Categorie: Column

Alleen of samen

Als zelfstandig installateur zal het meermaals gebeurd zijn dat je opgeroepen wordt in de avonduren, weekenden of op feestdagen. Een ketel die hardnekkig weigert dienst te doen. Je laat je klant toch niet in de kou staan? Een onwillig riool met alle overlast van dien. Of een spontaan lek in een waterinstallatie met water op plekken waar je dit niet wilt. Daar sta je dan in je eentje te sleutelen, het probleem op te lossen. Je staat immers te boek als een servicebedrijf. Maar dit soort noodoproepen gaat vaak ten koste van veel familie- en/of sociale contacten. De beller-klant heeft daar natuurlijk geen boodschap aan. Die is al lang blij als zijn probleem weer is opgelost. Een eenpitter zal sleutelend aan zo’n storing best wel eens denken: als ik er nu eens iemand bij heb, dan hoef ik dit niet allemaal alleen te doen. Helemaal waar natuurlijk, maar we weten ook wat het betekent om personeel te hebben. Extra organisatie, veel administratieve rompslomp, scholing, toolbox, bedrijfsauto en privégebruik, en ga zo maar door. Denk daarom eens aan een samenwerking met een collega. In de huidige tijd hoeven we niet bang te zijn voor concurrentie. Er is immers een chronisch te kort aan vaklieden. Samenwerken met een collega met een storingsdienst kan voor beiden uitkomst bieden. Vertrouwen in elkaar en onderling duidelijke afspraken kunnen het leven van een installateur zoveel leuker maken. Het maakt ook echt niet uit of je nu een eenmansbedrijf bent of bij een groot bedrijf werkt. Samenwerken

Gespecialiseerde alleskunners

De installatiewereld wordt steeds complexer en de vakman komt steeds meer onder druk te staan. De diversiteit in verwarmingsoplossingen gaat omhoog en door gebrek aan vakmensen moet het installatieproces steeds sneller maar wel mét behoud van kwaliteit. Geen wonder dat de installatiesector knel komt te zitten. Voor de huidige vakmensen geen prettige positie maar ook voor de toekomstige vakvrouw- en man geen goed vooruitzicht. De vakmensen van nu worden gezien als een allround-specialist, want zij moeten verstand hebben van verwarmen, koelen, ventileren, de digitale regeltechniek daaromheen én alles tot een passende integrale oplossing verwerken. Voor sommigen is dat een hele uitdaging. Dit blijkt in de praktijk wanneer uitvoeringsdetails niet worden nageleefd en geclaimde prestaties daardoor niet worden waargemaakt. Met als resultaat: een ontevreden klant. De Nederlandse Verwarmingsindustrie pleit voor een integrale aanpak. Het vraagt heel veel van de vakmensen in deze sector om altijd op de hoogte te zijn van alle trends en nieuwe technieken die bijdragen aan een comfortabel binnenklimaat. Daarom is het trainen en opleiden van vakmensen een continu proces, dat breder moet zijn dan te focussen op één aspect. Er is een geïntegreerde opleiding nodig waarin opwekking, distributie, afgifte en regelapparatuur samenkomen. Hiervoor wil de Nederlandse Verwarmingsindustrie een ketensamenwerking op gang brengen waarin opleiders en installateurs participeren om zo de instroom op de arbeidsmarkt te bevorderen. Naast het opleiden van vakmensen is het van groot belang dat er producten worden ontwikkeld die eenvoudiger te installeren en te onderhouden zijn; een mooie opdracht voor onze leden. De nieuwe

Stikstofcrisis: bent u voorbereid?

Het zal niemand ontgaan zijn dat Nederland in een onzichtbare houtgreep van de stikstof ligt. Er gaat geen dag voorbij of ergens in de media wordt er wel iets over geroepen. Voor- en tegenstanders buitelen over elkaar heen. En ondertussen ligt bouwend Nederland ongeveer stil. Duizenden bouwprojecten ‘on hold’. Voor hoe lang? Niemand kan het antwoord hierop geven. Tijdens de beurs Elektro 2019 in Nieuwegein startte ik mijn dagelijkse lezing met de vraag: “Wie van de aanwezige installateurs denkt dat de stikstofproblematiek hem bedrijfsmatig raakt?” Een enkele hand ging omhoog. Dit intrigeerde mij en daarom stelde ik deze vraag ook op andere gelegenheden en in persoonlijke gespreken. Op een uitzondering na kreeg ik een verrassend inzicht. De meesten waren er niet bevreesd om. De problematiek zou hun deur wel voorbij gaan. Nu ben ik niet snel tevreden. Met wat doorvragen blijkt dat de werkplanningen van veel installateurs bomvol zitten. ‘Werk zat op korte – en middellange termijn’ is een uitspraak die ik regelmatig hoorde. En ja, dat geloof ik zeker. Is het kortzichtig van mij te denken dat de stikstofproblemen onze sector pas op de lange termijn gaan raken? Door de problemen liggen de bouwprojecten inmiddels ongeveer een maand stil. Ik verwacht dat een afdoende oplossing vanuit Den Haag nog wel even uitblijft. Laten we eens zeggen dat deze problematiek drie tot vier maanden aanhoudt. Welk effect heeft dit in de bouwketen? Van bouwvergunning tot aan afbouw en opleveringen? Het kán niet anders dat elke partij in de keten dit

