Categorie: Zakelijk

Tekort aan technici

De tekorten in de technische sector zijn niet onbekend. Het aantal mensen dat kiest voor een technische opleiding neemt af, wat ervoor zorgt dat het gebrek aan technisch personeel alleen maar groeit. Op welke manieren kan dit bestreden worden? Techniek Nederland, de vertegenwoordiger van bedrijven in de installatiebranche, schat het huidige tekort in de technische sector op 20.000 arbeidsplaatsen. Doekle Terpstra, voorzitter van de brancheorganisatie, waarschuwde dat de tekorten aan vakmensen in de komende drie tot vijf jaar kunnen oplopen tot 40.000, wat een verdubbeling zou betekenen. Naast deze cijfers blijkt uit recent onderzoek van Ecorys, in opdracht van de Nederlandse Vereniging Duurzame Energie (NVDE), dat Nederland grofweg 23.000 tot 28.000 extra werknemers nodig heeft om aan de energietransitie te werken om de klimaatdoelen te halen. Genoeg werk dus, maar waar halen we dat personeel toch vandaan? Stimuleren van technisch onderwijs Deel van de oplossing zit hem in het onderwijs. De keuze voor een technische opleiding is steeds minder populair onder jongeren. In de komende tien jaar daalt het aantal studenten met een technische opleiding dan ook naar verwachting met 24.000, geeft Ecorys aan. Kortom, de belangstelling neemt af. Dat is opvallend, gezien het feit dat de loopbaankansen nergens zo goed zijn als in de techniek. De NVDE pleit daarom voor meer investeringen in omscholing en onderwijs. Opleidingen moeten aantrekkelijker worden, waarbij scholing op maat of leerwerktrajecten een bijdrage kunnen leveren. In deze strategie kan de technische branche zich ook vinden, blijkt uit de TechBarometer van ROVC. Hierin werden 2.091

Blijven ontwikkelen

Voor veel vakmensen in de technische installatiebranche heeft corona gezorgd voor een veelbewogen jaar. De vakmensen in de techniek komen immers vaak bij mensen thuis. Het werk gaat grotendeels door. Maar hoe? Welke obstakels zijn er? En liggen er ook kansen? Drie vrouwelijke installateurs vertellen over hoe de coronacrisis impact heeft op hun werk en privéleven, en hoe ze ondanks de maatregelen tóch bezig blijven met hun ontwikkeling. Na haar mbo- en hbo-opleidingen in installatietechniek werkte Marlon Metternich (35) als engineer bij verschillende bedrijven. Inmiddels werkt ze 3,5 jaar als consultant duurzame energie bij Kuijpers in Den Bosch. “Ik heb altijd interesse gehad in techniek en werk daarnaast graag met mensen. De technische installatiebranche is dus perfect voor mij!” Esther van Dam (22) werkt al vijf jaar voor het Papendrechtse familiebedrijf Van Dam Verwarming en geniet net als Marlon van haar werk. “Ik houd mij vooral bezig met het onderhoud van cv-ketels en het oplossen van storingen. Een super leuke baan dus!” Beheertechnicus Mariska van Leest (26) begon op haar 19e in de elektrotechniek, na de mbo-opleidingen elektrotechniek en installatietechniek gevolgd te hebben. “Ik heb de kans gehad om bij veel afdelingen van ENGIE rond te kijken en ben nu helemaal op mijn plek als beheertechnicus!” Een bewogen jaar Met het uitbreken van de coronacrisis hebben de drie vrouwen er ieder een bewogen jaar opzitten. Toen Marlon begin januari 2020 voor het eerst hoorde over corona, voelde het nog ver weg. “Maar nadat het virus in maart Nederland bereikte, veranderde

