Auteur: Ruud

Hybride revolutie

Nederland staat voor een ambitieuze opgave om haar CO2-uitstoot te reduceren. Wanneer maar ca. 5 procent van de elektriciteit die wij verbruiken duurzaam wordt opgewekt, is het niet slim en verantwoord om de gehele energietransitie op deze energiedrager te laten rusten. Het goede nieuws is dat de VSK2018 een voorproefje toonde van de slimste oplossing om de energietransitie in te leiden voor het gros van de gebouwde omgeving: de hybride-verwarmingstoestellen. Het elektrisch component van een hybride-toestel kan tot een gasreductie van 50% (of meer) leiden. Het totale gasverbruik voor woningen in Nederland gaat dan van 10 naar 5 miljard m3/jaar. Een pré daarbij is dat de elektriciteit opgewekt wordt uit duurzame bronnen, anders draagt dit niet bij aan de CO2-reductie. Door goed te isoleren en installaties perfect af te stellen is nogmaals ten minste een afname van 2 miljard m3/jaar mogelijk. De overblijvende 3 miljard m3 aardgas moet en kan ook verduurzaamd worden. Dit kan sneller en makkelijker dan bij elektra. Bij succesvolle toepassing van duurzame energie-opwekkers (zon, wind, water etc.) zal energieopslag een belangrijk vraagstuk worden in verband met de ongelijktijdigheid van energievraag en -aanbod. Een overschot aan duurzame energie kan opgeslagen worden in gasvorm: nieuwgas (groengas, e-gas, waterstof). Dit is het Power-to-Gas principe. Deze hybride route is ook voedingsbodem voor innovaties. De digitalisering biedt mogelijkheden om een toekomstig hybride-verwarmingstoestel zelf de primaire energiebron te laten kiezen, afhankelijk van beschikbaarheid en tarieven. En het beste nieuws is dat er geen aanvullende investering vereist is voor grote aanpassingen/of uitbreiding van

Geld mag weer rollen

Even over de grens ligt Essen. Volgens insiders een zeldzame parel in het geïndustrialiseerde Roergebied. “Als je ten minste de juiste wijken ingaat”. Wij bezochten Essen vanwege een geheel andere reden. Om het jaar organiseert de Messe Essen de SHK ESSEN, één van de grootste installatievakbeurzen van Europa. Gewoonlijk in het begin van maart. Vanwege het tijdschema beperkten we ons deze keer tot de sanitairhallen. Verslag van een rondje ‘duurzaamheid’, ‘veeleisende klanten’, ‘digitalisering’, nieuwe kranen en badtrends. De SHK ESSEN had dit jaar 556 exposanten uit 18 verschillende landen, die verspreid over 10 hallen hun nieuwe producten en systeemoplossingen lieten zien. Uiteraard was er ook een omlijstend programma met lezingen, presentaties en stands met infoborden. Evenals bij andere vakbeurzen in installatieland ligt het aantal beslissers gewoonlijk hoog; zo rond de 70%. De SHK besteedt aandacht aan diverse vakgebieden binnen de installatietechniek; van duurzame energie-opwekkers, tot verwarmingsafgiftesystemen en koudetechniek. De eerlijkheid gebiedt wel te zeggen dat de beurs vooral focust op ontwikkelingen op sanitair vlak. Van de 10 hallen waren er deze editie 6 gewijd aan sanitaire technieken, waterbehandeling en zwembadtechniek. VSK en SHK Waar het aantal exposanten op de laatste VSK volgens bezoekers uit het vakgebied ‘wat mager’ was, kwamen ze dus wel ruimschoots aan hun trekken op de SHK. Bovendien, zo lieten standhouders ons weten, trekt de beurs ook veel Nederlanders, omdat Essen makkelijk aanrijdbaar is en vlak over de grens ligt. Overal viel dan ook onze moedertaal te horen. Trends Een snelle rondgang en gesprekken met standhouders maakten

Waarom bijscholen?

Volgens een onderzoek van HR-dienstverlener Raet doet 35% van de Nederlandse werknemers niets aan bijscholing. Nico van Leeuwen van opleider ROVC is niet verbaasd over de cijfers. Sterker nog: “Bij de middelgrote en kleine bedrijven in de installatiebranche volgt zeker de helft van het personeel geen bijscholingscursussen. ” Maar waarom zou je daar je tijd in steken, als het werk tegen de plinten aanklotst? De VSK gaf antwoord op deze vraag.

