Ook onze sector zit midden in de integrale gezondheids-, maatschappelijk- en economische crisis. Hele waardeketens ondervonden al vanaf januari een terugval in omzet. Werden de eerste waarschuwingen richting onze sector min of meer weggehoond, dreigen deze nu toch werkelijkheid te worden. Volgens een bericht van Techniek Nederland (16 april) ‘moet de grote klap nog komen’. Digitaal wordt voor veel zaken het nieuwe normaal. Want een ding is wel zeker: alles zal niet zo snel weer bij het oude zijn. De crisis heeft er toe geleid dat de wereld massaal digitaal ging. Partijen die hierop ingesteld waren, doen relatief goede zaken. In een eerdere blog heb ik gezegd: “Elke installateur wordt een ICT dienstverlener”. Ik werd door sommigen nog net niet voor gek verklaard. Maar zie nu, de bedrijven die ook een ‘online’ strategie hebben gekozen en business wise dit hebben vertaald naar bijvoorbeeld xAAS-concepten of Servitisation, merken nu het verschil. Onze branche en een 1,5 meter economie, dat vraagt veel creativiteit. Aan de oppervlakte zijn er twee vragen te stellen: gebruikt u de digitale mogelijkheden optimaal? En: heeft u de digitale mogelijkheden vertaald naar een goed business model? Kijk je wat dieper, is er een andere essentiële vraag te stellen. Is de waardepropositie (kernbelofte) van uw organisatie al ingericht om digitaal ook echt functioneel bij te dragen aan de veranderende (latente) behoefte van uw klant? Heel concreet: hoe maak je sensortechnologieën functioneel toepaspaar in een 1,5 economie? Bruikbaar, veilig (ook in privacy), schaalbaar etc. Ook bij een online waardepropositie draait
Auteur: Ruud
“Mijn neef zei vroeger altijd: ‘Marcel als jij centjes wil verdienen, moet je installateur worden’. Raar hoe zoiets je bijblijft. Ik heb zijn advies opgevolgd en hij had gelijk. En daarnaast bleek het ook nog een fantastisch beroep te zijn. Aan het woord is Marcel Bakker, van Marcel Montage en Onderhoud. Na de technische school begon hij bij een loodgieter, stapte vervolgens over naar een verwarmingsbedrijf, maakte een uitstapje als politieagent, maar besloot toch weer terug te keren naar de branche. “Mijn hobby is motorrijden. Ik ben 1 jaar werkzaam geweest bij de politie. Ik heb alleen een makke, ik zeg altijd wat ik op het hart heb en dat werd me niet altijd in dank afgenomen.” Eigen bedrijf In 2005 nam hij een beslissende stap. Hij begon voor zichzelf. En daarmee was ‘Marcel Montage en Onderhoud’ geboren. “En daar ben ik nog steeds blij mee. Ik heb een geweldig vak. Ik kom bij Telegraaf-lezers thuis, maar ook bij topmanagers uit het bedrijfsleven. En met al die mensen maak je wel eens een praatje. Het is fascinerend hoe verschillend iedereen tegen het leven aankijkt, het heeft mijn horizon enorm verbreed.” Personeel? Hoewel zijn bedrijf goed draait, moet Marcel er niet aan denken om personeel in dienst te nemen. “Nee zeg, alsjeblieft, personeel daar word je niet vrolijk van. Je hebt er altijd lui tussen zitten die de kantjes ervan af lopen en bovendien ken ik mijn vaste klanten door en door. Ik heb het overzicht, waardoor ik en snel aan
Wel eens gehoord van een loodklopper, optromptang of een echte ‘Louise’? In deze rubriek willen we klassiek gereedschap en oude installaties aan de vergetelheid ontrukken. Dat doen we met de hulp van gereedschapsfabrikanten en Jaap Schut, een gepensioneerde installateur die nu bezig is een heus museum voor installatietechniek op te zetten. De trouwe lezer van IZ zal zich nog wel herinneren dat we eerder dit jaar uitgebreid aandacht hebben besteed aan Jaap Schut en zijn collectie. Schut was vanaf zijn 15e tot zijn pensioen in 2017 werkzaam in de installatiebranche, waarvan grotendeels als dga van het familiebedrijf. Al die jaren verzamelde hij historisch gereedschap en oude installaties. Van antieke geisers, baden en gaskachels tot afsnijtangen en een heuse bitumenketel. Museum i.o. De zestiger deed na zijn pensionering zijn bedrijf van de hand, maar heeft nog wel een eigen loods waar al