Tag: artikel editie oktober 2019

Een leven lang leren

Onze maatschappij verandert in een rap tempo en dat heeft ook grote gevolgen voor de installatiebranche. Waar 10 jaar geleden nog in futuristische termen werd gesproken over VR, IoT en duurzame energiesystemen, zijn deze technieken nu al aardig ingeburgerd. Hoe blijf je bij als vakman? Het antwoord is eenvoudig; door een leven lang te leren. Bekende kennisbolwerken zoals ISSO, TVVL, Otib en Techniek Nederland spelen er slim op in door een breed scala aan trainingen, workshops en cursussen aan te bieden. Maar ook particuliere kennisinstituten houden er rekening mee in hun lesprogramma’s. Denk maar aan een ROVC of een Warmtepomp Academy. En wat te denken van leveranciers of fabrikanten? Bijna iedere week valt er wel een cursus, seminar of workshop te volgen ergens in het land, waarin vakmensen vertrouwd worden gemaakt met nieuwe technieken of technologische ontwikkelingen en markttrends. HBO+? Daarnaast zien we dat reguliere onderwijsinstellingen hun aanbod verruimen. Wat het VMBO- en MBO te bieden heeft aan de vakman, mogen we wel als bekend veronderstellen in de branche. Dat ligt anders voor HBO+. De doorsnee installateur zal niet gelijk denken aan een universiteit, als hij zich oriënteert op een bijscholingscursus, seminar of workshop. En dat is jammer, want ook daar valt veel kennis te halen. En in tegenstelling tot wat velen denken, hoeven achtergrond en vooropleiding daarbij geen enkele belemmering te vormen. Aanbod universiteit Waar moet je dan aan denken? De TU Delft biedt bijvoorbeeld regelmatig vrij toegankelijke lezingen, symposia en seminars aan. Daarbij komen niet alleen wetenschappers aan

“Ik sta op eigen benen”

Iedereen kan zijn of haar eigen toekomst bepalen. Ook in de technische installatiebranche. Het is een kwestie van doen. Ga in gesprek met je leidinggevende, werk aan je vitaliteit en blijf je een leven lang ontwikkelen. Vincent Buur, werkzaam via InstallatieWerk bij technisch dienstverlener Unica, heeft een duidelijk plan en voert dat ook uit. Hoe pakt hij het aan? Hoe kan je je loopbaan in de sector uitstippelen? En wat levert het op? Vincent Buur (22) weet wat hij wil. Hij heeft een beeld waar hij over een aantal jaren wil staan. Maar hij beseft zich ook dat maar één iemand dat kan doen: hijzelf. Vincent, die naast zijn werkzaam­heden als monteur bij Unica via InstallatieWerk nog een extra opleiding volgt, wil graag leidinggevend monteur worden. “Ik wist op vrij vroege leeftijd al welke kant ik op wilde. Ik ben iemand die alles graag snel op een rijtje heeft. Maar ik realiseer me dat ik het vooral ook zelf moet doen.” Werken en leren Werken en leren, daar draait het om voor Vincent. ”Ik ben nu nog in opleiding als BBL-er en heb snel mijn MBO-2 gehaald. Ik ben nu bezig met MBO-3 en ik ga waarschijnlijk ook nog voor MBO-2 Elektrotechniek. En ik heb inmiddels ook mijn lasdiploma.” Het zijn geen toevallige keuzes maar is eerder een goed doordacht plan. Vincent: “Ik had ook direct MBO-4 kunnen doen, maar ik vond dat ik dan de ervaring zou missen om leidinggevend monteur te worden. Je hebt gewoon praktische ervaring nodig

Kapers op de kust

Met de ontdekking van economisch winbare gasvelden in ons land veranderde de wijze waarop woningen en andere gebouwen hier werden verwarmd. Het stoken op kolen en olie werd ingewisseld voor gasverbranding middels cv-ketels, waarvan we er nog volop in onze huizen terugvinden. Maar minder in nieuwbouwwijken, terwijl in de bestaande bouw een hr-ketel ook geen vanzelfsprekende optie meer is. De alternatieven voor de vertrouwde gaswandketel dringen zich al enige tijd op. Meestal gaat het om bekende technologieën die in een verbeterde vorm worden gepresenteerd. Het bekendste voorbeeld is de warmtepomp. Maar er zijn meer kapers op de kust, want de warmtepomp is zeker niet in iedere situatie het beste alternatief. De nadelen ervan zijn inmiddels algemeen bekend: hoge kostprijs, dure isolatiemaatregelen, geluidshinder etc. Zoals gebruikelijk prijzen de aanbieders van andere oplossingen hun eigen systemen met verve aan als een – in specifieke situaties – beter alternatief. In deze verwarmingsspecial passeert een aantal daarvan de revue, daarmee een indicatie gevend van wat er zoal voorhanden is. Let wel, niets meer en minder dan dat.