Kan de nieuwe vakmens nu opstaan

Veel bedrijven zijn op zoek naar de nieuwe vakmens. Als klimaatmakers van Nederland zoekt de sector naar medewerkers die het verschil kunnen maken. Met hun kennis, inzet en ervaring. Maar ook zelfbewust, met honger naar nieuwe kennis en ontwikkelingen én natuurlijk hart voor de zaak. Maar de vraag dringt zich op of dit zo nieuw is? Ik denk dat 10 jaar geleden bedrijven ook op zoek waren naar deze veerkrachtige medewerkers. Wellicht is de noodzaak groter. Met de inzet op verduurzaming van de samenleving ligt er een grote opgave juist voor de techniek. Maar wie is die nieuwe vakman of vakvrouw? Mijn antwoord: dat zijn we allemaal! Het is een mooi spreekwoord: als je wijst naar een ander, wijzen vier vingers naar jezelf. En dat geldt hier ook. We kunnen net zoals die oude Amerikaanse posters met de kreet ‘We want you’ de nieuwe vakmens oproepen om in de techniek te komen werken. Maar we hebben ook al veel vakmensen in onze bedrijven zitten. Wat doe jezelf als bedrijf als het gaat om het vinden en voeden van medewerkers? Laatst was ik bij een prachtige bijeenkomst waar bevlogenheid van medewerkers centraal stond. Misschien een ouderwets woord, maar wel de kern van wat mensen raakt in het werk. Vakmensen vragen iets van bedrijven om te kunnen werken en optimaal te presteren. En dat vraagt ook om vakmanschap binnen de bedrijven. Wat was het prachtig om ondernemers op de bühne te zien staan die werk maken van dat vakmanschap. Bedrijven die nadenken

Vakmanschap

Wordt het geen tijd om vrouwenquota’s in te voeren op monteursniveau? Nieuwe vakmannen zijn nauwelijks te vinden, maar bij vrouwen ligt nog een onbenut potentieel. IZ peilde de stemming op de arbeidsmarkt en legde Pascale Linck, directeur van Stichting Flexpool Installatietechniek Zuid-Oost, deze en andere vragen voor. De Stichting Flexpool houdt zich bezig met collegiale in- en uitleen voor de technische installatiebranche. Flexpool is actief in Limburg en Brabant en bestaat sinds 1999. Hoe nijpend is het tekort aan mensen op dit moment? Kunt u wat indicaties geven? “Wij hebben 150 leden, over de gehele breedte kampen ze met tekorten. Vooral aan monteurs, maar ook aan engineers, werkvoorbereiders en projectleiders om maar een paar voorbeelden te noemen. We zouden zo 1000 mensen kunnen plaatsen. Een werkgever zou dus zo snel mogelijk een vast contract met goede secundaire arbeidsvoorwaarden moeten aanbieden als hij een geschikte kandidaat heeft gevonden… “Veel vakmensen zijn door de crisis ZZP’er geworden. Wij horen regelmatig dat ze ‘het gedoe’ beu zijn. Dus het acquireren, administratie doen in de avonduren, de certificeringstrajecten die ze moeten doorlopen etcetera etcetera. Dergelijke professionals zijn zeker te porren voor een vaste verbintenis.” Maar tegelijkertijd horen we van recruiters dat vakmensen liever ZZP’er worden, omdat ze dan beter gaan verdienen… “Het hangt af van de functie en de regio. Een BIM-modelleur of projectleider kan vanwege de grote krapte en specialistische kennis hogere eisen stellen dan de doorsnee monteur. Zeker als hij in de Randstad woont, waar ZZP’ers hogere tarieven kunnen vragen dan in

Welke toekomst hebben radiatoren?

