Tag: artikel editie april 2022

Kleur in de badkamer

Er staan dit keer maar weinig sanitair-exposanten op de VSK. Het mag dan op de beurs een onderbelicht onderwerp zijn, hier zetten we deze exposanten in de schijnwerpers. Wat opvalt is dat kleur in de badkamer een belangrijke rol speelt. Bij het ontwerpen van een nieuwe badkamer spelen individueel design en persoonlijk karakter een steeds grotere rol. De Grohe Colors collectie maakt het eenvoudig om een geheel gepersonaliseerde badkamer te creëren: in eigen kleur, stijl en afwerking, van kranen en douche tot aan de accessoires die zorgen voor de finishing touch. Complete oplossing Eén van belangrijkste kenmerken van de Colors collectie is de brede keuze in kleuren. Grohe biedt zelfs een kleurenportfolio voor montagedelen, douches, accessoires en bedieningsplaten, aangevuld met een aanbod in keramiek. PVD Coating De sanitairfabrikant produceert de Colors producten op basis van haar Physical Vapor Deposition (PVD) proces. Dit proces zorgt voor een nog bredere kleurkeuze en biedt tegelijkertijd een afwerking die drie keer zo hard en tien keer krasvaster is dan een gegalvaniseerde finish. Naast chroom bestaat de Color collectie uit diverse andere kleurdesigns, waaronder SuperSteel, Cool Sunrise (goud), Warm Sunset (koper) en Hard Graphite (antraciet). Stijlvolle combinatie De ruime keuze aan vormen en plaatsingsmogelijkheden, zoals opbouw, inbouw en onderbouw, bieden veel mogelijkheden. Een stijlvolle combinatie kan gemaakt worden met het Subway 2.0 toilet dat nu verkrijgbaar is in dezelfde kleuren als de Loop & Friends wastafels. Organische wastafels Villeroy & Boch heeft de Loop & Friends wastafels vernieuwd waarbij de moderne, organische vormgeving direct opvalt.

Veerkracht, verduurzaming en vernieuwing op de VSK

De VSK is terug. En hoe. De 25e editie staat volop in het teken van de energietransitie. Die – zoals een vakcollega onlangs omschreef – de grootste uitdaging is sinds de Deltawerken. Uitdagingen aangaan? De Nederlandse verwarmingsindustrie moet dat als geen ander. Eerst de coronacrisis en de daaropvolgende grondstoffen- en onderdelenschaarste. Een zeer onstuimige markt als gevolg van de stijgende gasprijzen en de noodzaak om snel minder afhankelijk te worden van buitenlands aardgas. Paniek? Integendeel. Keep calm and carry on. En dus tonen leden van de Nederlandse verwarmingsindustrie op de VSK 2022 volop hun veerkracht en vernieuwingsdrang: klaar om de schouders onder de duurzame ambities van Nederland te zetten. Met een breed palet aan all-electric oplossingen. Met de door de overheid omarmde hybride installaties voor een duurzamere gebouwde omgeving waarmee ook nog eens wordt voorgesorteerd op de inzet van alternatieve gassoorten en waterstof. En met nieuwe concepten die de bouwwereld kansen bieden de grootschalige bouw van nieuwe, duurzame woningen te versnellen. Innovatiekracht is terug te zien in de nominaties voor de VSK Award 2022. Het wordt ongetwijfeld ook hét onderwerp tijdens inspirerende gesprekken op de stands van fabrikanten. Het mag duidelijk zijn: de Nederlandse verwarmingsindustrie gaat geen uitdaging uit de weg. Bovendien: de VSK is terug en daar zijn we blij mee. Hét podium waarop we onze technologische bijdragen aan de energietransitie en de duurzame bouwopgave tonen. Met een thema dat aansluit bij onze ambities: ‘Onze toekomst, jouw wereld. VSK zet je op voorsprong.’ De Nederlandse verwarmingsindustrie laat er zien