Van gas tot los

Afgelopen februari vond in de Utrechtse Jaarbeurs de VSK 2018 plaats. De laatste edities nam zowel het aantal exposanten als het bezoekersaantal van ’s lands grootste installatievakbeurs gestaag af. De oorzaken mogen bekend zijn: economische misère en verminderde belangstelling voor beurzen in het algemeen. Voor dit jaar waren de verwachtingen weer wat hoger gespannen. De economie blijft aantrekken en de verduurzaming van woningen en gebouwen vraagt om nieuwe oplossingen. Maar de hoogtijdagen lijken toch definitief voorbij. Bijna 35 duizend mensen togen naar de Jaarbeurshallen, ongeveer evenveel als twee jaar geleden. Topjaar 2008 met ruim 65.000 bezoekers blijft echter ver uit het zicht. Bezoekers waren breed geïnteresseerd, zo bleek uit de evaluatie van de beursorganisatie, variërend van verwarming, luchtbehandeling/airconditioning, ventilatie en koudetechniek tot zonne-energie en het duidelijk ondervertegenwoordigde sanitair. In deze uitgave blikken we iets specifieker terug op het toch nog altijd grootse evenement voor het vakgebied. Zo maakten we een rondje langs de hybride oplossingen die getoond werden als alternatieve duurzame warmteopwekker: de warmtepomp bijgestaan door een ‘oudgediende’, de gasketel. Want, zoveel was wel duidelijk, volgens menig exposant leiden er meerdere wegen naar duurzaamheid, voor zowel de korte als lange termijn.

Warmteafgifte

Op de VSK bezochten wij ook een aantal experts op het gebied van warmte-afgiftesystemen. Ze signaleerden allemaal een toenemende populariteit van stralingsverwarming. Zowel in de vorm van vloerverwarming, infaroodpanelen als elektrische radiatoren. Verslag van een rondje langs Rehau, Stelrad, Warp en Etherna. EPC, BENG, Breeam, WELL, NOM…. wat hebben ze met elkaar gemeen? Ze lijken allemaal de populariteit van straalverwarming in de hand te werken. Waar aanvankelijk flink gepionierd werd, met alle mislukkingen of halve oplossingen die ermee gepaard gaan, lijkt nu een stevig fundament te rusten onder nieuwe maatregelen, concepten en keurmerken. BENG en NOM om maar twee voorbeelden te noemen, grijpen grotendeels terug op de Trias Energetica. Volgens deze routebeschrijving naar een duurzame gebouwde omgeving moet eerst de (thermische) energievraag tot een minimum worden teruggebracht. Bijvoorbeeld door de gebouwschil goed te isoleren. Vervolgens is het zaak om de resterende energiebehoefte zo duurzaam mogelijk in te vullen. Blijft er daarna nog een vraag over, dan wordt geadviseerd om te zoeken naar energie-efficiënte oplossingen met fossiele brandstoffen. Elektrische stralingspanelen De Trias Energetica is in een rap tempo aan het inburgeren in de bouwkolom. Op de VSK werd er dan ook veelvuldig aan gerefereerd. Bijvoorbeeld tijdens verschillende presentaties in het VSK-theater, onderonsjes tussen bezoekers en op de stands van fabrikanten. Zo signaleerde Etherma een groeiende belangstelling voor verwarmingsoplossingen met elektrische infaroodpanelen.De oorzaak: “verduurzaming. De kwali­teit van de gebouwschil wordt aangepakt, #vangaslos is een trend en de maatschappij lijkt all-electric oplossingen te gaan omarmen.” Allemaal ontwikkelingen die nauw aansluiten op het gedachtegoed

“Installateur is geen tovenaar”

