Tag: artikel editie januari 2024

Sillicon Valley in Brabant

Slimme jonge techneuten die supersnel ideeën naar producten willen omzetten. Je vindt ze terug in het Brabantse Duizel. Onder de naam Wefabricate opereren ze hier als zowel engineer, toeleverancier als producent. Eén van die nieuwe producten van het bedrijf is een ‘cradle to cradle’ warmtepomp, werkend met propaan als koudemiddel. De warmtepomp is horizontaal uitgevoerd, zodat hij, geplaatst op een plat dak, nauwelijks opvalt. Tot een aantal jaar geleden zat de Nederlandse sigarenfabrikant Agio in de riante, destijds gloednieuwe behuizing, waar Wefabricate nu gevestigd is. Martijn van de Ven, oprichter en CEO van het bedrijf, twijfelde geen moment toen hij in 2021 de kans kreeg om dit pand in het Brabantse Duizel – winnaar Breeam award 2017 – over te nemen en samen met zo’n vijftig medewerkers te betrekken. Uitgesteld pensioen Inmiddels is het aantal werknemers uitgegroeid tot 180 medewerkers, verdeeld over elf BV’s, die alle onder de Wefabricate paraplu vallen. Een aantal daarvan focust zich op de maakindustrie of, zoals ze het zelf noemen, manufacturing as a service, waarbij wordt geproduceerd in opdracht van andere partijen. Andere BV’s specialiseren zich juist weer in het ontwikkelen en fabriceren van producten. Zo ook Weheat, dat onder andere een hybride/all-electric platdak warmtepomp op de markt brengt. IZ ging hierover in gesprek met Toon van Engelen, die sinds kort als consulent bij deze BV betrokken is. Voor velen in het vakgebied is Van Engelen geen onbekende. Na een lange beroepscarrière bij onder andere NIBE, OSH en Stiebel Eltron, genoot de 69-jarige eigenlijk net

Verduurzaming

De sector staat voor grote uitdagingen op het gebied van verduurzaming, arbeidsmarkt en digitalisering. Om de continuïteit van bedrijven te waarborgen, moeten we de komende jaren een aantal transities doorlopen. NVKL, de vereniging van koeltechnische bedrijven, is één van de kennispartners in de branche die hierbij betrokken is. De Europese Unie heeft de ambitie om de CO2-uitstoot in 2030 met 55% te verlagen ten opzichte van het niveau in 1990. Deze verduurzaming is sinds februari 2022 ook om economische redenen in een stroomversnelling gekomen door de drastische stijging van de energieprijzen vanwege de oorlog in Oekraïne. Energiebesparing Het kabinet heeft ingezet op energiebesparing, waarbij voor de sector de focus ligt op isoleren, het toepassen van energie-efficiënte apparaten en het zoveel mogelijk gebruiken van hernieuwbare energiebronnen. Er zijn daarvoor verschillende Europese en Nationale wetten ingevoerd in het kader van de Europese ‘Green Deal’. In de Nederlandse wetgeving zien we de implementatie van deze wetten onder andere terug in het Besluit Bouwwerken Leefomgeving. Brancheverenigingen, zoals NVKL, en de Nederlandse overheid hebben de belangrijke taak om in samenwerking met elkaar de markt te voorzien van de juiste informatie. Van gasketel naar warmtepomp Het kabinet heeft in mei 2023 aangekondigd dat vanaf 2026 de (hybride) warmtepomp de standaard wordt voor het verwarmen van woningen. Huishoudens zullen, behoudens enkele uitzonderingssituaties, bij vervanging van een cv-installatie moeten overstappen op een duurzamer alternatief. Voordat een cv-ketel 1 op 1 vervangen kan worden door een (hybride) warmtepomp, moet eerst gecontroleerd worden of een woning hiervoor geschikt is. Een

Voortschrijdend inzicht

Onder andere PVT en waterstof krijgen de nodige aandacht in vak- en reguliere media, maar vooralsnog lijkt vooral de warmtepomp te worden gezien als de interessantste optie om te verduurzamen. Vooral als het gaat om stand-alone oplossingen, lijkt er nauwelijks sprake te zijn van concurrentie in Nederland. Eigenlijk best wel een aparte ontwikkeling. De geschiedenis van de warmtepomp gaat namelijk al meer dan een eeuw terug, maar ondanks verwoede inspanningen – zelfs tot in de jaren negentig aan toe – wist de technologie nooit serieuze voet aan de grond te krijgen. Hoge elektriciteitsprijzen en een prima werkend en ingeburgerd cv-keteltje zetten de warmtepomp decennialang de voet dwars. En kijk nu, we hebben het bijna alleen nog maar over warmtepompen. Hoe vreemd kan het lopen. En we moeten straks (of over een eeuw) vooral niet raar opkijken als er opnieuw sprake is van voortschrijdend inzicht. Wat dat betreft is ook in de installatiebranche niets zo zeker als verandering. Maar goed, nu eerst maar een bezoek brengen aan VSK’24. Kijken of er nog leuke (toekomstige) verrassingen te spotten zijn.