Pilotproject

Verantwoord en gezond werken is voortdurend in beweging. En de techniek levert hier met de ontwikkeling van nieuwe hulpmiddelen een belangrijke bijdrage aan. Dat geldt zeker voor het exoskelet Skelex 360, een relatief recent ontwikkeld hulpmiddel dat met name gebruikt kan worden bij bovenhandse werkzaamheden. Hoe werkt het? Waar liggen de kansen en wat zijn de beperkingen? En hoe draagt het exoskelet bij aan veilig en gezond werken? ArboTechniek heeft samen met SPIE Fire Protection & Security gewerkt aan een pilotproject om antwoord te geven op deze vragen. Hierbij is het exoskelet uitvoerig getest tijdens de installatie van sprinklers. Een mooi verhaal over de huidige stand van zaken. Futuristisch instrument Wat is een exoskelet? Albert Vullers en Carin van den Bosch kunnen deze vraag ieder vanuit hun perspectief uitgebreid en enthousiast beantwoorden. Albert is procesmanager bij SPIE Nederland en Carin is als ergonoom verbonden aan ArboTechniek. Beiden zijn betrokken bij een innovatief project waarin de Skelex volledig wordt getest. Gekeken wordt hoe het hulpmiddel benut kan worden in de technische installatie- en isolatiebranche. Albert: “Het exoskelet, de Skelex 360, is een op het oog futuristisch instrument dat ik tegenkwam op een techniekbeurs. Ik was meteen geïnteresseerd: hoe kan een installatiebedrijf als SPIE dit praktisch inzetten? In dit soort exoskeletten zorgen veren en bandjes ervoor dat bepaalde spiergroepen worden ontlast. Werkzaamheden hebben dan minder belasting op het lichaam en je kunt het langer onvermoeid volhouden.” Gezamenlijke pilot Carin zag ook al snel de waarde ervan in. “Het exoskelet wordt al veel

Lucht verkopen

Nog nooit is er zoveel aandacht geweest voor ventilatie als het afgelopen ‘Coronajaar’. Voor installateurs een uitgelezen kans om hierop te spelen. Bijvoorbeeld door lucht als een service te gaan aanbieden. Google even op ‘Ventilatie en Corona’ en je wordt bedolven onder de adviezen over het belang van goede ventilatie. Ofschoon er door de officiële kanalen (waaronder RIVM) met enige terughoudendheid wordt geschreven over de relatie tussen besmettingsrisico’s en ventilatiehoeveelheden of -systemen, onderschrijft iedereen het belang van ventileren, tenminste op Bouwbesluitniveau. Minimumeisen Het is daarbij overigens goed om op te merken dat het Bouwbesluit minimum (‘vangnet’) capaciteitseisen stelt en feitelijk dus voornamelijk de aandacht vestigt op de aanwezigheid (beschikbaarheid) van een minimale capaciteit voor toevoer en afvoer van lucht. Er wordt doorgaans niet gekeken of de beoogde capaciteiten ook daadwerkelijk gerealiseerd kunnen worden. De praktijk bewijst dat de aanwezigheid van voorzieningen alleen geen garantie biedt dat de beoogde ventilatiestromen in de verschillende verblijfsruimtes ook tot stand (kunnen) komen. Er worden geen eisen gesteld aan de minimale binnnenluchtkwaliteit. Boost? Afgezien hiervan zou je dus veronderstellen dat je als leverancier of installateur van ventilatiesystemen op rozen zit in deze tijd en dat het werk niet aan te slepen is, omdat iedere woning of gebouweigenaar zich druk maakt over de luchtkwaliteit. Navraag bij diverse leveranciers, adviseurs en installateurs bevestigt echter geenszins dit beeld. Wellicht heb ik het de verkeerde partijen gevraagd, maar ik krijg niet de indruk dat de Coronacrisis tot op heden ook daadwerkelijk tot een significante boost in de ventilatie-business heeft

Experimenteren en leren

De energietransitie gaat niet over één oplossing. Waterstof is één van de oplossingen. Jan Wijbenga van het bedrijf Feenstra is ervan overtuigd dat waterstof ook Nederland zal veroveren. Maar het is een weg die we nog met elkaar moeten verkennen. In Uithoorn werd onlangs een proef gestart met het inzetten van waterstof in bestaande (sloop)woningen. Woningen die eerder op aardgas werden verwarmd. Met positief resultaat. Een nieuwe toekomst voor de installateur? De maandag na de Kerst spreken we Jan Wijbenga (61). “Het is even mails wegwerken na een lang weekeinde en dan nog een paar dagen vrij.” Als commercieel manager Noord-Oost is hij verantwoordelijk voor de zakelijke markt; denk aan woningcorporaties, vastgoedbeheerders, aannemers, etc. Hij is getrouwd, heeft drie volwassen kinderen en woont in Friesland. Een gedreven en energieke man met hart voor de energietransitie. Experimenteren thuis Het huis van Jan Wijbenga is een proeftuin van duurzame energietoepassingen. “Ik vind dat iedereen toegang moet hebben tot duurzame energie. Ook mensen met een kleine portemonnee. Dus ik experimenteer graag thuis. Wat is mogelijk tegen een beperkte prijs? Momenteel zet ik bijvoorbeeld in op infraroodpanelen waarmee ik gericht bepaalde ruimtes kan verwarmen. Natuurlijk is mijn huis extra geïsoleerd en liggen er voldoende zonnepanelen. Met als resultaat een nagenoeg volledige compensatie van elektra-verbruik en een sterke reductie van gasverbruik. Er is gewoon niet één oplossing voor de energietransitie. Dat is echt een illusie. We moeten met elkaar alle mogelijke opties verkennen en inzetten. We moeten experimenteren en vooruit kijken. En vergis je niet:

