In The Green Village wordt de techniek van morgen getest. Het openlucht-laboratorium op de TU Delft Campus bestaat sinds 2017 en is een doorslaand succes. In de loop der jaren zijn er ruim honderd innovaties getest, waaronder een significant aantal op het gebied van installatietechniek. IZ ging op bezoek en sprak met Pieter van Schaik, Projectmanager duurzaam bouwen & renoveren. Op het terrein van The Green Village staan verschillende panden, waarin nieuwe technieken worden uitgetest. Dat gebeurt op initiatief van uiteenlopende partijen. Van bij wijze van spreken fabrikanten, tot kennisinstellingen en start-ups die voortgekomen zijn uit de TU Delft. Circulariteit Op dit moment is onder andere circulariteit een belangrijk thema. Maar waar in bouwkundige concepten al forse stappen worden gezet, blijft de installatietechniek wat achter. Daar zijn verschillende oorzaken voor aan te wijzen. Betrokken partijen worstelen soms met de materialisatie, zeker als ze ook nog biobased varianten willen gebruiken. Daarnaast kunnen demontabiliteit, ruimtebeslag en firmware of software updates een belemmering vormen, licht Van Schaik toe. Elektrische cv-ketel Een ander thema is verduurzaming van bestaande gebouwen. Daarbij is natuurlijk volop aandacht voor all-electric concepten. Zo test Heatleap op dit moment de iCV in een proefwoning in The Green Village. Met deze elektrische cv-ketel kunnen bestaande woningen eenvoudig de overstap maken van stoken op aardgas naar 100% elektrisch verwarmen. De iCV levert ook warm water. Het systeem bestaat uit verschillende onderdelen, waaronder een elektrische infrarood cv-ketel, PV-panelen en een zonneboiler die tot 50% hernieuwbare elektriciteit en warmte leveren. De overige helft kan
Categorie: Techniek
Hoe maak je een school future proof? Basisschool De Biezen uit Amersfoort koos voor een slimme combinatie van bouwkundige en installatietechnische ingrepen. Het resultaat mag er wezen. IZ sprak erover met Thera Verdam, Hoofd Huisvesting van het Katholiek Primair Onderwijs Amersfoort, waar De Biezen onder valt. Het oorspronkelijke gebouw stamde uit 1975 en was volgens het MOP toe aan een ingrijpende opknapbeurt. Zowel het dak als de gevel moesten onder handen worden genomen. Met het oog op de toekomst werd ook direct besloten om de installatietechniek te gaan verduurzamen. Trias Energetica De Biezen telt onder andere 11 lokalen, een speelzaal, ruimte voor een peutergroep en een kantoor. Geheel volgens de principes van de Trias Energetica is bij de verduurzaming eerst de schil aangepakt. Verdam: “We wilden nieuwe gevels met een RC-waarde van 4,5 en een dak met een RC-waarde van 6.” De oude puien werden vervangen door nieuwe exemplaren met dubbel glas en een andere raamverdeling. “Aan de bovenzijde zitten nu raampjes die open kunnen om extra te ventileren,” licht Verdam toe. De oude kozijnen hebben plaatsgemaakt voor een variant van onderhoudsarm kunststof en de boeiborden zijn voorzien van isolatiemateriaal. Ook heeft het gebouw, vanuit onderwijskundige overwegingen, onder andere een extra buitendeur gekregen. Dak Besloten werd om het bestaande dak intact te laten, maar bovenop de bestaande afwerklaag extra isolatie (PIR) aan te brengen en een nieuwe afwerklaag. “Daardoor werd het dak opgehoogd en moesten we ook de boeiboorden ophogen en de HWA-aansluiting aanpassen”, vertelt Verdam. PV-panelen Van meet af
Na jaren van corona, waarin de noodzaak om goed te ventileren in de woon-, werk- en leeromgeving duidelijk is geworden, zijn we nu in een tijd beland waarin de nadruk op energie-efficiënt ventileren is komen te liggen. We leven in een turbulentie wereld. Eens te meer is maar weer eens gebleken dat wereldwijde problemen ook ons land in hun greep kunnen krijgen. In ons vakgebied wordt al jarenlang het belang van goed ventileren en voldoende doorspoelen van ruimtes uitgedragen. In het Bouwbesluit zijn hiervoor de nodige richtlijnen opgenomen. Helaas is dit wel waaraan minimaal moet worden voldaan en in de praktijk laat dit nogal eens te wensen over. In de coronaperiode