PVT

Voor huiseigenaren die hun woning willen verduurzamen met een warmtepomp vormt de buitenunit vaak een struikelblok. Met een PVT-warmtepomp en PVT-panelen op het dak is geen buitenunit nodig, waardoor geluidsoverlast tot het verleden behoort. Hoe werkt het PVT-systeem en wat zijn de voordelen? Expert Triple Solar legt uit. Het PVT-systeem bestaat uit een PVT-warmtepomp en PVT-panelen. Deze voorzien je woning van verwarming of koeling, warm water en elektriciteit. PVT-panelen wekken elektriciteit en warmte op. De voorkant van het PVT-paneel bestaat uit zonnecellen (PV). De achterkant van het paneel is een thermische wisselaar (T) en onttrekt warmte uit de buitenlucht en het paneel. In alle seizoenen, 24 uur per dag, ook bij bewolking of vorst. Werking De PVT-panelen zijn de energiebron voor de PVT-warmtepomp. De onttrokken warmte uit de PVT-panelen wordt door leidingen naar de PVT-warmtepomp geleid. De verdamper in de warmtepomp gebruikt deze warmte om het koudemiddel in de PVT-warmtepomp te verdampen. De elektrische compressor in de warmtepomp perst het dampvormige koudemiddel samen. Door dit proces stijgt de druk van het natuurlijke koudemiddel propaan en neemt de temperatuur toe. Het hete dampvormige koudemiddel condenseert in de condensor, geeft warmte af aan het cv-water, dat dan naar de verwarmingsinstallatie of boiler gaat. De afgegeven warmte is nu geschikt voor verwarming en warm tapwater. De transportvloeistof keert terug naar de verdamper om het proces te herhalen. Propaan De Triple Solar PVT-warmtepomp 3.5 gebruikt het natuurlijke koudemiddel propaan (R290). Dat werkt efficiënt bij lagere temperaturen tot een buitentemperatuur van -10 °C en kan

Toekomstmuziek

Van redder in nood tot ‘dwangpomp’, de warmtepomp houdt de gemoederen bezig in Nederland. En niet zonder reden, de warmteopwekker wint aan populariteit en lijkt nauwelijks last te hebben van concurrenten, zoals PVT-systemen of waterstofketels. Tijdens de European Heat Pump Summit vertelden diverse experts hoe deze duurzame oplossing verder doorontwikkeld kan worden.  In de vorige editie van IZ stond al een korte terugblik op de European Heat Pump Summit, in dit nummer gaan we meer uitgebreid in op de stand van zaken. De warmtepomp gaat, als we de diverse deskundigen mogen geloven, een gouden toekomst tegemoet. Marktontwikkelingen Allereerst de marktcijfers. Volgens de EHPA of European Heat Pump Association groeide de markt voor warmtepompen in 2022 met maar liefst 39 %. Er werden 3 miljoen warmtepompen verkocht, waarmee het totale aantal warmtepompen in Europa nu uitkomt op 20 miljoen. Met name Frankrijk, Italië en uiteraard Duitsland zijn de groeimarkten. In 2023 is de groei afgevlakt, maar de EHPA blijft optimistisch en streeft naar 60 miljoen warmtepompen in Europese gebouwen in 2030. Regelgeving Dat is ook haalbaar, denkt de EHPA. De warmtepomp heeft zich volgens de belangenvereniging inmiddels wel bewezen, ook in hele koude omstandigheden. Daarnaast duwt de EHPD of Energy Performance of Buildings Directive van de EU ons ook steeds meer richting de warmtepomp. Deze richtlijn heeft als doel om de energie-efficiëntie van gebouwen te verbeteren, waardoor het energiegebruik daalt. In Nederland heeft de EHPD de ontwikkeling van de nieuwe BENG-regels gestimuleerd en daaruit voortvloeiend de NTA 8800, voor de lezer

