Eigenlijk was iedereen het wel met elkaar eens. Tijdens lezingen in het VSK-theater, op de stands van fabrikanten en in gesprekken met professionals op de beursvloer, werd overal dezelfde mening verkondigd. Hybride oplossingen gaan een gouden tijd tegemoet. De cv-ketel is een oudgediende, maar veel mensen weten niet dat de warmtepomp ook al langer dan 100 jaar bestaat. Aan het begin van de 20e eeuw werd de eerste warmtepomp in gebruik genomen. Het was geen succes. Pas de laatste jaren vindt de duurzame warmteopwekker breed ingang. Die ontwikkeling is heel recent in een stroomversnelling terecht gekomen. Directe aanleiding zijn de perikelen in Groningen en de kabinetsplannen van Rutte III. De CO2-uitstoot in Nederland moet in 2030 met 49 procent zijn teruggedrongen ten opzichte van 1990, vinden VVD, CDA, D66 en ChristenUnie. Dit wordt verankerd in een klimaatwet. Daarnaast moeten uiterlijk in 2030 alle resterende kolencentrales gesloten zijn. Nadat de duurzaamheidsparagraaf van het Regeerakkoord bekend werd, stroomden de Twitter- en Facebook-Timelines vol met de hashtag #vangaslos. Zowel consumenten als het bedrijfsleven zijn naarstig op zoek naar alternatieven voor de cv-ketel en komen dan al snel terecht bij de warmtepomp. Plug & Play Op de VSK maakten we een rondje langs de stands van Remeha, Nathan, Nefit en Duco en woonden we twee lezingen bij waarin experts het onderwerp aantikten. Het was in twee woorden ‘gillend druk’ op de stand van Remeha. Vooral in het straatje waar all-electric warmtepompen in de range tussen 4,5 tot 27 KW werden getoond. We spraken met
Tag: artikel editie april 2018
De bouw- en installatiebranche staan te springen om vers bloed. Dus ook het vakgebied ‘Sanitaire Technieken’. Nu de instroom achterblijft, proberen fabrikanten de installateur een handje te helpen. Met VR, prefab-oplossingen en uitgebreide begeleiding. Alles draait kortom om installatiegemak. En, uiteraard, duurzaamheid. ‘Ruim 55.000 mensen nodig de komende vier jaar’, kopte het Economisch Instituut voor de Bouwsector begin dit jaar. De bouw- en installatiebranche weten van gekkigheid niet meer hoe ze aan nieuwe mensen moeten komen. Fabrikant Geberit en Sphinx zijn daarom de campagne ‘Slim bekeken’ begonnen. Evenals andere sanitairfabrikanten reiken ze de installateur de helpende hand door oplossingen en werkmethodes te bedenken, waarmee de installateur tijd kan besparen. Virtual Reality Op de stand van Geberit en Sphinx gaf VSoft een demonstratie over werken met een VR-bril. De klant kan in een showroom al virtueel zijn badkamer inrichten. De showroom zet vervolgens een kant-en-klaar ontwerp in de cloud, dat via een app toegankelijk is. De installateur voert ter plekke het ontwerp uit en klaar is Kees. Prefab Geberit toonde ook andere handige oplossingen. Zoals het Geberit GIS installatiesysteem. Met het draagsysteem, installatie elementen en systeembeplating heeft de installateur in een paar stappen complete sanitairwanden, tot en met het betegelbare oppervlak aan toe. Het Geberit GIS-aanbod omvat onder andere elementen voor wandhangende wc’s, wandkranen, douches met wandafvoer, urinoir en bidet, alsmede montageplaten voor de bevestiging van grepen en armsteunen in barrièrevrije badkamer. Rehau liet in hetzelfde segment haar Rehau sanitair box (RSB) zien. De voorgemonteerde box bevat alle koppelingen en heeft