LT-warmtenetten

LT-netten zijn in opkomst. Sebastiaan Knepper studeerde er onlangs op af. Aan IZ vertelt hij waarom deze duurzame verwarmingsmethode een interessant alternatief vormt voor de veelbesproken warmtepomp.   Knepper voltooide recentelijk zijn studie Sustainable Energy Technology aan de TU Delft. Zijn eindscriptie had als titel ‘Meeting heat demands in Dutch existing homes using Low Temperature District Heating’. In de toekomst wil de twintiger graag zijn expertise op het gebied van LT-netten verder uitbouwen, bij voorkeur uiteraard in een professionele setting.   Kinderschoenen Hoewel alle aandacht nu lijkt uit te gaan naar de warmtepomp, zijn er natuurlijk prima alternatieven om de thermische energievoorziening te verduurzamen. Een van die alternatieven is een LT-warmtenet. De ontwikkeling hiervan staat nog in de kinderschoenen in Nederland, volgens Knepper. “In tegenstelling tot Scandinavische landen waar al een aantal is gerealiseerd.”   LT- of HT-warmtenet? Wanneer spreken we van een HT- of een LT-warmtenet? “In de praktijk worden er verschillende grenzen aangehouden. Sommige deskundigen betitelen alle warmtenetten die warmte leveren met een temperatuur onder de 70 graden Celsius als LT-netten. Anderen spreken nog van een tussencategorie, de zogenaamde Midden Temperatuurnetten, die een werkingsgebied hebben tussen de 50 en 70 graden Celsius. Alles daaronder valt dan in de categorie LT-net. Ikzelf houd het liefste die categorisering aan.”   Mogelijke bronnen LT-warmtenetten zijn in feite collectieve voorzieningen voor de thermische energielevering. Er bestaat ook een equivalent, de zogenaamde LT-koudenetten, maar die zijn nog nauwelijks bekend hier in den lande. Een LT-warmtenet ontleent zijn thermische energie aan een bron, die

Welke toekomst hebben radiatoren?

Is de tijd van radiatoren in Nederland voorbij? Naarmate steeds meer nieuwbouwwoningen met lage-temperatuurverwarmingssystemen opgeleverd worden verliest de radiator hier terrein. De naam radiator zegt het eigenlijk al. Een afleiding van het woord radiatie, ofwel straling. En waar convectie en conductie werken met een normale ΔT in temperatuur werkt straling met een ΔT in vierde-machtswortel. Het reduceren van de aanvoertemperatuur heeft hierdoor een veel grotere impact op het vermogen van radiatoren dan op bijvoorbeeld het vermogen van convectoren.Er vormen zich al verschillende trends binnen de radiatoren markt. Ventilatoren in radiatoren (wat eigenlijk meer convectoren worden) en aanvoermedium door de voorkant van de radiator om zoveel mogelijk straling te behouden.En vaak eindigt er toch nog een radiator in een badkamer van een nieuwbouwhuis, puur voor het esthetische aandeel of om handdoeken op te drogen. Deze werken echter vaak als hulpverwarming naast vloerverwarming. Ook worden er soms elektrische elementen in radiatoren geplaatst, maar hiervoor lijkt een infrarood paneel wellicht de betere optie. Ook blijft de radiator tot op heden toepasbaar in stadverwarmingsnetten. Zolang er hoge-temperatuursystemen blijven heeft de radiator een plaats binnen de markt. Maar op het moment dat er vooral lage-temperatuursystemen zijn, wat ik wel verwacht, en ook stadsverwarming op lage temperatuur gaat functioneren dan eindigt het voor de traditionele radiator. Het wordt een nicheproduct voor design, of voor in een berging of garage. Andere producten onder wellicht een verkapte ‘radiator’-naam zullen het overnemen en de hedendaagse radiator verdrijven.Tim VisserInstallatiebedrijf Visser in Twisk[Twee generaties installateurs, vader Dick en zoon Tim Visser,

