Werken aan vakmanschap
Bea Berndsen is sinds enkele maanden de nieuwe directeur van OTIB, het Opleidings- en ontwikkelingsfonds voor het Technisch Installatie-
Bedrijf. Met meer dan 8.000 bedrijven en circa 120.000 werknemers staat de branche voor mooie kansen en uitdagingen. Goed vakmanschap
is juist nu van groot belang. Zowel voor de werkgever als de werknemer. Een mooie opdracht voor de kersverse directeur
Sinds 15 juni is Bea Berndsen directeur van OTIB en heeft ze haar entree gemaakt in de technische installatiebranche. “De eerste weken heb ik vooral gevuld met gesprekken. Met ondernemers, werknemers, scholen, verschillende organisaties achter OTIB -Uneto-VNI en de vakbonden- én uiteraard met de medewerkers en bestuursleden van OTIB zelf. Ik ben oprecht onder de indruk van de passie en het vakmanschap die ik tegenkom. Het is een prachtige branche met dynamiek en ambitie. Iedereen heeft een beeld als het gaat om de toekomst en de opgaven die er liggen. De technische ontwikkelingen gaan snel. De maatschappelijke opgaven in onder andere de zorg, maar ook rond klimaat en milieu, raken onze branche. Dat vraagt iets van werkgevers en werknemers. En het bijzondere is dat we hier ook met elkaar mee aan de slag willen gaan.”
Talenten herkennen
Berndsen was voorheen acht jaar directeur van OOMT, het opleidings- en ontwikkelingsfonds van de automotive. “Een periode waar ik met veel plezier op terugkijk. Het was een periode van bouwen en het creëren van kansen. In dat perspectief zie ik duidelijke overeenkomsten met de technische installatiebranche.” Wat zijn die overeenkomsten? “In de mobiliteitsbranche zijn het de producten die continu aan verandering onderhevig zijn. De techniek in die branche ontwikkelt zich razendsnel. Bijblijven is dus het credo. En vakmanschap het logische uitgangspunt. Diezelfde uitdagingen zie ik in de technische installatiebranche. Het ontdekken en (beter) inzetten van vaktalent en het herkennen, waarderen en ontwikkelen van individueel talent geeft bedrijven een beslissende voorsprong. En hier werken we hard aan!”
Doelen verkennen
Inmiddels bent u al enkele maanden in de branche aan het werk. Wat zijn de eerste doelen die u zichzelf heeft gesteld? “Als ik naar de branche kijk zie ik betrokken en innovatief vakmanschap. Dit vakmanschap van de werkgever en de werknemer wil ik optimaal blijven faciliteren en inspireren. Dat is wat OTIB altijd heeft gedaan en ook zal blijven doen. Maar de branche verandert, de klantvraag verandert en de markt verandert. Verschillende maatschappelijke, technologische en economische uitdagingen vragen erom om opgepakt te worden. Denk bijvoorbeeld aan de verduurzaming van de gebouwde omgeving. Hiervoor is nieuwe kennis én nieuw vakmanschap nodig, zowel bij de huidige als de toekomstige werknemers. Ik wil werken aan een betere aansluiting tussen onderwijs en bedrijfsleven, juist gezien de uitdagingen die er liggen. Maar het gaat verder. Grenzen tussen sectoren vervagen. Verregaande samenwerking is nodig in de bouw. Ook hier wil ik aan bijdragen, met aandacht voor BIM en integraal samenwerken. Genoeg uitdagingen, genoeg kansen.”