Geduld

Het is een bijzondere tijd voor Wij Techniek. Hoewel we merken dat onze handen jeuken om het vakmanschap in de technische installatiebranche verder te voeden, moeten we een beetje op onze handen zitten deze maanden. Waarom? Op dit moment zijn de werkgevers- en werknemersorganisaties met elkaar in gesprek over de cao. Dat betekent dat we op dit moment als ontwikkelingsfonds geen bijdragen meer ontvangen van werkgevers en werknemers. Een lastige situatie, want het betekent dat we een groot deel van onze activiteiten stil moeten leggen. En dat is onwennig voor de mensen die zich elke dag bezighouden met het ondersteunen van het vakmanschap in de branche. En we wachten dan ook met spanning tot het moment dat we weer aan de slag kunnen en onze activiteiten weer op kunnen starten. Zitten we nu dan stil? Nee, we proberen de ontwikkelingen in de branche goed te volgen, maar ook alles wat maatschappelijk speelt waar onze vakmensen het verschil kunnen maken. En we volgen vooral wat vakmensen van nu en morgen nodig hebben. Dus ja, het is stilzitten, maar wel met een voortdurend oplettende blik. Zodat we klaar zijn als het moment dat we weer aan de slag kunnen is aangebroken. En vooral zodat we weten wat er dan nodig is. Want de energietransitie stopt niet. Nog steeds vinden we dat techniek een bepalende rol speelt bij het langer thuis laten wonen van senioren. Willen we het verschil maken bij de groeiende inzet op elektrisch vervoer. En willen we industrieën blijven verduurzamen.

Gasloos

Vanaf 1 augustus 2021 staat op het Energielabel vermeld of de woning voldoet aan de ‘Standaard voor woningisolatie’. Deze standaard wordt uitgedrukt in kWh/m2.jr en geeft aan of de woning goed genoeg is geïsoleerd voor een toekomst zonder aardgas. Daarmee krijgen gebouweigenaren inzicht in hoeverre verbeteringen nodig zijn aan de woning voor verwarming met een alternatief voor aardgas. Het alternatief is vaak verwarming met een lage(re) temperatuur. De samenhang tussen de standaard en het temperatuurtraject voor ruimteverwarming vraagt bij de uitwerking van het renovatieplan om aandacht. Standaard De ‘Standaard voor woningisolatie’ is een kenmerk op woningniveau, namelijk de jaarlijkse netto-warmtebehoefte die berekend wordt volgens NTA 8800. Daarmee is de Standaard voor de woningbouw één waarde in kWh/m2.jr die afhankelijk is van het samenspel van geometrische kenmerken, de bouwkundige kwaliteit, het isolatieniveau en de luchtvolumestromen (ventilatie, infiltratie). Merk op dat de warmtebehoefte iets anders is dan de verwarmingscapaciteit of de afgiftecapaciteit van de installatie. Die capaciteit wordt afgestemd op een piekvraag, de warmtebehoefte wordt berekend voor een representatief jaar. De twee grootheden zijn vrij eenvoudig uit elkaar te houden: een capaciteit wordt uitgedrukt in W of kW, de behoefte in kWh. Netto-warmtebehoefte De ‘Standaard voor woningisolatie’ is een niveau van de netto-warmtebehoefte die een eerste antwoord geeft op de vraag of de woning ‘aardgasvrij’ kan worden; de standaard geeft aan hoeveel warmte nodig is om de woning te verwarmen. Daarbij is een niveau gekozen dat als toekomstvast kan worden beschouwd. De betreffende woning hoeft dan voor 2050 niet nogmaals geïsoleerd te

warmtepompen en problemen in de meterkast

Vanuit Nederlandse wetgeving (selectiviteit) zit er een limiet aan het aantal ampèrezekering die geplaatst kan worden na de hoofdaansluiting. Doorgaans beschikt een woning over een 3x25A hoofdaansluiting en vanuit selectiviteit wordt er een factor 1,6 gevraagd t.o.v. de huiszekeringen. Hiermee kom je tot een limiet van een 16A zekering. Bij enkelfase warmtepompen tot 6 kW is dit geen probleem, hier volstaat de 16A zekering en kan deze gewoon toegepast worden. Vanaf ±8 kW warmtepompen zie je echter bij veel merken dat hier een 20A zekering nodig is en vanaf ±10 kW een 25A zekering. Beide zullen niet voldoen om selectiviteit in de meterkast te handhaven. De warmtepompen zelf gebruiken als opgenomen elektrisch vermogen lang niet het maximale van wat dit kan leveren, maar dit zal te maken hebben met startstromen die dermate hoog oplopen dat deze zekering nodig is. In de praktijk ben ik al diverse oplossingen tegen gekomen. Of de selectiviteit wordt genegeerd en er zit een 20A achter een 25A aansluiting, of er zitten twee 16A zekering aan dezelfde kabel om aan de selectiviteit te voldoen maar effectief creëren ze eigenlijk een te grote zekering. Om aan selectiviteit te voldoen zal de hoofdzekering verzwaard dienen te worden. Dit neemt dermate vastrechtkosten met zich mee dat het hele voordeel van het weghalen van de gasmeter verdwijnt. Daarnaast kan gekeken worden om naar een driefase-warmtepomp over te gaan die met 3x16A zekering voldoet. De vraag is echter of het verwarmingsvermogen dan niet teveel wordt voor de woning. Een laatste optie