“De installateur is geen tovenaar die slechte gebouwen goed kan maken”, zegt Chris Zijdeveld. De duurzaamheidsconsultant en voormalig voorzitter van de Stichting PassiefBouwen verzorgde een interessante lezing tijdens de VSK. “Zonnepanelen worden gebruikt als aflaatbrieven om slechter te kunnen bouwen dan haalbaar is.” “Wie in Nederland wil bouwen moet aan vele eisen voldoen om de vereiste bouwvergunning te krijgen. Dat zou een goede zaak zijn als de eisen weloverwogen waren opgesteld om het gewenste doel te bereiken: een energiezuinig, stevig, comfortabel en gezond gebouw met een hoog thermisch comfort en een goede binnenluchtkwaliteit. En liefst ook nog zonder een hoge milieubelasting.Voor de installateur zijn de eisen die gelden voor de energieprestaties van het gebouw het meest interessant. EPC Bij de aanvraag van de bouwvergunning moet een berekening worden overlegd waaruit blijkt dat de berekende Energie Prestatie Coëfficiënt (EPC) onder een bepaalde waarde blijft. Die EPC moet worden berekend volgens de Energie Prestatie Norm (EPN).Al bij het uitkomen van die norm, in 1996, wees het Energieonderzoek Centrum Nederland (ECN) in een rapport op de systematische fout in de norm van het op één hoop gooien van gebouw en installatie. Levensduur van gebouw en installatie zijn immers heel verschillend en de kwaliteit van een gebouw over de gehele levensduur kan alleen tijdens de bouw relatief gemakkelijk worden beïnvloed, terwijl verbeteringen aan de installatie tijdens de levensduur regelmatig voorkomen. Helaas bleef dit rapport met toekomstvisie zonder gevolgen. Rampzalige wijziging Bij de laatste wijziging van de EPC berekening werd het onlangs mogelijk gemaakt om

Kleine details kunnen grote gevolgen hebben

De zomer komt er weer aan en de schoonmaakwoede neemt toe. Hogedrukreinigers worden uit de schuur gehaald – als ze niet zijn stuk gevroren – en zullen weer massaal worden gebruikt. Ik denk dat veel mensen niet weten dat ze risico’s lopen bij het gebruik van deze apparaten. Vertel uw klanten daarom vooral dat buitenkranen eerst goed moeten worden doorgespoeld, zonder dat daarbij verneveling optreedt. De instructie is simpel: houd de slanguitloop onder water en sluit daarna pas de hogedrukreiniger aan. Houd vervolgens ook de lans onder het waterpeil in een emmer en laat deze een tijdje goed doorspoelen. Ik denk dat deze manier van gebruik het risico op een besmetting sterk vermindert. Ik ben bij (bron)onderzoek altijd alert op verneveling. Tijdens een inspectie van een boerderij vertelde een boer mij eens dat hij vaak ziek was geworden na het reinigen van zijn veestal met een hogedrukreiniger die gevoed werd met slootwater. Ik ben geen microbioloog maar je kunt wel nagaan dat het in slootwater wemelt van de bacteriën. Dat doet mij terugdenken aan een inspectie van een tennisclub niet zo lang na het legionelladrama in Bovenkarspel. Tijdens die controle, in een warme zomerperiode, had ik opgemerkt dat de slangkranen op de tennisbaan niet stonden vermeld in het beheersplan. De uitleg was dat deze geen onderdeel uitmaakten van de drinkwaterinstallatie. De betreffende tappunten waren namelijk op het slootwater aangesloten. Het bordje ‘GEEN DRINKWATER’ ontbrak echter en bij het innamepunt in de sloot dreven twee dode eenden, geveld door botulisme… Ik

Lokale kampioen

Op dit moment worden de nieuwe colleges van burgemeesters en wethouders in het land gevormd en worden accenten voor de komende vier jaar bepaald. En wij zijn als branche één van de belangrijkste partners van de gemeente als het gaat om de duurzaamheidsagenda. We hebben de mogelijkheden om mensen langer thuis te laten wonen. We hebben een rol als het gaat om het opleveren van nieuwe, aardgasvrije woningen. En met onze expertise in de oplaadinfrastructuur zijn we ook essentieel voor het verwezenlijken van meer elektrisch verkeer. Het zijn maar enkele voorbeelden die ook op andere terreinen gemakkelijk kunnen worden aangevuld. Zo zijn we bijvoorbeeld ook de onderneming in een stad die zorgt voor werkgelegenheid en mogelijkheden om lerend te werken. En natuurlijk zijn we ook betrokken bij het techniek­onderwijs op de scholen. De branche doet er dus toe in de gemeente. Maar zijn we ook zichtbaar? Zijn we als lokale bedrijven goed in beeld? Zien gemeenten onze vakmensen die belangrijke sleutels in handen hebben? Hier ligt niet alleen een taak voor gemeenten, maar ook voor onszelf. We moeten niet – met onze nuchterheid – aan de rand van de dansvloer blijven staan. We moeten in beweging komen en meegaan op het ritme van de muziek. Vaktrots in combinatie met vakkennis is onze troefkaart. En natuurlijk ook onze lokale betrokkenheid. We hebben zoveel te bieden en daarmee zo veel uit te dragen. Omdat we bevlogen zijn, omdat we geloven in wat we doen. Omdat we weten wat de uitdagingen zijn. Onlangs