is dat duidelijk naar voren gekomen. Hoewel het in de eerste 1,5 jaar stevig werd ontkend, kwam daar dan uiteindelijk toch dat tekentje om het raam open te gaan zetten, want ventileren helpt. Richtlijnen Als ventilatiesector zijn we blij dat ook de aerogene transmissieroute erkend wordt, alleen blijft de overheid achter. Eigenlijk zouden de richtlijnen moeten worden aangepast. Helaas kan dit tot wel vijf jaar gaan duren. Dan moet het ook nog worden opgenomen in het Bouwbesluit. Pas als dat is gebeurd, wordt het meegenomen in de bestekken. Dus komt het er voor nu op neer om je gezonde verstand te gebruiken. Energieprijzen Eind 2021 zijn de energieprijzen gaan stijgen. Eerst omdat de economie aantrok en er dus meer vraag was, maar sinds begin 2022 ook door de oorlog in Oekraïne, waardoor we te maken kregen met een boycot
De verwarmingsmarkt is in beweging. Door de pandemie en verduurzamingseisen groeit het repertoire aan oplossingen, zowel om warmte op te wekken als voor de afgifte. IZ sprak met twee leveranciers over vloer- en wandverwarming, LT-radiatoren en infraroodpanelen. Zowel Bas Spekreijse van Etherma als Arjan Dorrestijn van Rehau merkt dat de warmtepomp rap aan populariteit wint. “Eigenlijk is het in de nieuwbouw de standaardoplossing aan het worden.” Ook in de renovatiemarkt maakt de warmtepomp slagen, blijkt wel uit het verhaal van beide experts. Zeker in de hybride uitvoering. Hybridisering Die hybridisering uit zich ook op andere vlakken. Zo ziet Spekreijse meer installatieconcepten verschijnen waarin warmtepompen worden gecombineerd met PVT-panelen. Maar de grootste trendverschuivingen lijken zich wel voor te doen bij de afgiftesystemen. Integratie Waar vroeger radiatoren of vloerverwarming de dienst uitmaakten thuis, verschijnen nu vaker geïntegreerde concepten. Onder andere vanwege de stijgende energieprijzen en de veranderende, lees hogere, eisen die men stelt aan het binnenklimaat. Variatie Over het algemeen kiezen bewoners vooral voor vloerverwarmingsoplossingen beneden, vertellen zowel Spekreijse als Dorrestijn. Boven is meer variatie te bespeuren. Over de gehele line verschijnen nu installatieconcepten waarin een rol is weggelegd voor LT-radiatoren, infraroodpanelen, PCM’s, Aircosystemen of wandverwarming. “Knuffelmuren” Zo is wandverwarming interessant voor ruimtes, met voldoende muuroppervlakte, vertelt Dorrestijn. “In de praktijk dus vooral boven, beneden heeft men al snel wanddecoratie of meubelstukken die de afgifte kunnen hinderen.” Er is een uitzondering. In het luxere segment van de woningbouw verschijnen nu vaker kachels die lemen muren verwarmen op de begane grond. “Ze worden
De verouderde kennis uit de ISSO-publicatie 72 ‘Ontwerpen van individuele en kleine elektrische warmtepompsystemen voor woningen’ heeft een lang verwachte update gekregen. Vanuit de markt steeg de vraag naar geactualiseerde kennis voor het ontwikkelen, realiseren en onderhouden van grondgebonden warmtepompinstallaties. ISSO-publicatie 72 behandelt het ontwerp van individuele en kleine elektrische warmtepompsystemen voor de woningbouw. De eerste conceptversie voor een grote herziening, daterend uit 2013, werd door de invoering van BRL 6000-21 in 2014 nooit gepubliceerd. Wel werd de opgedane kennis gebruikt voor het in 2017 gepubliceerde Kleintje grondgebonden warmtepompinstallaties in woningen. Gezien de groei bij nieuwbouwwoningen en toenemende vraag naar grondgebonden warmtepompinstallaties bevestigt ISSO nu de komst van een geüpdatet ISSO-publicatie 72. Deze zal voornamelijk ingaan op het ontwerpen en dimensioneren van de warmtepompinstallatie. Tevens geeft deze publicatie handreikingen voor de start van een project (Programma van Eisen) en de uitwerkings-, realisatie- en beheerfase. Informatie vertaald naar nu “Na jaren van telkens kleine updates, was het nu tijd voor een grote herziening. Mede door het feit dat de drie systemen die we in de oorspronkelijke 2005-versie behandelde inmiddels achterhaald zijn”, vertelt Jos de Leeuw, senior specialist en projectcoördinator bij ISSO. “Dat hebben we nu teruggedraaid naar één systeem; het bekende warmtepompsysteem met een bodemwarmtewisselaar, een boilervat in of naast de warmtepomp en passieve koeling. Veel van de kennis in ISSO 72 geldt overigens ook voor het lucht/water-warmtepompsysteem dat ISSO-publicatie 98 ‘Lucht/water-warmtepompen in woningen’ behandelt. Deze publicatie wordt volgend jaar herzien, maar krijgt dus nu al een addendum met betrekking tot
