Hoe vaak zegt u: nee? Eerlijk zeggen, ongeacht de situatie? Uit onderzoek blijkt dat veel mensen dit moeilijk vinden. Nee is een antwoord, waarmee je de ander of jezelf teleurstelt. Ook in de bouw- en installatiesector zie ik dit fenomeen. U kent namelijk ook vast van die alleskunners. Van die allround professionals. Op de weg zie ik regelmatig de bouw- en installatiebussen rijden met de typisch herkenbare belettering aan de zij- en achterkant. Een opsomming van alle specialismen die men aanbiedt. En soms – om écht compleet te zijn – aangevuld met een extra sticker ‘…ook voor..’. Op basis hiervan denk ik dat veel bouw- en installatiebedrijven lijden aan het ‘ik-kan-alles-syndroom’. Ik geloof niet in die alleskunners die zich vervolgens ook nog eens presenteren als een specialist. Je bent breed en oppervlakkig of smal en specialistisch. Ik denk bij zoiets direct aan het tv-programma ‘Oorlog in de keuken’. Een restauranteigenaar in zak en as wordt geholpen door een ervaren rot in het vak. Wat is – naast personele perikelen – het eerste wat gebeurt? Juist…. De menukaart wordt danig ingekort. Er wordt focus gebracht in de dienstverlening. Vaak eenvoudiger en met veel betere kwaliteit. De chefkok ontvangt meestal stevige kritieken wanneer hij focus brengt in kaart en keuken. Maar, zodra het stof is neergedaald, leidt die focus meermaals tot mooie (financiële) resultaten. Het is goed om sterke eigenschappen in kennis en kunde extra te benadrukken. Blijf daarin wel realistisch in wie je écht bent (met wat je kunt) en wie
Auteur: Ruud
Opdrachtgevers stellen deze vraag waarschijnlijk net zo vaak aan installateurs als aan dakdekkers. De slimme Dakscan van de Nederlandse Dakdekkers Associatie (NDA) kan een pasklaar antwoord verschaffen. Hoe gaat het in zijn werk? De NDA is een kennisorganisatie in de dakenbranche. De aangesloten bedrijven werken op verschillende gebieden samen. Zo worden certificeringstrajecten bijvoorbeeld vanuit de NDA geregeld en exploiteert de organisatie de dakonderhoud formule ‘Dakbehoud Nederland’. Daarnaast heeft de NDA een eigen onafhankelijk dakadvies bureau, het ‘DIAC Dakadvies’. Een van hun diensten die steeds meer aftrek vindt, is de ‘Dakscan Zonnepanelen’. Randvoorwaarden Het bureau adviseert, ongeacht het dakonderzoek, om de zonnepanelen sowieso minimaal 2 meter uit de dakrand te plaatsen. Tenzij er permanente hekwerken aanwezig zijn. De Ai-15 en de Vakrichtlijn Gesloten Dakbedekkingssystemen eisen namelijk dat een kabelsysteem tussen de 2 en 5,5 meter van de dakrand moet worden aangebracht. Dit heeft onder meer te maken met het beperken van de maximale valhoogte. Een dergelijk kabelsysteem is nodig op het moment dat er binnen twee meter van de dakrand kortdurende werkzaamheden uitgevoerd moeten worden. Onder kortdurende werkzaamheden worden onder andere verstaan: het reinigen van het dak, lekkageafhandeling, onderhoud aan de airconditioning, maar ook het reinigen van zonnepanelen. Doel Dakscan Voordat er een besluit kan worden genomen over het aantal te plaatsen zonnepanelen, is eerst een grondige dakinspectie nodig. De Dakscan Zonnepanelen van de NDA biedt in dat geval uitkomst voor installateurs en dakdekkers. Deze scan maakt namelijk duidelijk of het dakbedekkingssysteem geschikt is voor zonnepanelen en of de resterende levensduurverwachting
Ieder zichzelf respecterende fabrikant van installatieproducten prijst deze aan als slim of smart (want in het Engels klinkt het nog fraaier). Het woord ‘slim’ verdringt daarmee woorden als ‘efficiënt’ en ‘eenvoudig’ zo langzamerhand uit persberichten en reclame-uitingen. Logisch eigenlijk. Met ‘slim’ kun je een veel breder spectrum voordelen van een product met één woord omschrijven. Zo staat in de installatietechniek ‘slim’ voor technische oplossingen die verduurzaming betaalbaar maken, zoals de waterstofketel. Maar ook voor technische oplossingen die het werk fysiek makkelijker maken, zoals innovatief gereedschap. Of voor technische oplossingen die de montagetijd verkorten en inpassing in bestaande oplossingen mogelijk maken, zoals prefab oplossingen. Maar je kunt ook slimmer omgaan met de tijd en krachten van werknemers. Of slim inkopen door bijvoorbeeld op zoek te gaan naar goedkopere, maar kwalitatief goede producten die verkrijgbaar zijn via Chinese websites. Slim zijn biedt dus vele mogelijkheden. Waarom zou je hier geen gebruik van maken? Of, zoals een bekend voetbalcoach ooit zei: “Ben ik nou degene die zo slim is of ben jij zo dom?”