Innoveren

In het laatste kwartaal van het vorige jaar kwam het nieuws naar buiten dat Stichting KIEN haar activiteiten ging beëindigen. STEM Industrial Marketing Centre (STEM Imc) uit Voorburg zal de werkzaamheden gedeeltelijk voortzetten. Initiatiefnemers Willem de Vries en Maarten van der Boon leggen uit wat STEM Imc precies doet. Willem de Vries en Maarten van der Boon zijn de drijvende krachten achter STEM Imc. Beiden zijn geen onbekenden in de installatiesector. De Vries heeft in het verleden binnen de toenmalige branchevereniging verschillende trainingen en cursussen rond het thema Marketing en Business Development opgezet en verzorgd. Maarten van der Boon is al verschillende decennia actief in de installatiesector. Als bestuurder, spreker en columnist. Kenniscentrum STEM Imc is een kenniscentrum op het gebied van Business Development van technische bedrijven, vanuit een marketingperspectief. Maar de organisatie heeft ook de nodige kennis in huis over het optimaliseren van innovatie- en Salesprocessen. Als het heel goed gaat in een organisatie denk je daar niet aan, maar als de druk vanuit de markt toeneemt moet je wel. De Vries en Van der Boon zien in veel technische B2B-bedrijven vooral technologie denken en veel minder marktgericht denken. Technische bedrijven vertellen vooral over wat ze doen, doorvertaald naar de installatietechniek komt dat neer op: ‘wij maken betrouwbare installaties’. KIEN De activiteiten van Stichting KIEN hadden een groot aantal raakvlakken met die van STEM Imc. KIEN concentreerde zich op business development en innovatie in de installatiesector. Precies wat STEM al deed voor de maakindustrie. Vanuit die gedachte bleek het

Beng

Op 1 januari 2021 gaat het nieuwe ‘Stelsel Energieprestatie Gebouwen’ van start, met nieuwe eisen aan gebouwen en nieuwe rekenmethoden. Inmiddels is het duidelijk wat de gevolgen zijn. Die zijn relevant voor zowel installateurs als installatieadviseurs. In dit artikel bespreken we de hoofdlijnen, zodat u goed geïnformeerd het nieuwe jaar in kunt gaan. Eerst een korte opfrisser: BENG staat voor Bijna Energie-Neutrale Gebouwen en is de opvolger van de EPC, die sinds 1995 gebruikt wordt om stapsgewijs strengere eisen te stellen aan de energieprestatie van nieuwbouw. Er komen nu aparte eisen voor drie belangrijke aspecten van een (bijna) energieneutraal gebouw, berekend met een nieuw opgezette rekenmethode: de NTA 8800. Indicatoren De eerste indicator (BENG-1) stelt een maximum aan de energiebehoefte voor verwarming en koeling. Daarmee wordt een goed bouwkundig ontwerp gewaardeerd. BENG-2 stelt een grens aan het vooraf berekende gebruik van fossiele energie, en waardeert daarmee de toepassing van energiezuinige technieken. Die twee eisen worden uitgedrukt in kWh/m2.jaar, onafhankelijk van de energiedrager, dus ook als het niet gaat om een all-electric oplossing. Het gaat daarbij om zogenaamde ‘primaire energie’, die niet een-op-een vergelijkbaar is met kWh op de elektriciteitsmeter. De derde eis stelt toepassing van hernieuwbare energie in elk plan verplicht. Nog niet 100%, daarom is het ‘bijna’ energieneutraal. Voor woningen komt er daarnaast een eis die betrekking heeft op het risico op temperatuuroverschrijding in de zomer: de ‘TO-juli’. Uit de eerste ervaringen blijkt dat juist deze een grote invloed zal gaan hebben op het energieconcept en dus op de