Circulariteit en installaties zou je op dit moment nog niet kunnen omschrijven als een gelukkige combinatie. Maar daar gaat op korte termijn verandering in komen, dat kan namelijk niet uitblijven. Vanuit mijn werk als duurzaamheids- en installatieadviseur bij Merosch ben ik onderdeel van de TVVL-expertgroep Circulaire Installaties. Met deze expertgroep zijn wij afgelopen september op fabrieksbezoek geweest bij een tweetal leveranciers van luchtbehandelingskasten, namelijk Systemair en Orange Climate Verhulst. LBK’s Het was ontzettend interessant om het bedrijfsproces en de werkwijze in de fabrieken van dichtbij mee te maken. Wat me vooral is bijgebleven van deze fabrieksbezoeken is dat leveranciers genoeg kansen zien om binnen de luchtbehandelingssector meer circulair te gaan opereren. Zo bieden beide partijen al tweedehands luchtbehandelingskasten aan. De LBK’s worden eerst gereviseerd en daarna opnieuw op de markt gebracht. Voordelen Afhankelijk van de leeftijd en de specificaties van de LBK, lever je vaak wel wat in op de energie-efficiëntie, maar dat kan worden geminimaliseerd door de LBK’s die een capaciteit hadden van 20.000 m3/h in hun ‘nieuwe leven’ te laten draaien op bijvoorbeeld 12.000 m3/h. Daarbij stimuleer je tevens circulair materiaalgebruik door een gerefubishde LBK aan te schaffen als afnemer. Overigens geeft de leverancier garantie en is de levertijd van een dergelijke LBK zeer interessant. Waar (onderdelen van) nieuwe LBK’s op dit moment een lange levertijd hebben, kan een gereviseerde LBK vaak sneller worden geleverd. Onderhoud Als installateur hoef je ook niet wakker te liggen over mogelijk extra beheer en onderhoud van een gereviseerde LBK. De essentiële en
Elk nieuwbouw- of renovatieproject ondergaat tegenwoordig een verduurzamingslag. De bouwmarkt is in dat opzicht in een relatief korte tijd sterk veranderd. De energietransitie maakt overuren. Het gaat dan om meer dan alleen het standaard installeren van het zoveelste warmtepompje. De hier beschreven projecten laten dat duidelijk zien. Kazerne als warmtebatterij Fort Isabella, oorspronkelijk een verdedigingswerk van ’s-Hertogenbosch en later een kazerne, stapt over op een gasloos verwarmings- en koelsysteem. Op het 10 hectare grote terrein (zie foto hierboven) wordt momenteel een nieuwe samenleving gerealiseerd, waar wonen, werken, educatie en recreatie samenkomen. Samen met OVVIA en Van Hout Installateurs en adviseurs heeft de Isabella Groep enkele jaren geleden een 2-staps strategie bedacht om het gasloze verwarmings- en koelingssysteem te realiseren. Ten eerste zijn alle bestaande (deels monumentale, meer dan honderd jaar oude) gebouwen geïsoleerd naar energielabel A of hoger. Daarnaast is op het terrein een netwerk van warmte en koude leidingen aangelegd die alle gebouwen verbindt met de (elektrisch aangedreven) energiecentrale. Hierdoor werkt het terrein als een warmtebatterij; in de zomer wordt overtollige warmte van de gebouwen opgeslagen in de grond en in de winter wordt dit opnieuw gebruikt. In de tussenseizoenen kan overtollige energie op de ene plek direct worden hergebruikt op een andere locatie. Door het ontwerp van het systeem kan dit zeer efficiënt gebeuren. De benodigde elektriciteit voor het systeem en het terrein wordt grotendeels geleverd door meer dan 1800 PV-panelen. Het terrein gaat hiermee van meer dan 1.800.000 m3 gasverbruik per jaar in het verleden (2004) naar