Bufferen

Het grootste probleem van hernieuwbare energie is dat het moment van opwekking niet overeenkomt met het moment van gebruik. Zonne-energie wordt overdag opgewekt, terwijl ‘s ochtends en ‘s avonds hiernaar de meeste vraag is. Op de VSK zagen we een energiebuffervat dat verschillende warmtebronnen bij elkaar brengt. De warmte wordt als energie opgeslagen en naar de verwarmings- en drinkwaterinstallatie in de woning overgedragen als hieraan behoefte is. Oventrop produceert zelf geen warmte-opwekkers (cv-ketels, warmtepompen etc.) of afgifteproducten (radiatoren, stralingsplafonds, etc.) maar wel alle overige producten voor een verwarmings-, koel- of drinkwaterinstallatie. Het Regucor energiebuffervat met regeling dat deze fabrikant op de beurs liet zien is daarvan een voorbeeld van. Eén totaaloplossing Dit energiebuffervat voegt diverse van haar producten samen tot één totaaloplossing voor de problemen die ontstaan als er in een woning meerdere energiebronnen aanwezig zijn, zoals een cv-ketel, warmtepomp, zonne-energiesysteem en pelletkachel. Met dit product komt alles voor verwarming en warm-drinkwater samen. In één woning kunnen meer dan tien verschillende warmtebronnen worden gekoppeld of een laagtemperatuur-installatie voor vloerverwarming en een hoogtemperatuur-installatie voor de radiatoren worden gerealiseerd. Oventrop levert ook de inregelappendages en ondersteuning voor de inregeling van de verwarming- en drinkwaterinstallatie. Voorbeeld opstelling Een voorbeeld van een dergelijke opstelling ziet er als volgt uit: een buffervat slaat energie op in de vorm van warm water, een pompgroep staat in verbinding met de zonnecollectoren, en een regeling met elektro-elementen zorgt voor het laagsgewijs opwarmen van het water met niet gebruikte energie van de PV-panelen. Daarbij komt een warmwater-unit die via

Succes start met visie

Er zijn veel factoren die het vormen van een toekomstvisie op bedrijf en business beïnvloeden. In onze sector bijvoorbeeld de dagelijkse hectiek van de markt. Technologische ontwikkelingen volgen elkaar in rap tempo op, de klant neemt een veeleisende houding aan en er is steeds minder tijd om installaties te realiseren. Wat is mijn visie op drie ontwikkelingen (‘hotspots’) in onze sector? Energietechniek. De wereld van energie is volop in beweging. De energieconcepten buitelen over elkaar heen. Concepten die onder de noemer Smart Grids opgedeeld worden in grofweg drie categorieën: opwekking, transport en gebruik. Steeds vaker hoor en lees je over gelijkspanning (DC), een domein waarin er volop ontwikkeling is en veel nog in de kinderschoenen staat. Kansrijke business. Vergaande sensortechnologie. Woning- of gebouwautomatisering (domotica) wint onder de noemer Internet of Things rap terrein in oplossingen en projecten. Zowel in de particuliere sector als in de zakelijke- en zorgsector. Woningbezitters ervaren het comfort, gebouwbeheerders de beheersing en controle van de installaties in het gebouw en zakelijke gebruikers de efficiëntie. Denk bij deze laatste twee bijvoorbeeld aan predictive maintenance. Het biedt u nieuwe verdienmodellen. Beveiligingstechnologie. Met alle off- en online dreigingen is veiligheid een ‘hot item’. Een paar ontwikkelingen: cyber crime, biometrische controle, chipimplantaten en vergaande beeld-/cameratechnologieën. Ontwikkelingen die niet meer op de ontwerptafel liggen, maar al in de praktijk worden gebruikt. Ook in deze sector wordt de rol van systeemintegratie steeds ingrijpender. Een aandachtpunt gaat privacy en ethiek zijn. Elke ondernemer – ook in de technische sector – heeft met visievorming