Virtual Reality

Digitalisering biedt een zee aan mogelijkheden voor de branche. Voor IZ dook Ron Bosch, adviseur en HBO-hoofddocent Installatietechniek, in de wereld van Virtual Reality en de praktische oplossingen die VR kan bieden. Hoe verandert VR precies de dagelijkse praktijk van een loodgieter? En wat zijn de concrete mogelijkheden voor bijvoorbeeld warmtepomp-installateurs? In dit artikel nemen we een kijkje in de wereld van VR en leggen we uit hoe installateurs zich laagdrempelig kunnen verdiepen in deze technologie. Hoe verandert VR de dagelijkse Praktijk van Installateurs? Voor installateurs biedt VR de mogelijkheid om problemen die voorheen pas tijdens de fysieke uitvoering aan het licht kwamen, al in de ontwerpfase op te lossen. Waar ontwerpers vroeger werkten met statische tekeningen, kunnen virtuele modellen nu als gespreksonderwerp dienen. Dit vroegtijdige inzicht leidt tot kostenbesparing en efficiëntieverbeteringen doordat bottlenecks veel eerder worden ervaren. Als loodgieter kun je bijvoorbeeld virtueel door een gebouw navigeren en de leidingen en aansluitingen visualiseren, voordat je daadwerkelijk aan de slag gaat. Voor warmtepompinstallateurs biedt VR de mogelijkheid om complexe installaties virtueel te assembleren en te testen. Hierdoor kunnen potentiële fouten worden geïdentificeerd en opgelost voordat de installatie plaatsvindt, wat kostbare fouten en vertragingen voorkomt. Hoe kunnen installateurs zich laagdrempelig in VR Verdiepen? Om installateurs vertrouwd te maken met VR, zijn er verschillende trainingen en cursussen beschikbaar. Merken zoals Oculus, HTC Vive en Microsoft HoloLens bieden VR-oplossingen die specifiek zijn ontworpen voor de installatietechniek. Trainingen variëren van basisniveau tot geavanceerde toepassingen, waardoor installateurs hun vaardigheden kunnen ontwikkelen op basis van hun

Topcoaches zijn helden!

De recente uitreiking van de titel ‘TopCoach van het Jaar 2023’ in de technische installatiebranche biedt met de prachtige ervaringsverhalen niet alleen een inkijkje in excellent praktijkbegeleiderschap, maar ook in hoe duurzaamheid en personeelsbeleid hand in hand gaan. Zij zijn de helden van de bedrijven die het verschil maken voor medewerkers die hun weg nog in de techniek moeten vinden. Duurzaam ondernemen is meer dan alleen het toepassen van groene technologieën. Het gaat verder dan het hergebruiken van materialen en een elektrisch autopark. De essentie van duurzaam ondernemen komt ook tot uiting in de manier waarop we omgaan met onze medewerkers. Een duurzaam personeelsbeleid zet in op het creëren van een veilige werkplek, maar ook op het aanmoedigen van persoonlijke ontwikkeling. In een tijd waarin het vinden van geschikt personeel een uitdaging is, wordt het des te belangrijker om zuinig te zijn op onze medewerkers. De recent bekroonde TopCoaches Sanjay Bhoendie, Marleen Siebers en Piet Jonker – belichamen dit duurzame personeelsbeleid. Bhoendie, werkzaam bij Lomans in Capelle aan den IJssel, heeft zijn focus verlegd naar het begeleiden van nieuwkomers in het vak. Siebers, verbonden aan IW Brabant-Zeeland, valt op door haar bijzondere relaties met leerlingen en haar inzet op actieve betrokkenheid van ouders, collega’s en de school bij het leerproces. Jonker, oprichter van Jonker Totaaltechniek in Uitgeest, neemt de verantwoordelijkheid om leerlingen met een afstand tot de arbeidsmarkt te begeleiden. Deze TopCoaches laten zien dat duurzaam ondernemen inzet op het investeren in de groei en het welzijn van medewerkers. Ze

Zoutbatterij

Vanaf 2031 behoort het salderen tot het verleden. De komende jaren wordt de regeling geleidelijk aan afgebouwd. Daarmee wordt het een stuk aantrekkelijker om te investeren in opslagsystemen. In de markt signaleert men al een toenemende belangstelling. Bijvoorbeeld voor zoutbatterijsystemen. Door de salderingsregeling kreeg de eigenaar van PV-panelen altijd geld bij de teruglevering van energie-overschotten aan het net. Maar vanaf 2025 komt daar verandering in. Geleidelijk aan zal de bezitter van panelen zelf steeds meer geld moeten gaan neertellen om energie te mogen terugleveren aan het net. Interesse Zowel de zakelijke als particuliere markt kijkt daarom met groeiende belangstelling naar opslagmogelijkheden. Zo merkt Fortona, leverancier van zoutbatterijsystemen, dat de interesse van woningbezitters met maar liefst 50 % is toegenomen ten opzichte van vorig jaar, vertelt Kees Compaan. “En waren er in de zakelijke markt in 2022 slechts enkele tientallen partijen mee bezig, is dat aantal nu verdrievoudigd.” Nicheproduct Fortona levert een nicheproduct. De markt voor opslagsystemen wordt vooralsnog gedomineerd door lithium-ion batterijen. Maar de leverancier heeft het tij mee. Lithium-ion batterijen brengen het risico op een ‘thermal runaway’ met zich mee. Oftewel, je moet opletten met de brandveiligheid. Bij zoutbatterijsystemen is dat geen issue. Ontbranden Wanneer de cel van de lithium-ion batterij beschadigd raakt, in contact komt met water of hoge temperaturen moet weerstaan, kan het voorkomen dat de batterij spontaan gaat ontbranden of zelfs tot ontploffing komt. Omdat lithium batterijen opgebouwd zijn uit cellen, kan de ene cel de andere ontbranden en zo een kettingreactie veroorzaken. De ontbranding van