Bij de keuze van het juiste sanitairproduct zijn niet alleen vormgeving en prijs doorslaggevend. De tijd die nodig is om een product te installeren is minstens zo belangrijk. Vooral als het gaat om openbare gebouwen waarin vaak een veelvoud aan sanitaire oplossingen wordt geïnstalleerd. Een effectieve oplossing is om het debiet van het sanitairproduct vooraf in te stellen op een economisch niveau (geen opspattend water). Dit levert tijdwinst op omdat tijdens de installatie niet hoeft te worden bijgesteld, zelfs niet bij een opstelling in serie. Het debiet kan overigens alsnog worden aangepast bij te veel of te weinig druk of als optimale resultaten voor duurzaamheidskeurmerken (zoals Breeam) moeten worden behaald. Ook douchepanelen leveren tijdwinst als ze installatiegereed worden afgeleverd. Hetzelfde geldt voor wastafelmengkranen als filters en terugslagkleppen vooraf worden gemonteerd. Urinoirspoeler De nieuwe elektronische inbouw urinoirspoeler van Delabie is een voorbeeld van een tijdbesparend product. De bedieningsplaat met strak design is integreerbaar in elk type openbaar gebouw. Dezelfde inbouwdoos kan op verschillende manieren worden geïnstalleerd: bevestiging langs de zijkant op rails voor gipsplaat, langs de voorkant op een volle muur of langs de achterzijde op paneel. De inbouwdiepte is regelbaar tot 120 mm voor dikke muren in gebouwen waar veel vandalisme voorkomt. De Tempomatic 4 in te bouwen urinoirkraan wordt aan de buitenkant van de inbouwdoos aangesloten. De waterdichtheid is gegarandeerd dankzij een gepatenteerd systeem waarbij voorbij de kraag wordt afgesneden. Om het onderhoud te vereenvoudigen zijn de kwetsbare elementen (elektroventiel, filter en stopkraan) toegankelijk langs de voorkant, zonder de
‘Slim installeren’, het klinkt heel vanzelfsprekend maar is het dat ook? We gaan er tegenwoordig gemakshalve vanuit dat alles slim is uitgewerkt. Toch blijkt er in de praktijk nog, op diverse fronten, winst te behalen. Als het gaat om slimme apparaten dan is de algemene verwachting ook dat deze veilig zijn. Maar een ‘verplichte apk’ voor een verwarmingsinstallatie is er bijvoorbeeld niet. Er is dus ook geen landelijke database waarin alle verwarmingstoestellen geregistreerd staan. Maar wat als die database er wel zou zijn? Dan wordt het mogelijk kwaliteitscontroles uit te voeren, te voldoen aan onderhoudscycli, energiegebruik te monitoren, updates door te voeren en daar waar nodig ‘product recalls’ te doen. De verwarmingstoestellen van nu zijn in staat om op afstand een onderhoudsindicatie af te geven en via een zelfdiagnose de onderhoudstijd te versnellen en te verkorten. De installateur, die toegang heeft tot deze informatie, weet vooraf welke onderhoudswerkzaamheden er uitgevoerd moeten worden én weet dus ook welke vervangende onderdelen hij daarbij nodig heeft. De installateur kan dus slim en efficiënt gebruik maken van de input die een verwarmingsinstallatie genereert. Uiteraard zal de klant toestemming moeten geven op het delen van onderhoudsinformatie- en storingsmeldingen, maar als dit cyber secured én volgens de AVG-wetgeving gerealiseerd kan worden dan is slim én veilig van grote meerwaarde. Naast onderhoud en beheer op afstand, worden tijdens het installatieproces ook diverse slimmigheden doorgevoerd. Door steeds meer gebruik te maken van slimme digitaal programmeerbare componenten kan het daadwerkelijk installeren, instellen en inregelen sneller en efficiënter. Ook monitoren