Guus blief toch thuus…

De laatste keer dat ik een beurs bezocht was kort voor de eerste lockdown in 2020. Het bezoekersaantal lag dramatisch laag. De gemiddelde standhouder stond verveeld op zijn smartphone te kijken, zonder oog te hebben voor de enkele bezoeker die voorbij liep. Dat gedrag was eender toen de beurzen in het pre-corona tijdperk nog beter liepen. Een gemiste kans, want misschien heeft een standhouder wel iets zinvols te bieden aan bezoekers. Alleen, als je het aan zijn ronddwalende ogen overlaat, kijkt die maar al te graag weg. Want hij zit niet te wachten op een commercieel praatje. Dat is die andere doodzonde tijdens een beurs: gelijk proberen iemand iets te verkopen. Zelfs niet als een heel goed geïnstrueerd lid van de standbemanning bezoekers met de juiste set aan vragen naar binnen weet te ‘lokken’. Als dit trouwens al lukt, heeft het bedrijf zich blijkbaar behoorlijk goed voorbereid op de beurs. De successen volgen doorgaans na de beurs. En normaliter heb je maar twee weken de tijd om na afloop te ‘oogsten’. Dus alle reden om een beursdeelname serieus te nemen en je er als bedrijf goed op voor te bereiden. Goed voorbereiden geldt ook als je een beurs gaat bezoeken. Zorg dat je weet welke nieuwe snufjes je wilt zien. Bij wie en waar op de beurs die te vinden zijn. Kijk daarvoor in relevante vakbladen en op de website van de beursorganisatie die doorgaans voorafgaand aan een beurs hierover publiceren. Want anders is een dagje beursbezoek toch niet veel

Sanitaire Technieken

De laatste tien jaar is er in de sanitaire techniek steeds meer aandacht voor duurzame en hygiënische oplossingen. In dit artikel wordt een aantal voorbeelden van innovatieve hygiënische en duurzame oplossingen besproken. De meeste zijn te bewonderen tijdens de komende VSK-beurs. Legionellapreventie en ook de corona­crisis hebben ertoe bijgedragen dat fabrikanten van sanitaire kranen steeds meer aandacht hebben voor hygiënisch ontwerpen. Je kan daarbij denken aan het beperken van de groei van biofilm en bacteriën, de mogelijkheid om automatisch te spoelen, het thermisch desinfecteren en een bediening zonder aanraken (non touch). Glad In ziekenhuizen en zorginstellingen is het motto “glad van buiten en glad van binnen”. Op ruwe materialen kunnen bacteriën en vuil zich makkelijker verzamelen. Bij de materiaalkeuze wordt steeds meer rekening gehouden met de biofilmvormingspotentie van de materialen die in contact staan met drinkwater. Rubber en zacht PVC zijn wat dat betreft echte boosdoeners. Biofilmvorming en kalkaanslag worden ook voorkomen door de watersnelheid in de kraan zo hoog mogelijk te houden. Je ziet dan ook dat de kranen steeds makkelijker zijn te demonteren om het inwendige schoon te kunnen maken of vervangen. Geen keerkleppen Een andere belangrijke ontwikkeling is de thermostatische douchemengkraan zonder keerkleppen. De traditionele versies hebben altijd een EB-keerklep in beide wateraansluitingen. Vaak functioneren die na verloop van tijd niet meer. Zowel Rada als Delabie leveren deze mengkranen zonder keerkleppen, met glad binnenwerk, een buitenzijde waaraan je je niet kunt verbranden en met de mogelijkheid tot eenvoudige thermische desinfectie door onderhoudspersoneel. Automatisch spoelen Steeds meer tappunten

