Herziene publicatie leidingwater-installaties
ISSO-publicatie 30 Leidingwaterinstallaties in woningen stamt uit 2002 en was nodig aan een update toe. Al is het maar omdat in 15 jaar tijd de eisen rondom de energieprestatie sterk zijn veranderd, wat gevolgen heeft voor het gebruik van warm water. Daarnaast zijn er diverse nieuwe technieken bij gekomen, zoals warmtepompboilers en douche-WTW’s. In juni geeft Irene van Veelen, projectcoördinator water en gas bij ISSO, drie lezingen over de ontwikkelingen op het gebied van drinkwater tijdens de Caleffi Academy (zie kadertekst).
EPG, BENG, Nul op de meter. De eisen die we aan de energieprestaties van woningen en gebouwen stellen, zijn sterk toegenomen sinds 2002, het jaar waarin ISSO-publicatie 30 uitkwam. Die extra eisen zorgen ervoor dat warm tapwater een steeds groter deel van de energievraag uitmaakt. Het gebruik van technologische innovaties als warmtepompboilers en douche-WTW’s is mede daardoor toegenomen. ISSO Publicatie 30 bood onvoldoende handvatten voor de ontwerper om de warmtapwaterbereiding en het leidingnet te kunnen ontwerpen en realiseren, met in achtneming van alle moderne eisen rondom onder meer de energieprestatie en Legionella. Er zijn sinds 2002 wijzigingen geweest in onder meer de Energieprestatie NEN7120, NEN1006 (2015) en het Bouwbesluit (2012) waarop de publicatie geen accuraat antwoord meer kon geven.
Inzichtelijk stappenplan
Maar het up-to-date maken, naar aanleiding van die wijzigingen, is niet eens de belangrijkste reden achter de herziening van Publicatie 30. “Ons belangrijkste doel met de update is vooral dat we de installateur van leidingwaterinstallaties wat eerder in het bouwproces willen betrekken”, legt Irene van Veelen van ISSO uit. Van Veelen is projectcoördinator water en gas bij ISSO en coördineert de herziening van de publicatie. “Bij de woningbouw is het nog altijd zo dat de architect en de aannemer het voortraject van de bouw voor hun rekening nemen”, gaat ze verder. “De installateur komt nu meestal pas laat bij het proces kijken. In de nieuwe versie van ISSO-publicatie 30 nemen we onder meer een stappenplan op voor een andere werkwijze bij woningbouw. Daarin staat stap voor stap welke keuzes de partijen op welk moment maken. Dat maakt heel inzichtelijk welke consequenties beslissingen hebben, onder meer voor de leidingwaterinstallateur. Om een voorbeeld te geven: de waterleidinginstallatie mag niet kruisen met de cv-installatie om Legionella te voorkomen. Dus als de architect een waterleiding op een bepaalde wijze intekent, ziet hij direct wat daarvan de gevolgen zijn voor bijvoorbeeld de cv-installatie. Dankzij dat stappenplan hopen we inzichtelijker te maken wat op welk niveau van invloed is.”
Ontwikkeling en kennisIn juni is Irene van Veelen spreker bij de Caleffi Academy, tijdens een sessie over het thema drinkwaterbeveiliging. Daar zal zij installateurs vertellen hoe zij met de nieuwe ISSO-publicatie 30 aan de slag kunnen, net als met de vernieuwde Waterwerkbladen. Deze laatste zijn kosteloos te downloaden op www.infodwi.nl. |
Sneller beslissen
Het schema moet ook de overdracht tussen alle betrokken partijen verbeteren. Zie het als een draaiboek waarin alles zwart op wit staat, zodat iedereen ook achteraf kan zien welke keuzes gemaakt zijn en wie waarvoor verantwoordelijk was. Dit moet er bijvoorbeeld voor zorgen dat installateurs wat sterker in hun schoenen komen te staan, zegt Van Veelen. “Gewoontes in de bouwwereld zijn lastig aan te passen, maar we wagen graag een poging.”
Het stappenplan in de nieuwe uitgave begint met een analyse van de woning en diens gebruiker. Is bijvoorbeeld bekend dat er een gezin met twee kinderen komt te wonen dan kun je daar rekening mee houden. “In de nieuwe publicatie vertrouwen we wat meer op de kennis en ervaring van een installateur. Voor een huishouden van twee volwassen en twee kleine kinderen kan een installateur precies bepalen hoeveel tappunten er bijvoorbeeld nodig zijn en wat een slimme indeling is. Op die manier zijn veel sneller beslissingen mogelijk, dan met de methode waar de oude versie van de publicatie vanuit ging. De ‘oude’ editie gaat daarnaast ook in op bijzondere situaties die in de praktijk nauwelijks voorkomen. Dat maakt de publicatie dikker dan nodig, dus die halen we er in de herziening uit of we verplaatsen ze naar een bijlage.”
Eén basisdocument
Teksten in de nieuwe editie van ISSO-publicatie 30 zullen dan ook in iets afgeslankte vorm terugkomen. ISSO wil vooral dat het hulpmiddel makkelijk toegankelijk is en niet te veel ballast bevat, zodat installateurs en adviseurs dit hulpmiddel gemakkelijk kunnen toepassen. Irene van Veelen: “ISSO heeft behoorlijk veel publicaties die op theoretisch niveau ingaan op waterinstallaties. Zo hebben we afzonderlijke publicaties over bijvoorbeeld Legionella-veilige woningen, douche-WTW’s, warmtepompboilers. Die willen we in de nieuwe publicatie 30 graag samenvoegen tot één praktisch basisdocument. Het voordeel daarvan is onder meer dat partijen in contractstukken gemakkelijker kunnen vastleggen waaraan een installatie moet voldoen. Ook is de informatie veel beter te vinden als het in één bestand staat dan verspreid over een reeks.” Om de publicatie toch praktisch en overzichtelijk te houden, zal verdiepende informatie die installateurs niet regelmatig nodig hebben, in bijlagen belanden. “Een compleet uitgewerkte leidingnetberekening bijvoorbeeld heeft een installateur niet dagelijks nodig,” zegt Van Veelen, “dus die verplaatsen we naar de bijlage.”