zijn historische curiositeiten staan uitgestald. Regelmatig leidt hij op aanvraag groepen rond. Schut wil nu de nalatenschap van zijn familiebedrijf en andere installateurs veiligstellen voor het nageslacht. Het liefst in de vorm van een museum en als het even kan in zijn geliefde Naaldwijk. Nieuwe rubriek Ook IZ toog naar Naaldwijk. Tijdens de rondleiding, werd het idee geboren om meer ruchtbaarheid te geven aan de geschiedenis van ons vakgebied. Een rubriek met bijzonder gereedschap leek ons de aangewezen route om dat doel te bereiken. Schut zei direct zijn medewerking toe en leverde het nodige fotomateriaal aan. Inmiddels is ook gereedschapsfabrikant Gedore Technag aan boord. Dat er nog meer mogen
Eind maart kwam minister Wiebes met de Groen-Gas-Routekaart en de Waterstof-visie. Deze zijn koersbepalend voor de ontwikkelingen in de energietransitie. Het blijkt dat we ook in 2050 nog voor 30-50% afhankelijk zullen zijn van gasvormige energiedragers. Het terugbrengen van de energie- en aardgasvraag binnen de gebouwde omgeving is een eerste stap en kan, aldus Wiebes, onder andere door ‘hybridisering’. Volgens de Nederlandse Verwarmingsindustrie is dit mogelijk voor maar liefst 5 miljoen bestaande grondgebonden woningen. Ook voor gemeenten is hybridisering een logische stap. Want met behoud van het bestaande gasleidingnetwerk en zonder grootschalige verzwaring van het elektriciteitsnetwerk, kunnen in veel wijken de bestaande hr-cv-installaties blijven werken én met toevoeging van warmtepompen de klimaatdoelstellingen gerealiseerd worden. De warmtepomp in combinatie met een hr-cv-ketel is direct in staat om het aardgasverbruik én de CO2 uitstoot te reduceren. Met het installeren van een hybride installatie kan het verduurzamen van een bestaande woning bovendien stapsgewijs gebeuren. Met behoud van kwaliteit, veiligheid én betrouwbaarheid. Het installeren een verwarmingsbron anders dan de traditionele ketel, betekent voor de installateur een langere installatietijd. Oók het onderhoud zal meer tijd in beslag gaan nemen, omdat het complexere apparaten betreft om te onderhouden en in te regelen. De druk op de installateur zal daardoor alleen maar toenemen. Zeker nu een aantal onderhoudscontracten, vanwege de coronacrisis, vertraging oploopt. Deze bijzondere tijden maken duidelijk dat de toekomst voor praktische plug & play oplossingen die zelf aangeven of er service en/of onderhoud noodzakelijk is open ligt. Daarnaast blijft met het oog op het verduurzamen
De branche doet er alles aan om in tijd van coronacrisis de boel draaiende te houden. Zowel grote als kleine installatieprojecten vinden nog doorgang, waarbij maatregelen in acht worden genomen om dit ook verantwoord en veilig te kunnen doen. Ook wij als redactie blijven gedreven doorwerken om de branche van het noodzakelijke vaknieuws te voorzien. Want ondanks de crisis zijn er voldoende ontwikkelingen die onze aandacht verdienen. In deze uitgave staan bijvoorbeeld de warmtepompen en aanverwante technologieën centraal, die in de energietransitie een belangrijke rol spelen. Toch hebben we besloten om de laatste printuitgave van InstallateursZaken die vóór de vakantieperiode verschijnt – namelijk die van juni – niet te gaan maken. Belangrijkste reden hiervoor is dat onze redactiemedewerkers alleen nog maar vanuit huis werken. We merken dat het hierdoor lastiger is geworden om de kwaliteit van onze artikelen in deze situatie op het niveau te houden dat u van ons gewend bent. Ook ontstaat er steeds meer tijdsdruk, omdat de mensen die wij interviewen of die we om een gastbijdrage vragen, hiervoor minder tijd kunnen vrijmaken. Gelijktijdig zien we dat door het vele thuiswerken in de branche het bezoek aan onze online-mediakanalen juist explosief is toegenomen. Daarom maken we van de nood nu een deugd: in ieder geval tot en met augustus gaan we onze redactionele inspanningen volledig richten op onze digitale mediakanalen. We blijven vakinhoudelijke artikelen maken maar die plaatsen we gewoon direct wanneer ze klaar zijn. Dus geen harde deadline voor één specifieke uitgave, maar simpelweg zo snel