Van Oud naar nieuw

We zijn inmiddels alweer in het nieuwe jaar aanbeland, waarbij ik als eerste iedereen een gezond en gelukkig 2024 wil wensen. Het oude jaar was voor mij een jaar van veel afronden, omzetten, opruimen en verkopen. Voor mijn oude personeel heb ik samen met hen een passende nieuwe werkgever gevonden; iets wat weinig tot geen probleem was, iedereen zit te springen om vakbekwaam en ervaren personeel. Inmiddels zitten ze allemaal tot tevredenheid bij hun nieuwe werkgever. Heel veel oude onderdelen uit de magazijnstellingen konden bovendien retour naar de leveranciers of fabrikanten. Stellingen, kasten, buizenstellingen, draadmanden en veel gereedschappen waren weliswaar oud maar absoluut nog niet rijp voor de schroothoop. Wat rondbellen en rondmailen resulteerde erin dat heel veel van de oude materialen inmiddels een nieuwe eigenaar hebben gevonden. Voor mij was het op die manier het hele jaar door van oud naar nieuw; iets wat eigenlijk met heel veel onderdelen en materialen mogelijk is, zo realiseer ik me. We moeten hier met zijn allen meer aandacht aan besteden. Het kan heel eenvoudig zijn en maakt een hoop mensen blij. Kijk bijvoorbeeld naar oude, maar ook minder oude cv-ketels. Dit zijn apparaten waar veel materialen in zitten die opnieuw te gebruiken zijn. Denk aan ventilatoren en elektronica. Maar ook pomphuizen zijn eenvoudig te hergebruiken en oude warmtewisselaars – het zijn vaak speciale legeringen – kunnen zo opnieuw de oven in en weer als wisselaar het leven zien. Misschien kan er via de groothandels en fabrikanten een eenvoudig ophaalsysteem gerealiseerd worden, zodat

Technische vooruitgang van mens en materiaal

We ontdekken steeds meer beperkingen in het gebruik van voorheen schijnbaar onuitputtelijke bronnen zoals fossiele energie, grondstoffen en arbeid. Dit dwingt ons afscheid te nemen van fossiele brandstoffen en te investeren in hernieuwbare alternatieven zoals windmolens, zonnepanelen, warmtepompen en batterijtechnologie. Opmerkelijk genoeg komt het erop neer dat we het ene schaarse goed, fossiele energie, inruilen voor een ander schaars goed: materialen. Om niet in een nieuw dilemma te belanden, moeten we niet alleen streven naar hergebruik, maar ook naar efficiëntie, waarbij we met zo min mogelijk materiaal zoveel mogelijk kunnen bereiken. De basis van alle technische vooruitgang is dat de mensheid materialen tot op steeds kleinere afmetingen kan beheersen. Met de elektronenbuis en later de transistor konden de radio en tv gerealiseerd worden maar de PC, internet en mobiele telefonie werden pas mogelijk door de chip, die de integratie van steeds meer transistoren op een plakje silicium bevat. De wet van Moore onderkende deze technologische vooruitgang voor het eerst. Deze stelt dat elke twee jaar de rekenkracht van computerchips verdubbelt voor dezelfde prijs. Dit vooruitgangsprincipe geldt nog steeds voor de chiptechnologie en, zij het veel langzamer, op andere technologieën zoals zonnecellen en Li-ion batterijen. De overgang naar duurzaamheid vereist een slim en zuinig gebruik van materialen en arbeid, met oog voor het praktische aspect dat vooruitgang tijd vergt. Het is effectiever en eerlijker om iedereen eerst 80% te laten bereiken, omdat dit niet alleen een groter totaalresultaat oplevert, maar ook de lasten gelijkmatiger verdeelt over de hele samenleving. Dit zien