Huub Kamp is een nijver baasje. Na jarenlang de scepter te hebben gezwaaid bij verschillende bedrijven, begon hij in 2013 als zzp’er. Kamp Buitenland Verbouwingen is sindsdien actief in Frankrijk en Hongarije. Voor IZ bericht hij sinds oktober 2016 over zijn belevenissen in den vreemde. Kamp’s schrijfsels zijn een bonte schakering van verwondering, humor en leermomenten. In deze aflevering: een lekkende waterleiding.Een vaste klant vroeg me om langs te komen in Frankrijk. Het ging om zijn woning in de buurt van Orléans. De tegelvloer in de badkamer was los komen te liggen, nadat we de badkamer 1,5 jaar daarvoor hadden verbouwd. We zochten de oorzaak allereerst in de kwaliteit van de Franse tegellijm die we hadden gebruikt om de vloertegels te verlijmen. De kwaliteit van bepaalde Franse materialen is niet van het niveau zoals wij dat in Nederland gewend zijn. Dit geldt voor onder andere hout, gips, en, nu door schade en schande wijs geworden, ook voor bepaalde lijmsoorten.KletsnatWe konden de grote vloertegels (30×60) gemakkelijk met onze glaszuigers van de ondergrond lostrekken. De vloer daaronder bleek kletsnat te zijn. De lijm die nog vast zat aan de tegels konden we grotendeels eenvoudig verwijderen. Het restant dat vast zat, hebben we schoongemaakt, laten drogen en er daarna groeven in geslepen om de tegels herbruikbaar te maken. We hebben de ondervloer vervolgens goed laten drogen en de vloertegels opnieuw verlijmd met Eurocol 705 die we uit Nederland hadden meegenomen.Extra controleWe hielden er al rekening mee dat er misschien nog een andere veroorzaker
Nederland staat voor een ambitieuze opgave om haar CO2-uitstoot te reduceren. Wanneer maar ca. 5 procent van de elektriciteit die wij verbruiken duurzaam wordt opgewekt, is het niet slim en verantwoord om de gehele energietransitie op deze energiedrager te laten rusten. Het goede nieuws is dat de VSK2018 een voorproefje toonde van de slimste oplossing om de energietransitie in te leiden voor het gros van de gebouwde omgeving: de hybride-verwarmingstoestellen. Het elektrisch component van een hybride-toestel kan tot een gasreductie van 50% (of meer) leiden. Het totale gasverbruik voor woningen in Nederland gaat dan van 10 naar 5 miljard m3/jaar. Een pré daarbij is dat de elektriciteit opgewekt wordt uit duurzame bronnen, anders draagt dit niet bij aan de CO2-reductie. Door goed te isoleren en installaties perfect af te stellen is nogmaals ten minste een afname van 2 miljard m3/jaar mogelijk. De overblijvende 3 miljard m3 aardgas moet en kan ook verduurzaamd worden. Dit kan sneller en makkelijker dan bij elektra. Bij succesvolle toepassing van duurzame energie-opwekkers (zon, wind, water etc.) zal energieopslag een belangrijk vraagstuk worden in verband met de ongelijktijdigheid van energievraag en -aanbod. Een overschot aan duurzame energie kan opgeslagen worden in gasvorm: nieuwgas (groengas, e-gas, waterstof). Dit is het Power-to-Gas principe. Deze hybride route is ook voedingsbodem voor innovaties. De digitalisering biedt mogelijkheden om een toekomstig hybride-verwarmingstoestel zelf de primaire energiebron te laten kiezen, afhankelijk van beschikbaarheid en tarieven. En het beste nieuws is dat er geen aanvullende investering vereist is voor grote aanpassingen/of uitbreiding van
Even over de grens ligt Essen. Volgens insiders een zeldzame parel in het geïndustrialiseerde Roergebied. “Als je ten minste de juiste wijken ingaat”. Wij bezochten Essen vanwege een geheel andere reden. Om het jaar organiseert de Messe Essen de SHK ESSEN, één van de grootste installatievakbeurzen van Europa. Gewoonlijk in het begin van maart. Vanwege het tijdschema beperkten we ons deze keer tot de sanitairhallen. Verslag van een rondje ‘duurzaamheid’, ‘veeleisende klanten’, ‘digitalisering’, nieuwe kranen en badtrends. De SHK ESSEN had dit jaar 556 exposanten uit 18 verschillende landen, die verspreid over 10 hallen hun nieuwe producten en systeemoplossingen lieten zien. Uiteraard was er ook een omlijstend programma met lezingen, presentaties en stands met infoborden. Evenals bij andere vakbeurzen in installatieland ligt het aantal beslissers gewoonlijk hoog; zo rond de 70%. De SHK besteedt aandacht aan diverse vakgebieden binnen de