Het komende decennium gaan we als branche over op circulaire gebouwinstallaties, daar is geen twijfel over mogelijk, volgens Merosch. Het adviesbureau heeft in samenspraak met leveranciers de afgelopen tijd al verschillende circulaire installaties weten te realiseren. Adviseur Nordin Oudshoorn weet er meer over. De transitie naar gezond- en energiezuinig bouwen is in volle gang. Wie een aantal weken geleden de VSK heeft bezocht, zal hier ongetwijfeld nog eens duidelijk aan zijn herinnerd. Binnen dit proces zal naar verwachting de overstap op circulair bouwen de komende jaren steeds meer aandacht krijgen. Wet- en regelgeving gaan ervoor zorgen dat we bij nieuwbouw en verbouwingen slechts een zeer lage milieubelasting mogen hebben. Installaties zijn doorgaans verantwoordelijk voor gemiddeld een derde van de totale milieubelasting bij nieuwbouw of verbouwingen. Het is dan ook geen Rocket Science om tot de conclusie te komen dat op ons vakgebied de komende jaren grote veranderingen gaan plaatsvinden. Principes Circulariteit is op zichzelf een duidelijk begrip; je zorgt voor een gesloten kringloop van materialen en grondstoffen. Er zijn verschillende manieren om dit voor elkaar te krijgen. Samenvattend zien wij 4 belangrijke hoofdthema’s/principes die een gebouw en/of installatie circulair maken, namelijk: Flexibel bouwen: sta in het ontwerp stil bij het faciliteren van functieverandering van gebouwen en installaties over een tijdsbestek van tientallen jaren. Demontabel bouwen: denk na over de manier waarop een gebouwinstallatie ontworpen wordt, zodat deze weer (geheel) schadevrij uit elkaar te halen is. Minimaliseer milieu-impact door materiaalkeuze of hergebruik: ga na of materialen uit gebouwinstallaties vervangen kunnen worden
Gebruikersgemak, systeemintegratie, duurzaamheid, digitalisering… Wedden dat u het rijtje wel kunt afmaken? Zo verrassend zijn de beurstrends namelijk niet de afgelopen jaren. Wat viel ons dan wel op tijdens ons VSK-bezoek? De waterstofketel maakt eindelijk zijn entree en modulair bouwen, waarbij al in een vroeg stadium een woning/utiliteitsgebouw Smart System Ready wordt gemaakt, begint opgang te maken. De sfeer was zonder meer goed. Over het algemeen waren de standhouders positief over de aanloop van bezoekers. Althans, zolang ze over het soort professionals hadden. Meerdere malen kregen we te horen dat “deze beurs ons heel wat klantenbezoeken uitspaart”. Minder te spreken waren de standhouders over de aantallen mensen die rondliepen in de beurshallen. Herhaaldelijk signaleerden oudgedienden onder de standhouders een terugloop vergeleken met een aantal edities geleden. “Wij houden nauwkeurig in de gaten hoe dit zich verder gaat ontwikkelen en of de investering nog wel opweegt tegen de kosten”, vertrouwden enkele bezorgde fabrikanten ons dan ook toe. Nieuw elan De VSK is niet meer wat het ooit was. Tien jaar geleden trok de beurs immers nog ruim 57.000 bezoekers. Het positieve nieuws is dat er sinds de vorige editie wel sprake is van een nieuw elan. Sinds het aantreden van beursmanager Patrick Schilte wordt er bijvoorbeeld fors geïnvesteerd in online marketing, wat onder andere zichtbaar was in de perskamer waar een heel team van de Jaarbeurs voortdurend content aan het produceren was, in woord, beeld en geluid. Ook zijn er nieuwe initiatieven opgestart, zoals deze editie de Smart Homes & Intelligent