Installatiegemak en veiligheid

Een goed werkende installatie, of die nu ondersteund wordt met een elektrische warmtepomp of met een gas-hybride installatie, heeft een behoorlijke positieve bijdrage om de uitstoot van broeikasgas te verkleinen. Uit onderzoek blijkt echter dat 75% van de cv-ketels niet optimaal functioneert. Door goed inregelen kan jaarlijks 10 tot 15% worden bespaard op het gasverbruik! Automatisch geregelde radiatorthermostaten zorgen voor een verder verlaging van het energiegebruik. Dit is een significante maatregel om de CO2 uitstoot te reduceren. Bovendien zijn deze thermostaten comfort verhogend.Het zijn maatregelen die we direct na de zomer kunnen toepassen, om nog voor het stookseizoen klaar te zijn. Gelijktijdig kan dan naar de veiligheid van de gehele installatie worden gekeken. Hierbij speelt de veilige afvoer van de rookgassen een cruciale rol. Aspecten die aandacht verdienen: zijn alle onderdelen van het afvoersysteem nog goed bevestigd? Is het afschot van de eventueel horizontale delen nog in orde? Veroorzaakt de uitmonding geen hinder, doordat er bijvoorbeeld een dakraam geplaatst is in de buurt van de uitmonding? Een checklist voor de controle van de meest voorkomende afvoersystemen is beschikbaar via: www.hetnieuwebeugelen.nl.Tot slot zien we dat concentrisch afvoermateriaal door marktwerking de nieuwe standaard wordt voor het aansluiten van een toestel. Alle leden van de Rogafa hebben dit in hun leveringspakket. Ook de ketelfabrikanten, die samen met o.a. Rogafa onderdeel uitmaken van de nieuwe branchevereniging de Nederlandse Verwarmingsindustrie, spreken hier hun voorkeur voor uit. Zij leveren hun cv-ketels standaard af-fabriek met een concentrisch aansluiting, waardoor een adapter niet langer nodig is. Opnieuw een

Digitale transitie, hoe succesvol wordt jij?

Waar zo’n pak hem beet 20 jaar geleden de Elektrotechniek, Werktuigkunde en ICT gescheiden werelden waren, integreren deze volop. Deze technische systeemintegratie is boeiend en biedt kansen. En opnieuw is een transitie gaande: een digitale transitie.De eerste technische integratieronde is een feit. Wie nu nog twijfelt of van mening is dat ‘het op ons afkomt’ is redelijk laat, zo niet té laat. In de vakmedia lees je nu veel over Internet of Things (IoT). Let op: dit komt er niet. Dit is er al. En het dijt de komende jaren alleen maar uit. Alle techniekvormen gaan in bepaalde mate, direct of indirect, met elkaar in verbinding staan. Onderdeel van de gaande transitie is de integratie van gewenste functie (F), de dienst rond het gebruik hiervan (D) én de benodigde onderliggende techniek (T). Binnen de digitale transitie gaat bij een eindgebruiker de F steeds belangrijker worden. Vraag aan een eindgebruiker niet wat hij wil. Je ontvangt namelijk het antwoord vanuit de context van wat hij weet. Henry Ford heeft dit ons al geleerd en in recentere tijd heeft ook Steve Jobs hiervan het bewijs geleverd. De eindgebruiker – geholpen door veel lifestylemedia – maakt wel duidelijk wat haar functionele behoeften zijn. En met de juiste vragen, achterhaal je ook wat latent (zeg maar in het onderbewuste) gewenst is. Een eindgebruiker wil alleen horen of je aan haar wensen kunt voldoen. Met welke techniekintegraties jij dit doet, boeit hem of haar in steeds mindere mate. Daar ben jij toch de specialist of

LT-radiatoren

Om lage-temperatuurverwarming via bijvoorbeeld een warmtepomp tot een succes te maken moet het afgiftesysteem voldoende warmte kunnen afgeven. Dat kan als het een groot oppervlak heeft, zoals bij vloer- of wandverwarming het geval is. Maar er zijn ook steeds meer radiatoren verkrijgbaar die speciaal ontworpen zijn voor lage temperaturen: de LT-radiator. LT-radiatoren laten het warme water bijvoorbeeld eerst via de voorplaat lopen. Hierdoor komt er zoveel mogelijk stralingswarmte van de radiator. In de radiator geïntegreerde ventilatoren zorgen voor versterkte convectie. Een voorbeeld hiervan is de nieuwste Ulow-E2 radiator van Radson (zie hoofdafbeelding). Dit soortradiatoren helpt woningeigenaren al een eerste stap te zetten naar een duurzame en energie-efficiënte woning op lagere temperatuur. In een later stadium – als dit qua investering beter uitkomt – kan hierop dan nog een warmtepomp worden aangesloten. Gecombineerde warmte De 2 in de naam van deze radiator staat voor het principe van twee gecombineerde warmtesystemen. De panelen leveren de stralingswarmte en de in de radiator geïntegreerde ventilatoren zorgen voor versterkte convectie van deze warmte naar de ruimte. De Ulow-E2 is zelfregulerend, stuurt, afhankelijk van de warmtevraag, zelf de ventilatoren aan, maar kan via een touchpad ook handmatig bediend worden. Een bijkomend voordeel van de ventilatoren is het ‘summer breeze effect’: de circulatie van duurzaam verkoelende lucht tijdens warmere zomermaanden. De radiator wordt gemonteerd zoals zijn traditionele broertje: met middenaansluiting. Elektrotechnisch is het een kwestie van een stekker in een stopcontact steken. Vlakke voorplaat De FlatLine-radiator van Vasco is een ander voorbeeld van een LT-radiator. De watervoerende