Is de tijd van radiatoren in Nederland voorbij? Naarmate steeds meer nieuwbouwwoningen met lage-temperatuurverwarmingssystemen opgeleverd worden verliest de radiator hier terrein. De naam radiator zegt het eigenlijk al. Een afleiding van het woord radiatie, ofwel straling. En waar convectie en conductie werken met een normale ΔT in temperatuur werkt straling met een ΔT in vierde-machtswortel. Het reduceren van de aanvoertemperatuur heeft hierdoor een veel grotere impact op het vermogen van radiatoren dan op bijvoorbeeld het vermogen van convectoren.Er vormen zich al verschillende trends binnen de radiatoren markt. Ventilatoren in radiatoren (wat eigenlijk meer convectoren worden) en aanvoermedium door de voorkant van de radiator om zoveel mogelijk straling te behouden.En vaak eindigt er toch nog een radiator in een badkamer van een nieuwbouwhuis, puur voor het esthetische aandeel of om handdoeken op te drogen. Deze werken echter vaak als hulpverwarming naast vloerverwarming. Ook worden er soms elektrische elementen in radiatoren geplaatst, maar hiervoor lijkt een infrarood paneel wellicht de betere optie. Ook blijft de radiator tot op heden toepasbaar in stadverwarmingsnetten. Zolang er hoge-temperatuursystemen blijven heeft de radiator een plaats binnen de markt. Maar op het moment dat er vooral lage-temperatuursystemen zijn, wat ik wel verwacht, en ook stadsverwarming op lage temperatuur gaat functioneren dan eindigt het voor de traditionele radiator. Het wordt een nicheproduct voor design, of voor in een berging of garage. Andere producten onder wellicht een verkapte ‘radiator’-naam zullen het overnemen en de hedendaagse radiator verdrijven.Tim VisserInstallatiebedrijf Visser in Twisk[Twee generaties installateurs, vader Dick en zoon Tim Visser,

Installatiegemak en veiligheid

Een goed werkende installatie, of die nu ondersteund wordt met een elektrische warmtepomp of met een gas-hybride installatie, heeft een behoorlijke positieve bijdrage om de uitstoot van broeikasgas te verkleinen. Uit onderzoek blijkt echter dat 75% van de cv-ketels niet optimaal functioneert. Door goed inregelen kan jaarlijks 10 tot 15% worden bespaard op het gasverbruik! Automatisch geregelde radiatorthermostaten zorgen voor een verder verlaging van het energiegebruik. Dit is een significante maatregel om de CO2 uitstoot te reduceren. Bovendien zijn deze thermostaten comfort verhogend.Het zijn maatregelen die we direct na de zomer kunnen toepassen, om nog voor het stookseizoen klaar te zijn. Gelijktijdig kan dan naar de veiligheid van de gehele installatie worden gekeken. Hierbij speelt de veilige afvoer van de rookgassen een cruciale rol. Aspecten die aandacht verdienen: zijn alle onderdelen van het afvoersysteem nog goed bevestigd? Is het afschot van de eventueel horizontale delen nog in orde? Veroorzaakt de uitmonding geen hinder, doordat er bijvoorbeeld een dakraam geplaatst is in de buurt van de uitmonding? Een checklist voor de controle van de meest voorkomende afvoersystemen is beschikbaar via: www.hetnieuwebeugelen.nl.Tot slot zien we dat concentrisch afvoermateriaal door marktwerking de nieuwe standaard wordt voor het aansluiten van een toestel. Alle leden van de Rogafa hebben dit in hun leveringspakket. Ook de ketelfabrikanten, die samen met o.a. Rogafa onderdeel uitmaken van de nieuwe branchevereniging de Nederlandse Verwarmingsindustrie, spreken hier hun voorkeur voor uit. Zij leveren hun cv-ketels standaard af-fabriek met een concentrisch aansluiting, waardoor een adapter niet langer nodig is. Opnieuw een

Digitale transitie, hoe succesvol wordt jij?