Heb je je wel eens afgevraagd waarom we een appartementengebouw van een totaal ander ventilatiesysteem voorzien dan een kantoorgebouw met dezelfde omvang? Ieder appartement krijgt zijn eigen ventilatie-unit, terwijl in het kantoorgebouw een centrale ventilatie-unit wordt geplaatst. Gek toch? Tim Beuker van BBA Binnenmilieu hield er tijdens de VSK een lezing over. In veel steden zie je dat nieuwbouwwoningen niet langer een serie rijtjeswoningen zijn, maar dat zij onderdeel uit maken van een groter wooncomplex. Volgens Funda.nl bestaan op moment van schrijven in Den Haag bijvoorbeeld 19 van de 19 beschikbare nieuwbouwprojecten uit zo’n wooncomplex. In Arnhem geldt dit voor 6 van de 7 nieuwbouwprojecten. De schaal van deze wooncomplexen doet niet onder voor die van een gemiddeld kantoorgebouw. Toch worden de woningen in de wooncomplexen van een aparte ventilatie-unit voorzien, terwijl de kantoren een centraal ventilatiesysteem hebben. Woning- en kantoorventilatie In dit artikel wordt er gekeken naar het verschil tussen woningventilatie en kantoorventilatie. Hieronder verstaan we het volgende: A. Woningventilatie: in de klassieke opstelling bestaat dit systeem uit een ventilatie-unit per woning die is aangesloten op een gemeenschappelijk buitenluchtaanzuigkanaal en luchtafblaaskanaal. De luchtkanalen in de woning worden ingestort in de vloer en voorzien van ronde inblaas- of afzuigventielen. B. Kantoorventilatie: dit systeem bestaat uit een centrale ventilatie-unit die bijvoorbeeld op het dak wordt geplaatst. Op centrale locaties gaan er verticale hoofdkanalen naar beneden vanwaar de lucht via horizontale kanalen verder wordt verdeeld over het gebouw. De luchtkanalen worden na de ruwbouw aangebracht en boven een verlaagd plafond gemonteerd. Er wordt een
Het is al weer even geleden dat VSK’20 werd gehouden in Jaarbeurs Utrecht. Gelukkig kon deze beurs nog net doorgang vinden. Niet veel later sneuvelde vakbeurs na vakbeurs: De afgelopen maand is de wereld door het Coronavirus op zijn kop komen te staan. Niemand die aan de gevolgen ervan ontkomt, ook het vakgebied niet, dat staat wel vast. Maar hoe ingrijpend die gevolgen zullen zijn, zal pas veel later duidelijk worden. Wat wel al snel bleek was dat onze (sociale) mediakanalen, zoals Installatienet, het hieraan gerelateerde Twitteraccount en onze Facebookpagina, direct na bekendmaking van de eerste noodmaatregelen van het kabinet, explosief geraadpleegd werden. Natuurlijk, er was opeens nog meer behoefte aan – vooral Corona-gerelateerd – vaknieuws. Maar duidelijk was ook dat velen uit de branche inmiddels vanuit huis werkten – omdat ze niet meer welkom waren bij een klus of anderen niet in gevaar wilden brengen – en meer tijd hadden om ‘digitaal te gaan’. ‘Hoogconjunctuur in de installatiebranche slaat binnen een week om in crisis’, constateerde Techniek Nederland al snel, eveneens op de sociale mediakanalen. Laten we hopen dat het omgekeerde zich net zo snel zal voltrekken.
Jaap Schut was 15 jaar oud toen hij in het bedrijf van zijn vader stapte. Net 20 jaar geworden, werd hij eigenaar en dat zou hij tot aan zijn pensioen in 2017 blijven. Al die jaren verzamelde hij historisch gereedschap en oude installaties. Van antieke geisers, baden en gaskachels tot afsnijtangen en een heuse bitumenketel. De zestiger wil nu de nalatenschap van zijn familiebedrijf en andere installateurs veiligstellen voor het nageslacht. Het liefst in de vorm van een museum en als het even kan in zijn geliefde Naaldwijk. Fantastisch “Mijn opa startte in 1901 zijn eigen bedrijf in Naaldwijk”, vertelt Schut. “Ik heb nog installaties en gereedschap uit die tijd.” De zestiger deed na zijn pensionering zijn bedrijf van de hand, maar heeft nog wel een eigen loods waar al zijn historische curiositeiten staan uitgestald. Regelmatig leidt hij op aanvraag groepen rond. “Ze vinden het fantastisch. Herkennen nog een oud apparaat dat in het huis van oma stond, vragen waar dat stuk gereedschap voor dient…”, vertelt Schut aanstekelijk. Gascilinders op de fiets Beneden zijn onder andere oude baden, gaskachels, gereedschapsartikelen, toiletten en thermostaten te zien. Maar ook de fiets waarmee zijn oom nog gascilinders rondbracht in de streek. Boven is een hele zaal gewijd aan geisers. Over alles valt wel een verhaal te vertellen. Zo toont Schut een wc die nog met een voetpedaal moest worden bediend, een zinken bad voor de gewone man en een fraaie groene voor de elite. “Dat groene bad is afkomstig uit een oud herenhuis.