In 5 dagen een nieuwbouwwoning neerzetten. Dat is het uiteindelijke doel van het consortium waar Lőwik Installatietechniek deel van uitmaakt. De eerste stappen zijn al gezet. Zo kan het installatiebedrijf reeds kant-en-klare modules voor nieuwbouwprojecten leveren. Volgens projectleider Gerben Geelen staat de installatiebranche een prefab-revolutie te wachten. Als installateurs in de nieuwbouw niet oppassen, kunnen ze binnen twee tot drie jaar tijd voor tientallen procenten aan omzet verliezen, zegt Geelen. De projectleider van de Modulefabriek van Lőwik Installatietechniek ziet de bouwsector in een hoog tempo standaardiseren en overstappen op prefabricage. Met alle gevolgen vandien. “Vloerleveranciers gaan de installateurs werk uit handen nemen, door al kant-en-klare vloeren met ingestorte leidingen te leveren. En zo zijn er meer ontwikkelingen die de kleine en middelgrote installateur parten kunnen gaan spelen.” Achtergrond Geelen werkte eerst jarenlang bij een bouwkundig aannemer, alvorens hij de overstap maakte naar Lőwik Installatietechniek. “Bij mijn vorige wekgever waren we al volop aan prefabben. Zo produceerden we daar onder andere prefab-kappen en -vloeren, waarin W-installatietechniek was verwerkt.” Modulair bouwen Zo’n 3 jaar geleden ging Geelen bij Lőwik Installatietechniek aan de slag, waar hij nauw betrokken raakte bij de totstandkoming van de Modulefabriek. “We produceren modules om modulair mee te bouwen. Het gaat dan om een samenstel van bouwkundige en installatietechnische delen. Bijvoorbeeld een trapmodule waarin de verticale leidingen voor de riool, ventilatie, waterlelding, verwarming en elektra zijn samengevoegd. Daarnaast maken we ook modules met aan de ene kant de meterkast en aan de andere kant het toilet. Deze zijn geschikt
42 tot 83 miljard euro. Zoveel geld zijn we kwijt volgens een rapport van ingenieursbureau Sweco om onze steden te beschermen tegen de gevolgen van klimaatverandering. Een van de voorgestelde maatregelen is om meer groene daken aan te leggen. Groendak-adviseur Grad van Heck legt uit waarom. Van Heck is al sinds 1991 werkzaam voor Groendak. Dit bedrijf adviseert, ontwerpt, levert en realiseert alle mogelijke groene daken, zoals sedumdaken, dakterrassen, heidedaken, daktuinen en duindaken. Daarnaast is Van Heck Secretaris van de Vereniging Bouwwerk Begroeners, de branchevereniging voor specialisten op het gebied van begroeide daken en groene gevels. Groeiende populariteit Tijdens zijn lange carrière heeft hij de belangstelling voor groene daken geleidelijk aan zien toenemen. “In het begin hadden we vooral klanten in de utiliteit, vanaf 2004 weet ook de woningmarkt ons steeds beter te vinden. De laatste jaren neemt over de gehele breedte het aantal aanvragen toe. De verklaring ligt voor de hand: Groene daken sluiten aan bij de heersende trend om de gebouwde omgeving te gaan verduurzamen.” Opbouw Een groen dak is opgebouwd uit 5 lagen, legt Van Heck uit. Het begint allemaal met een waterdicht dak waarover een beschermdoek komt van geveltextiel. Hierop ligt een drainagelaag bestaande uit kunststof eierdoppen. Vervolgens komt een filtervlies van geotextiel. Dit vlies is waterdoorlatend en verhindert dat planten met hun wortels in het water komen te staan. De substraatlaag erboven fungeert als een soort spons. Deze neemt voedingsmiddelen en vocht op en geeft die af aan de bovenste laag; de beplanting. Dikte en
In een ver verleden was ik opzichter bij een waterleidingbedrijf. Ik heb destijds samengewerkt met een wel heel bijzondere fitter: Arie de Jong. Arie had een uitvinding gedaan om lekkages in waterleidingen op te sporen. Een mooi en nuttig initiatief, want dergelijke lekkages zorgen niet alleen voor waterverlies maar kunnen ook leiden tot besmettingen. Arie had op een metalen staaf en een speaker geplaatst van een, nu ouderwetse, telefoon. Hij maakte kleine gaatjes in asfalt of berm en ‘prikte’ vervolgens de ondergelegen waterleidingbuizen aan. Daarna luisterde hij of hij geruis hoorde. Soms ging hij daarvoor best ver. Hij legde doodleuk het verkeer ter plaatse stil door een hek op de weg te plaatsen. Zo kon hij beter ‘uitluisteren’. Arie was met deze uitvinding zijn tijd ver vooruit. Het was in die dagen nog bijzonder moeilijk om de exacte plaats van een lekkage te bepalen. Tegenwoordig is dat wel anders met alle elektronische