Waar zo’n pak hem beet 20 jaar geleden de Elektrotechniek, Werktuigkunde en ICT gescheiden werelden waren, integreren deze volop. Deze technische systeemintegratie is boeiend en biedt kansen. En opnieuw is een transitie gaande: een digitale transitie.De eerste technische integratieronde is een feit. Wie nu nog twijfelt of van mening is dat ‘het op ons afkomt’ is redelijk laat, zo niet té laat. In de vakmedia lees je nu veel over Internet of Things (IoT). Let op: dit komt er niet. Dit is er al. En het dijt de komende jaren alleen maar uit. Alle techniekvormen gaan in bepaalde mate, direct of indirect, met elkaar in verbinding staan. Onderdeel van de gaande transitie is de integratie van gewenste functie (F), de dienst rond het gebruik hiervan (D) én de benodigde onderliggende techniek (T). Binnen de digitale transitie gaat bij een eindgebruiker de F steeds belangrijker worden. Vraag aan een eindgebruiker niet wat hij wil. Je ontvangt namelijk het antwoord vanuit de context van wat hij weet. Henry Ford heeft dit ons al geleerd en in recentere tijd heeft ook Steve Jobs hiervan het bewijs geleverd. De eindgebruiker – geholpen door veel lifestylemedia – maakt wel duidelijk wat haar functionele behoeften zijn. En met de juiste vragen, achterhaal je ook wat latent (zeg maar in het onderbewuste) gewenst is. Een eindgebruiker wil alleen horen of je aan haar wensen kunt voldoen. Met welke techniekintegraties jij dit doet, boeit hem of haar in steeds mindere mate. Daar ben jij toch de specialist of

Terugkijken met trots

Het is een periode die ten einde komt. Het project Technologie Thuis Nu! wordt afgesloten. Meer dan tien jaar waren de ‘domoticawoningen in Woerden’ een vaste bestemming voor schoolklassen, studenten en installateurs. Tienduizenden bezoekers volgden er rondleidingen en cursussen. Inzet was bezoekers te laten ervaren hoe de behoeften van zorgconsumenten en mensen met een beperking kunnen worden gekoppeld aan bewezen technologie. Zodat zij langer thuis blijven kunnen wonen.We werkten in die tien jaar samen met het Longfonds, Bartimeus en Alzheimer Nederland. Bedrijven uit de branche dachten mee over opzet en programmering. We daagden studenten uit mee te denken over mogelijke aanpassingen. We ontwikkelden lesmateriaal en cursusmateriaal. We inspireerden woningbouwcoöperaties en ontwikkelden in Delft zelfs een voorbeeldwoning. We ontvingen delegaties uit heel Nederland en het buitenland. We zetten de stip op de horizon als het gaat om langer thuis wonen. Inmiddels is het thema breed omarmd. Slimmer wonen is niet langer een kwestie van verwonderen en inspireren; het is nu een kwestie van doorpakken. Ons werk is gedaan. En dat is de reden om de woonwijk eind september te sluiten. Maar het goede nieuws is dat in 2020 de woningen opnieuw verrijzen en wel in Nieuwegein, in de gebouwen van ROC Midden Nederland. Zij nemen onze rol over en willen studenten nog meer kennis laten maken met de wisselwerking tussen techniek en zorg. Daarnaast is in de tussentijd hard gewerkt aan een virtuele versie van de woonwijk compleet met toelichting. Deze is in september 2019 operationeel. We dragen het stokje dus

Een uitgemaakte zaak?

De telefoon staat nog niet roodgloeiend, maar bij TDS Engineering merken ze wel dat de belangstelling voor warmtepompen fors is toegenomen. En ze zijn niet de enigen. Is het een uitgemaakte zaak? Gaat heel Nederland aan de warmtepomp? Vrijwel dagelijks krijgen we onze portie warmtepompen voorgeschoteld. Soms via de media, een andere keer tijdens een congres, symposium, cursus of training. Vaak zijn die berichten positief van aard. Maar er klinken ook sceptische geluiden. Over de torenhoge kosten die met een overstap gepaard gaan of de collectieve blindheid die we lijken te hebben voor alternatieven. Waar gaan we naartoe? Bart Ruijs, directeur van adviesbureau TDS Engineering gaat in op een aantal prangende vragen. De overstap op een warmtepomp, vereist nogal wat investeringen in de bestaande bouw. Met een warmtepomp alleen kom je er niet… “Dat klopt. Wijzelf werken volgens het principe van de Trias Energetica, dus we proberen eerst de warmtevraag zoveel mogelijk terug te brengen, voordat er een warmtepomp wordt geïnstalleerd. Bouwkundige maatregelen, zoals het aanbrengen van extra isolatie, kierdichting en goed glas kosten natuurlijk geld, evenals de installatie van een laagtemperatuur afgiftesysteem. Dat loopt al snel in de tienduizenden euro’s.” Bovendien zijn de warmtepompen zelf nogal prijzig, vergeleken met cv-ketels. Veel fabrikanten verwachten overigens dat daar ook geen verandering in komt… “Daar geloof ik niets van. De afgelopen jaren zijn de prijzen al gedaald. Ik verwacht dat die trend zal doorzetten als er steeds meer warmtepompen worden verkocht. Uiteindelijk zullen we natuurlijk wel een bodem bereiken. Ik denk zelf