Verbinden
OTIB heeft een groot aanbod als het gaat om het ondersteunen van werkgevers en werknemers. “Dat is ook logisch! Vakmanschap kent verschillende dimensies. Allereest het technisch vakmanschap waarin het bijblijven noodzakelijk is als je kijkt naar alle nieuwe ontwikkelde technologieën en uitdagingen die daarbij komen kijken. Vakmanschap gaat ook over soft skills, vooral van belang in klantrelaties. En het gaat ook om kennis over kunnen dragen, zowel naar leerlingen als de vakbekwame collega’s. Verder gaat vakmanschap over leiderschap. Met name in een branche die enorm verandert. Workshops, theater, innovatieve cursussen, evenementen, voorlichtingsmateriaal. Het is maar een greep uit het omvangrijke OTIB-instrumentarium. Berndsen wil de komende maanden nadenken om al deze producten nog beter met elkaar te verbinden. “Je kunt ondernemers ondersteunen met het samenwerken in de keten, een ontwikkeling die volop gaande is nu de grenzen tussen de sectoren vervagen. Maar als je ondertussen niet denkt aan de ontwikkeling van leiderschap in een bedrijf en het verbinden van je personeel aan deze nieuwe ontwikkeling, dan ben je niet effectief genoeg bezig. Een leertraject als Verbindend Ondernemen verbindt deze elementen. Thema’s die onder meer in Nieuwe Vrienden aan de orde kwamen zijn hier als uitgangspunt genomen om werkgevers en werknemers te laten denken als een lerende organisatie.”
Samenwerken
Een ander thema dat Berndsen de komende periode hoog op de agenda heeft staan is samenwerken. “Samen kun je gewoon meer bereiken. Ik wil nog meer samenwerken met de andere sectoren.” Concreet betekent dit dat OTIB de samenwerking zal zoeken met de andere technische opleidingsfondsen. “We kunnen van elkaar leren en samen optrekken bij het realiseren van concrete instrumenten die tot mooie producten kunnen leiden. Dit is niet nieuw, hoor. Denk bijvoorbeeld aan OTIB-skillsmanager die ook door andere sectoren wordt gebruikt. Maar we moeten onverminderd op samenwerken blijven focussen.” Samenwerken betekent ook met sociale partners innovatieve projecten ondernemen. Een goed voorbeeld hiervan zijn de monteursdagen. “Deze dagen zijn opgestart door Uneto-VNI. Door elementen van Nieuwe Vrienden aan het programma toe te voegen en het programma daarmee nog aantrekkelijker maken, werken we vanuit OTIB actief aan het succes van de monteursdagen mee.” Nauwere samenwerking betreft ook de partijen waar de branche in de praktijk al nadrukkelijk mee samenwerkt. “Want samen zijn we beter dan alleen. Als samenwerking werkt bij het realiseren van projecten, moet dat ook kunnen als het gaat om de ontwikkeling van het vakmanschap. Ik zie uit naar de hiervoor te voeren gesprekken!”
Geef me een jaar
Tijdens het gesprek is de passie bij de nieuwe OTIB-directeur duidelijk zichtbaar. Ze wil echt stappen vooruit zetten om de talenten in de branche nog beter te ontwikkelen, ontdekken, herkennen, faciliteren en meer. Maar hoe pak je dat aan? Berndsen lacht bij deze vraag. “Het is een kwestie van gewoon starten. Ik hoef zeker niet vanuit het niets te beginnen. Ik kan bouwen op een goede reputatie van OTIB, uitstekende kennis, een team van betrokken mensen en een organisatie die met twee voeten in de klei staat. Dus ik mag voortbouwen op wat er al ligt. En dat is fijn.” Maar dan toch de vraag: hoe ga je vakmanschap echt optimaal faciliteren in een branche die volop in beweging is? “Door net zoals mijn team met mijn voeten in de klei gaan staan. Ik zal de komende periode vooral benutten om bedrijven te leren kennen. Ik zal in gesprek gaan met werkgevers en werknemers. En natuurlijk niet te vergeten met het onderwijs. Want dat is onze grote partner wat betreft de instroom. Over een jaar praat ik dan graag verder met InstallateursZaken om te vertellen en te laten zien hoe we het vakmanschap in deze branche verder een boost hebben kunnen geven.” •