lekzoekapparatuur die hiervoor beschikbaar is. Eén van de dijken die Arie onderzocht, was treffend genoeg de Lekdijk langs de Lek. Deze dijk bestaat feitelijk uit meerdere dijken. In deze dijken lagen gietijzeren hoofdwaterleidingen. De dijken ‘wandelden’ soms; ze waren in beweging, maar de leidingverbindingen konden dat niet aan. Die waren gemaakt van lood en striktouw; zo ging dat vroeger: lood en touw inkloppen met een speciale hamer. U begrijpt het: Arie was een man met een speciale toewijding voor zijn werk. Mede door zijn expertise en – niet te vergeten – zijn uitstekende gehoor wist hij destijds veel
Soms komt hij bij klanten over de vloer die pertinent een warmtepomp willen, zelfs al is hun huis slecht geïsoleerd. “Ze zijn gek gemaakt door de energietransitie”, zegt Michael Beelen hoofdschuddend. Gelukkig staan daar voldoende ‘gezonde gevallen’ tegenover. Zoals laatst in Zandvoort. Toen Michael Beelen naar de LTS ging, had hij geen flauw idee wat hij later zou worden. “Het werd me al snel duidelijk dat ik niet de hele dag in een fabriekshal bij Fokker wilde staan. Dat leek me maar saai. Mijn leraar Metaal was een voormalige loodgieter. Hij adviseerde me om in de installatiebranche te stappen. Vanaf dag één was ik helemaal verkocht.” Vaste dienst Beelen werkte bij verschillende installatiebedrijven. Het klantencontact en de veelzijdigheid van het vak hielden het werk interessant. “Ik installeerde ketels, stond op het dak, deed sanitairklussen, ga zo maar door. En dat op de meest uiteenlopende locaties. Van grote utiliteitscomplexen tot de particuliere woningbouw.” Vrijheid In 2008 startte hij voor zichzelf. Beelen verlangde naar meer vrijheid om zijn eigen werktijden te kunnen bepalen en te kiezen welke projecten hij zou aannemen. Sindsdien heeft hij “geen dag thuis gezeten. Zelfs niet toen de crisis haar dieptepunt had bereikt.” Beelen doet alleen klussen in de particuliere sector, “vanwege het intensieve klantencontact en omdat je werkelijk overal komt”. Innoveren De installateur wil zich onderscheiden van zijn concurrenten door vakkundig advies te geven en een allround aanbod te hebben. “Ik ben zelf 49. Veel van mijn concullega’s zijn ongeveer even oud, maar hikken er tegenaan om
In 2011 nam China het stokje over van Japan. Sindsdien is de Aziatische grootmacht de tweede economie ter wereld. Toch dringen Chinese producten nog maar mondjesmaat binnen in de installatiebranche. Kan je de gok al wagen en via Chinese websites bijvoorbeeld een flowmeter of warmtepomp bestellen? Riccardo Ruggiero is de eigenaar van Ruggiero Installatie en Montage. De ervaren installateur zocht enige tijd geleden eens uit of hij via Chinese websites goedkoper producten kon inkopen. Het bleek te veel hoofdbrekens met zich mee te brengen en uiteindelijk liet hij het idee varen. Keuzeproces “Ik was op zoek naar flowmeters”, vertelt Ruggiero “en raakte in gesprek met een aantal producenten. De communicatie verliep moeizaam. Hun Engels was gebrekkig en de productomschrijvingen waren onduidelijk. Ik miste alle technische specificaties. Ze boden ook geen kant-en-klare flowmeters aan, maar produceerden alleen op bestelling. Daarnaast vond ik het moeilijk om de kwaliteit in te schatten. De monsters kunnen dan wel goed zijn, maar er zijn geen certificeringen of garantievoorwaarden die je enige mate van zekerheid en bescherming bieden voor het geval de uiteindelijke lading niet voldoet. En dat is tricky, want ze toonden pas interesse als je grotere partijen van een product wilde bestellen.” “Ze maken alles” Ruggiero haakte af, maar is nog wel steeds geïnteresseerd in zakendoen met Chinese fabrikanten. “Ik zou wel producten afnemen als ik ook lagere aantallen kon bestellen tegen aantrekkelijke levertijden, duidelijke handleidingen kreeg, zekerheid had over certificeringen en de garantievoorwaarden naar mijn smaak toereikend zouden zijn. De potentie is enorm;