal, zoals gebruikelijk, leren welke alternatieven de langste adem hebben. Maar één ding lijkt al zeker: er komt sowieso meer diversiteit in verwarming dan tot voor kort met de cv-ketel gebruikelijk was.
Het duurt nog even voordat alle woningen en gebouwen in ons land van het gasnet zijn losgekoppeld. De bestaande bouw vormt, zoals bekend, het probleem. Daarin gaat het om meer dan het simpelweg vervangen van een cv-ketel. Ingrijpende en dus dure isolatiemaatregelen zijn minstens zo belangrijk en noodzakelijk. Maar ook de traditionele warmteafgiftesystemen moeten doorgaans nog vervangen worden. Voor menig doorsnee huishouden is dit een onhaalbare financiële kaart. Tenminste, als het gaat om het vervangen van cv-ketels door bijvoorbeeld warmtepompen. Het overschakelen naar systemen die werken met afgifte op lage temperatuur vergen nu eenmaal dit soort flinke aanpassingen. Maar de ontwikkelingen staan niet stil. De laatste tijd duikt bijvoorbeeld steeds vaker het woord waterstof op als mogelijk alternatief, waarvoor het huidige aardgasnet relatief eenvoudig geschikt kan worden gemaakt. De toepassing ervan moet echter nog wel verder onderzocht worden. En dat gebeurt inmiddels met een eerste proefproject in Rozenburg, waar vanaf begin 2019 lokaal waterstof wordt geproduceerd met groene stroom en via een separaat gasnet getransporteerd wordt naar het ketelhuis van een appartementencomplex. Een bijzonder project, om zeker in de gaten te houden. Zoals ook in deze uitgave projecten worden belicht die de moeite van het lezen meer dan waard zijn.
Internet of Things (IoT) staat nog in de kinderschoenen in de installatiebranche. Maar dat kan heel snel veranderen, misschien wel sneller dan u zelf denkt. ‘Moet ik daar nu ook al in meegaan’, zal menig installateur denken. U heeft het immers al zo druk. Bovendien vragen nieuwe technieken zoals warmtepompen om aanvullende kennis. Bijscholing dus, en daar ontbreekt weer (reguliere) tijd voor. Toch is het verstandig om nu alvast wat kennis bij te spijkeren op IoT-gebied. Geleidelijk aan zullen de innovaties de sector binnenstromen. “En dat heeft gevolgen voor alle installateurs. Van groot tot klein”, benadrukt Jasper Kuin, een IoT-deskundige die in deze uitgave aan het woord komt. “Cv-fabrikanten zijn al bezig met het ontwikkelen van slimme ketels. Binnen een jaar zijn die waarschijnlijk op de markt.” En dan verandert er toch wel iets. Kuin: “Als je een slimme cv-ketel installeert hoef je alleen nog maar je gezicht te laten zien als je een foutmelding krijgt. Misschien is de jaarlijkse onderhoudsbeurt dan niet meer nodig.” Kijk, dat is prettig, want dat neemt gelijk wat werkdruk weg. Maar even zo goed gaat er ook omzet verloren. Passief blijven is dus geen optie. Ook al omdat Kuin verwacht dat spelers met een andere achtergrond de installatiemarkt zullen betreden; zoals Carglass, Über en Bol.com andere branches al hebben opgeschud. Tja, daar zit u waarschijnlijk ook niet op te wachten.
De afgelopen zomer beleefden we een recordlange hittegolf. De temperaturen kwamen op een gegeven moment nog nauwelijks onder de 25 graden Celsius. Lekker, om de vakantie bijvoorbeeld een keer in eigen land door te brengen. Lekker ook voor menig installatiebedrijf gespecialiseerd in airconditioning. Maar iets minder lekker voor degenen die in deze overhitte periode overuren moesten draaien om, misschien zelfs, een cv-ketel te vervangen in voorbereiding op de komende winterperiode. Want nu de herfst zijn intrede doet zal verwarming toch echt weer nodig zijn. Maar wie denkt (of hoopt) dat daarvoor geen nieuwe cv-ketels meer worden geïnstalleerd nu de ‘molen van de energietransitie’ volop draait, komt bedrogen uit. Weliswaar is er steeds meer aandacht voor duurzamere – lees aardgasloze – alternatieven, maar blijkt ondertussen dat vorig jaar 3% meer hr-ketels zijn verkocht dan in 2016. Dit terwijl de verkoop van warmtepompen juist afvlakt, nadat er de afgelopen jaren steeds meer van zijn verkocht. De hr-ketel domineert dus nog steeds de markt: er zijn in 2017 vijf keer zoveel hr-ketels verkocht als warmtepompen. De ketel is kennelijk nog niet op zijn retour. Vooral teleurstellend is dat het aantal plaatsingen in nieuwbouwwoningen de afgelopen jaren bleef stijgen. Juist deze woningen zijn bouwtechnisch vaak uitermate geschikt voor een warmtepomp.