Terugkijken met trots

Het is een periode die ten einde komt. Het project Technologie Thuis Nu! wordt afgesloten. Meer dan tien jaar waren de ‘domoticawoningen in Woerden’ een vaste bestemming voor schoolklassen, studenten en installateurs. Tienduizenden bezoekers volgden er rondleidingen en cursussen. Inzet was bezoekers te laten ervaren hoe de behoeften van zorgconsumenten en mensen met een beperking kunnen worden gekoppeld aan bewezen technologie. Zodat zij langer thuis blijven kunnen wonen.We werkten in die tien jaar samen met het Longfonds, Bartimeus en Alzheimer Nederland. Bedrijven uit de branche dachten mee over opzet en programmering. We daagden studenten uit mee te denken over mogelijke aanpassingen. We ontwikkelden lesmateriaal en cursusmateriaal. We inspireerden woningbouwcoöperaties en ontwikkelden in Delft zelfs een voorbeeldwoning. We ontvingen delegaties uit heel Nederland en het buitenland. We zetten de stip op de horizon als het gaat om langer thuis wonen. Inmiddels is het thema breed omarmd. Slimmer wonen is niet langer een kwestie van verwonderen en inspireren; het is nu een kwestie van doorpakken. Ons werk is gedaan. En dat is de reden om de woonwijk eind september te sluiten. Maar het goede nieuws is dat in 2020 de woningen opnieuw verrijzen en wel in Nieuwegein, in de gebouwen van ROC Midden Nederland. Zij nemen onze rol over en willen studenten nog meer kennis laten maken met de wisselwerking tussen techniek en zorg. Daarnaast is in de tussentijd hard gewerkt aan een virtuele versie van de woonwijk compleet met toelichting. Deze is in september 2019 operationeel. We dragen het stokje dus

Easy to install

We kennen al de waterstofketel. Binnenkort krijgt hij er een broertje bij: de waterstofgestookte luchtverwarmer. Mark Climate Technology is een expert op het gebied van klimaattechniek, luchtverwarming, stralingsverwarming en ventilatie apparatuur. De thuisbasis ligt in Veendam. Die omstandigheid heeft er in grote mate aan bijgedragen dat directeur Jan Koop de Boer op het idee kwam om een totaal nieuwe weg in te slaan met zijn luchtverwarmers. Ideale omstandigheden De Boer: “Het einde van de gaswinning in Groningen komt in zicht. Er worden nu verschillende initiatieven ontplooid om hierop in te springen. Zo is de Gasunie reeds bezig een bestaande ringleiding geschikt te maken voor Russisch gas. Een andere ringleiding van circa 600 km lengte wordt omgeturnd voor het transport van waterstofgas. Tegelijkertijd is de kuststrook ideaal voor nieuwe windmolen- en zonneparken. Als er te veel energie wordt opgewekt, kan er via elektrolyse waterstof mee worden gemaakt wat dan als opslagmedium gaat fungeren. Een duurzame oplossing, omdat waterstof zero emissies oplevert.” Al met al dus de ideale omstandigheden om waterstofgestookte verwarmers te ontwikkelen. Doelgroepen De luchtverwarmers moeten medio 2020 op de markt komen. De Boer mikt onder andere op de industrie, garages, sporthallen en supermarkten. “Ook is het mogelijk de luchtverwarmer in te bouwen in een LBK, waarbij hij gaat fungeren als voor- of naverwarmer. Concurrentie De vraag is echter of deze nieuwe oplossing wel aftrek zal vinden. In de media en ook in de branche worden immers de warmtepomp en waterstofketels al als de oplossingen voor onze duurzame toekomst aangeprezen.