Trappelen

Hij komt er dan toch, de jubileumeditie van de VSK. Normaal vindt de beurs plaats in februari en dat zou dit jaar ook het geval zijn, ware het niet dat een nieuwe coronagolf roet in het eten gooide. De beursorganisatie opteerde voor uitstel naar medio mei, in de hoop dat Covid tegen die tijd geen spelbreker meer zou zijn. En dat lijkt nu het geval. Het belooft mede door het verlate tijdstip en het feit dat het de 25ste editie is een speciale beurs te worden. Maar ook al omdat het aantal exposanten niet het niveau van weleer lijkt te halen. Op het moment van schrijven hadden zich zo’n 260 exposanten zich ingeschreven. Het is bovendien maar de vraag of de bezoekers massaal de weg naar de Jaarbeurs zullen weten te vinden. Iets wat de afgelopen edities ook minder was dan ruim een decennia geleden. Hoe dan ook, toch goed dat er weer sprake zal zijn van een ‘fysieke beursgang’. Veel blijkt vandaag de dag digitaal afgehandeld te kunnen worden maar het ouderwetse rondsnuffelen en contacten leggen op een beurs zal niet zomaar een vergeten tijdsbeeld worden. Dus, ergens tussen 17 en 20 mei toch maar naar Utrecht af te reizen. De exposanten staan al te trappelen.

Installatiegemak

De warmtepompmarkt ontwikkelt zich stormachtig. Met name de vraag naar hybride systemen met een luchtgebonden component neemt snel toe. Hoewel warmtepompen steeds eenvoudiger zijn te installeren en gebruiksvriendelijker worden, zijn er nog slagen te maken. IZ sprak erover met Nefit Bosch in de aanloop naar de VSK. De grote Game Changer kwam uit Den Haag. De regeringspartijen hebben sinds vorig jaar massaal de hybride warmtepomp omarmd. Daarnaast doen ook de regelgeving die gasloze nieuwbouw afdwingt, subsidies en de hogere gasprijzen een duit in het zakje. Dat van alle kanten vooral de overstap op hybride systemen wordt gepropageerd in de bestaande bouw en de installatie van luchtgebonden All-Electric oplossingen in de nieuwbouw, verbaast Nefit Bosch niet. Grondgebonden oplossingen Een andere grote kanshebber, grondgebonden systemen, vereist meer expertise. Nefit Bosch brengt zelf sinds bijna 2 jaar grondgebonden systemen op de mark en merkt dat de drempel hoger ligt dan bij luchtgebonden oplossingen. Zo leent niet iedere locatie zich voor een grondboring, zeker niet bij de bestaande bouw. Daarnaast vereist de aanleg van een grondgebonden warmtepomp een BRL-certificering. Niet iedere installateur beschikt daarover. Vandaar dat Nefit Bosch zelf de installateur de BRL-service aanbiedt Last but not least: het kostenplaatje van een grondgebonden oplossing pakt anders (lees: duurder) uit. Ook dat kan een belemmering vormen. Monoblocks Binnen het scala aan luchtgebonden oplossingen, doen niet alleen de splitsystemen goede zaken, maar ook Monoblock-oplossingen en HT-warmtepompen. Dat is eenvoudig te verklaren, legt Nefit Bosch uit. Ook installateurs zonder F-gassencertificaat kunnen Monoblock-systemen aanleggen. Met name traditionele installateurs

Flow meten

Het continu meten van luchtsnelheden is ingewikkeld. Dat komt door verschillende factoren, zoals temperatuur, druk en turbulente flow. Het kan ook voorkomen dat er simpelweg geen goede plek is om correct te kunnen meten. Een correcte meting is wel enorm belangrijk voor vele toepassingen waarbij een exacte luchthoeveelheid van belang is. Denk bijvoorbeeld aan energiebesparingsini­tiatieven of de inblaaslucht in een operatiekamer. Er zijn verschillende manieren om tot een correcte meting te komen. Correct luchtstromen meten is om verschillende redenen belangrijk. Ten eerste werkt een correcte meting vaak als controle. Een luchtbehandelingskast heeft een bepaalde capaciteit, maar wordt deze wel behaald? Als je niet goed meet, kan er ook geen goede sturing plaatsvinden. Denk aan een school of kantoorgebouw waarin voldoende ventilatie belangrijk is. Daar moet voldoende verse toevoerlucht worden aangevoerd en vuile retourlucht worden afgevoerd. Daarbij wordt gelijk het proces gewaarborgd, ook belangrijk, zeker in bijvoorbeeld een operatiekamer of cleanroom. Een juiste meting kan tevens helpen om energie te besparen. Als je weet hoeveel lucht je gebruikt, kan je daarop regelen. Denk aan het aanpassen van de ventilatie op basis van belasting en bezetting. Hoe meet je correct? Bepaal eerst wat het beste punt is om te meten. Bij het plaatsen van een meetsensor moet je rekening houden met een paar vuistregels. De luchtsnelheid in het kanaal is niet overal hetzelfde. In het midden is de snelheid het hoogst en langs de wanden het laagst. De locatie moet daarom op de juiste wijze bepaald worden. Houd rekening met bochten, de