installatietechniek; van duurzame energie-opwekkers, tot verwarmingsafgiftesystemen en koudetechniek. De eerlijkheid gebiedt wel te zeggen dat de beurs vooral focust op ontwikkelingen op sanitair vlak. Van de 10 hallen waren er deze editie 6 gewijd aan sanitaire technieken, waterbehandeling en zwembadtechniek. VSK en SHK Waar het aantal exposanten op de laatste VSK volgens bezoekers uit het vakgebied ‘wat mager’ was, kwamen ze dus wel ruimschoots aan hun trekken op de SHK. Bovendien, zo lieten standhouders ons weten, trekt de beurs ook veel Nederlanders, omdat Essen makkelijk aanrijdbaar is en vlak over de grens ligt. Overal viel dan ook onze moedertaal te horen. Trends Een snelle rondgang en gesprekken met standhouders maakten
Volgens een onderzoek van HR-dienstverlener Raet doet 35% van de Nederlandse werknemers niets aan bijscholing. Nico van Leeuwen van opleider ROVC is niet verbaasd over de cijfers. Sterker nog: “Bij de middelgrote en kleine bedrijven in de installatiebranche volgt zeker de helft van het personeel geen bijscholingscursussen. ” Maar waarom zou je daar je tijd in steken, als het werk tegen de plinten aanklotst? De VSK gaf antwoord op deze vraag.
“De installateur is geen tovenaar die slechte gebouwen goed kan maken”, zegt Chris Zijdeveld. De duurzaamheidsconsultant en voormalig voorzitter van de Stichting PassiefBouwen verzorgde een interessante lezing tijdens de VSK. “Zonnepanelen worden gebruikt als aflaatbrieven om slechter te kunnen bouwen dan haalbaar is.” “Wie in Nederland wil bouwen moet aan vele eisen voldoen om de vereiste bouwvergunning te krijgen. Dat zou een goede zaak zijn als de eisen weloverwogen waren opgesteld om het gewenste doel te bereiken: een energiezuinig, stevig, comfortabel en gezond gebouw met een hoog thermisch comfort en een goede binnenluchtkwaliteit. En liefst ook nog zonder een hoge milieubelasting.Voor de installateur zijn de eisen die gelden voor de energieprestaties van het gebouw het meest interessant. EPC Bij de aanvraag van de bouwvergunning moet een berekening worden overlegd waaruit blijkt dat de berekende Energie Prestatie Coëfficiënt (EPC) onder een bepaalde waarde blijft. Die EPC moet worden berekend volgens de Energie Prestatie Norm (EPN).Al bij het uitkomen van die norm, in 1996, wees het Energieonderzoek Centrum Nederland (ECN) in een rapport op de systematische fout in de norm van het op één hoop gooien van gebouw en installatie. Levensduur van gebouw en installatie zijn immers heel verschillend en de kwaliteit van een gebouw over de gehele levensduur kan alleen tijdens de bouw relatief gemakkelijk worden beïnvloed, terwijl verbeteringen aan de installatie tijdens de levensduur regelmatig voorkomen. Helaas bleef dit rapport met toekomstvisie zonder gevolgen. Rampzalige wijziging Bij de laatste wijziging van de EPC berekening werd het onlangs mogelijk gemaakt om
Op de VSK bezochten wij ook een aantal experts op het gebied van warmte-afgiftesystemen. Ze signaleerden allemaal een toenemende populariteit van stralingsverwarming. Zowel in de vorm van vloerverwarming, infaroodpanelen als elektrische radiatoren. Verslag van een rondje langs Rehau, Stelrad, Warp en Etherna. EPC, BENG, Breeam, WELL, NOM…. wat hebben ze met elkaar gemeen? Ze lijken allemaal de populariteit van straalverwarming in de hand te werken. Waar aanvankelijk flink gepionierd werd, met alle mislukkingen of halve oplossingen die ermee gepaard gaan, lijkt nu een stevig fundament te rusten onder nieuwe maatregelen, concepten en keurmerken. BENG en NOM om maar twee voorbeelden te noemen, grijpen grotendeels terug op de Trias Energetica. Volgens deze routebeschrijving naar een duurzame gebouwde omgeving moet eerst de (thermische) energievraag tot een minimum worden teruggebracht. Bijvoorbeeld door de gebouwschil goed te