Veilig en gezond

Een jong bedrijf met een duurzame ambitie. WARP Systems in Nieuwkoop heeft groen bloed. Door de dunste watergedragen vloer-, wand en plafondverwarming en -koeling te ontwikkelen voorziet het bedrijf in een behoefte en speelt het in op de toekomst. Michael Soederhuizen, verantwoordelijk voor de afdelingen Legal en Finance en medeoprichter van het bedrijf, ziet dagelijks nieuwe kansen. Maar hierbij is veilig werken wel een voorwaarde. Midden in coronatijd nadenken over verduurzaming en de groei van je bedrijf. Het is absoluut mogelijk. Soederhuizen: “We zien gewoon de vraag stijgen en met een enthousiast team weten we in deze bijzondere tijd onze doelstellingen te realiseren. We hebben vanaf het begin ingezet op de ontwikkeling van een eenvoudig systeem dat door zowel de doe-het-zelver als door de professional kan worden geïnstalleerd. We vormen de verbinding, de ADSL zoals wij dat noemen, naar hen. Want onze kernwoorden zijn Actief, Dun, Snel en Licht.” Snel en dynamisch Wat betekent WARP eigenlijk? Soederhuizen: “De WARP-technologie is een fictieve technologie uit de televisieserie Star Trek om ruimteschepen met een snelheid groter dan de lichtsnelheid te laten voortbewegen. Het inspireerde ons voor de naam van ons bedrijf. We zijn een jong bedrijf dat mee wil gaan in de uitdagingen die er liggen. Denk aan de renovatiegolf in de woningbouw. Misschien wil men eindelijk verlost zijn van de radiatoren. Of wil men een lagere energierekening of zich voorbereiden op het gasloos wonen. Op termijn wil men de overstap maken naar bijvoorbeeld een warmtepomp of laagtemperatuur-verwarming. Het zijn allemaal mogelijkheden.

Duurzaam ondernemen

In dit artikel leg deskundige Gerd van ‘t Hul uit wat duurzaam ondernemen betekent voor de interne bedrijfsvoering van de installateur en wat duurzaam ondernemen richting klanten inhoudt. Wat is duurzaamheid? Duurzaam ondernemen is een breed begrip. Gaat het over het voortbestaan van jouw onderneming? Over hoe gelukkig jouw team is? Over hoeveel energie je gebruikt? Over hoeveel geld je verdient? Of toch over hoeveel energie jij voor je klanten kunt besparen? Het antwoord op deze vragen is dat duurzaam ondernemen over alle aspecten van je bedrijf gaat. Het gaat over het voortbestaan van jouw bedrijf, over blije gezichten in de kantine, over energie besparen, over die laatste rooie rotcent en over jouw klanten helpen om energie te besparen. Continuïteit Zelf ben ik accountant. Bij ons gaat het, voor het eerst in jaren, sinds COVID-19 weer eens serieus over continuïteit. In goede jaren lukt het namelijk iedereen om een onderneming te starten en winstgevend te laten zijn. Maar als het minder gaat, onderscheiden de beste ondernemers zich door eerder, sneller en doeltreffender in te grijpen. En meestal ook (juist dan!) te investeren. Een matige ondernemer snijdt te laat in de kosten, moddert nog even door en stopt dan met zijn bedrijf, verkoopt het bedrijf, of gaat failliet. Hoe voorkom je dat? Het antwoord is door in te zetten op duurzaamheid. Gezondheid Een duurzame ondernemer zorgt ervoor dat zijn team zich goed voelt. Een onderneming is zo goed als het team. Duurzaam ondernemen betekent ook ervoor zorgen dat je team zich

Huis van Sarah

“Ik ben Sarah, ik ben zwanger en ik zet dus een kind op de wereld die in 2040 net volwassen is. 2040, het jaar waarvoor we nu mooie plannen en rapporten hebben gemaakt om de wereld leefbaar en veilig te laten zijn. Voor mij en vooral voor mijn kind. De installatiebranche heeft grote invloed op het verduurzamen, comfortabel en veilig maken van onze woon- en werkplekken. En daarom heb ik hen en alle betrokkenen uitgenodigd.” Dit zijn de beginzinnen van het nieuwe multimediale programma speciaal voor vakmensen in de techniek dat sinds kort door Nederland reist. Huis van Sarah opent de deuren voor werkgevers en werknemers. Voor samenwerkingspartners. Voor iedereen die zich een onderdeel voelt van de opdracht een toekomstbestendige leefomgeving te creëren. Zes grote verhuiskisten met ieder een eigen kamer en verhaal. Als publiek zit je niet stil; je gaat van kist naar kist met Sarah als je persoonlijke gids. Zes verschillende invalshoeken met uitdagende vragen over de toekomst van technische installatiebranche en jouw eigen toekomst, op weg naar 2025 en verder. De Greenroom, de Sky-highroom, de Hartkamer, het Transformatorhuisje, de Wachtkamer en de Safetyroom staan klaar om de makers van de energietransitie en de digitale samenleving te ontvangen. Geen papier meer Wieteke Tichelaar van Wij Techniek is de trekker van dit programma. Zij is programmamanager Kennisontwikkeling en zoekt altijd naar nieuwe manieren om kennis over te dragen. Samen met een team van gedreven collega’s ging ze de uitdaging aan om verkenningen, rapporten en vergezichten om te zetten naar