isoleren. Vervolgens is het zaak om de resterende energiebehoefte zo duurzaam mogelijk in te vullen. Blijft er daarna nog een vraag over, dan wordt geadviseerd om te zoeken naar energie-efficiënte oplossingen met fossiele brandstoffen. Elektrische stralingspanelen De Trias Energetica is in een rap tempo aan het inburgeren in de bouwkolom. Op de VSK werd er dan ook veelvuldig aan gerefereerd. Bijvoorbeeld tijdens verschillende presentaties in het VSK-theater, onderonsjes tussen bezoekers en op de stands van fabrikanten. Zo signaleerde Etherma een groeiende belangstelling voor verwarmingsoplossingen met elektrische infaroodpanelen.De oorzaak: “verduurzaming. De kwaliteit van de gebouwschil wordt aangepakt, #vangaslos is een trend en de maatschappij lijkt all-electric oplossingen te gaan omarmen.” Allemaal ontwikkelingen die nauw aansluiten op het gedachtegoed
Afgelopen februari vond in de Utrechtse Jaarbeurs de VSK 2018 plaats. De laatste edities nam zowel het aantal exposanten als het bezoekersaantal van ’s lands grootste installatievakbeurs gestaag af. De oorzaken mogen bekend zijn: economische misère en verminderde belangstelling voor beurzen in het algemeen. Voor dit jaar waren de verwachtingen weer wat hoger gespannen. De economie blijft aantrekken en de verduurzaming van woningen en gebouwen vraagt om nieuwe oplossingen. Maar de hoogtijdagen lijken toch definitief voorbij. Bijna 35 duizend mensen togen naar de Jaarbeurshallen, ongeveer evenveel als twee jaar geleden. Topjaar 2008 met ruim 65.000 bezoekers blijft echter ver uit het zicht. Bezoekers waren breed geïnteresseerd, zo bleek uit de evaluatie van de beursorganisatie, variërend van verwarming, luchtbehandeling/airconditioning, ventilatie en koudetechniek tot zonne-energie en het duidelijk ondervertegenwoordigde sanitair. In deze uitgave blikken we iets specifieker terug op het toch nog altijd grootse evenement voor het vakgebied. Zo maakten we een rondje langs de hybride oplossingen die getoond werden als alternatieve duurzame warmteopwekker: de warmtepomp bijgestaan door een ‘oudgediende’, de gasketel. Want, zoveel was wel duidelijk, volgens menig exposant leiden er meerdere wegen naar duurzaamheid, voor zowel de korte als lange termijn.
De zomer komt er weer aan en de schoonmaakwoede neemt toe. Hogedrukreinigers worden uit de schuur gehaald – als ze niet zijn stuk gevroren – en zullen weer massaal worden gebruikt. Ik denk dat veel mensen niet weten dat ze risico’s lopen bij het gebruik van deze apparaten. Vertel uw klanten daarom vooral dat buitenkranen eerst goed moeten worden doorgespoeld, zonder dat daarbij verneveling optreedt. De instructie is simpel: houd de slanguitloop onder water en sluit daarna pas de hogedrukreiniger aan. Houd vervolgens ook de lans onder het waterpeil in een emmer en laat deze een tijdje goed doorspoelen. Ik denk dat deze manier van gebruik het risico op een besmetting sterk vermindert. Ik ben bij (bron)onderzoek altijd alert op verneveling. Tijdens een inspectie van een boerderij vertelde een boer mij eens dat hij vaak ziek was geworden na het reinigen van zijn veestal met een hogedrukreiniger die gevoed werd met slootwater. Ik ben geen microbioloog maar je kunt wel nagaan dat het in slootwater wemelt van de bacteriën. Dat doet mij terugdenken aan een inspectie van een tennisclub niet zo lang na het legionelladrama in Bovenkarspel. Tijdens die controle, in een warme zomerperiode, had ik opgemerkt dat de slangkranen op de tennisbaan niet stonden vermeld in het beheersplan. De uitleg was dat deze geen onderdeel uitmaakten van de drinkwaterinstallatie. De betreffende tappunten waren namelijk op het slootwater aangesloten. Het bordje ‘GEEN DRINKWATER’ ontbrak echter en bij het innamepunt in de sloot dreven twee dode eenden, geveld door botulisme… Ik