Een nieuw Handboek Zonne-energie is geen overbodige luxe. In een constant veranderende markt zijn er vele ontwikkelingen die herziening van deze kennis noodzakelijk maakte. Denk aan certificering, nieuwe eindtermen en aanpassingen in NEN 1010 en NEN 7250. Nog niet zo lang geleden waarschuwden inspecteurs in de media dat de kans op onveilige zonnestroominstallaties toeneemt, door toedoen van onbekwame monteurs en zelfs beunhazen. Buiten het feit dat opdrachtgevers zorgvuldig moeten nagaan of vakmensen de juiste kennis hebben – bijvoorbeeld via een erkenning – moeten vakmensen hun kennis up-to-date houden. Met het nieuwe Handboek Zonne-energie, dat ISSO eind november publiceerde, hebben zij hiervoor een hulpmiddel in handen. Drie disciplines De kennis in het Handboek Zonne-energie omvat drie onderliggende disciplines: zonnestroom (PV), zonnewarmte (zon thermische) en bouwkundige integratie. Dit zijn dezelfde disciplines die in de nieuwe NEN 1010 (Elektrotechnische installaties voor laagspanning) en NEN 7250 (Zonne-energiesystemen, Integratie in daken en gevels – bouwkundige aspecten) zijn verwerkt. Ontwikkelingen in de markt Naast de eerdergenoemde ontwikkelingen in de markt maken ook het nieuwe Bouwbesluit, de nieuwe erkenningsregeling Zonnestroom van InstallQ, en diverse nieuwe technieken en toepassingsvormen van zonne-energie een geactualiseerd handboek noodzakelijk. De editie bevat dan ook alle kennis over zonne-installaties, vanaf het ontwerp tot en met de inspectie. Kennis over zonnestroom en zonnewarmte Naast het nieuwe Handboek lanceert ISSO tegen het einde van dit jaar en begin volgend jaar ook twee nieuwe ‘Kleintjes’ voor het werken aan zonne-energiesystemen. Het huidige Kleintje Zonne-energie ondergaat een uitgebreide actualisatie en zal ook worden gesplitst in een Kleintje
In dit artikel legt Ron Bosch, adviseur en HBO-hoofddocent Installatietechniek uit waarom de huidige energieprijzen medebepalend zijn bij de keuze voor verwarmingsoplossingen. Daarbij gaat hij uitgebreid in op het verschil tussen COP en SCOP. Veel mensen menen dat de huidige energieprijzen ongunstig uitpakken voor warmtepompen. Maar is dat wel zo? We nemen al zoveel aan in ons land, zeker als we kijken naar de huidige op hol geslagen energiemarkt. Laten we eens een kijkje nemen in de wazige wereld van energie, warmtepompen en gasgestookte systemen. Warmtepomp Een warmtepomp kan beschikbare warmte uit de omgeving van een lage temperatuur opvoeren tot de gewenste hogere temperatuur. De warmtepomp kan de warmte gebruiken uit bijvoorbeeld de bodem, grondwater, oppervlaktewater, afvalwater, ventilatielucht en uit de buitenlucht. Een warmtepompinstallatieconcept bestaat uit een warmtebron, de pomp en het warmteafgiftesysteem. De warmtepomp zelf bestaat uit een compressor, condensor, expansieventiel en een verdamper. Werking In dit gesloten systeem circuleert een koelvloeistof. Deze vloeistof onttrekt warmte aan de bodem of luchtwarmtewisselaar en wordt dampvormig. De damp wordt vervolgens door een compressor samengeperst, waarbij de druk stijgt. Dat geldt ook voor de temperatuur. De warmte wordt als de damp condenseert afgegeven aan de boiler of het verwarmingssysteem. Bij het expansieventiel wordt de koelvloeistof in druk en in temperatuur verlaagd, waarna de warmtepompcyclus opnieuw begint. Bron Zo onttrekt de lucht/water warmtepomp gratis omgevingsenergie aan de buitenlucht om verwarmingswater te verwarmen. De warmtepomp verwarmt het water tot ca 55°C. Met andere woorden: de warmtepomp zet laagwaardige warmte om in hoogwaardige warmte voor
Op het terrein van de Floriade staat het nieuwe gebouw van de Aeres Hogeschool Almere. Het is voorzien van de modernste snufjes op het gebied van duurzaamheid en heeft een Platinum WELL-certificaat in de wacht gesleept. IZ sprak met Erik van Unen, die als Senior-Adviseur van INNAX betrokken was bij het prestigieuze project. Het gebouw van de Hogeschool is opgetrokken in beton en staal, heeft een BVO van 4000 m2 en telt 5 bouwlagen. In het pand zijn verschillende functies ondergebracht. Zo zijn er traditionele leslokalen te vinden, maar ook laboratoria. Uiteraard ontbreken ook niet de facilitaire voorzieningen, zoals pantry’s, toiletten en een grootkeuken die voldoet aan de HACCP eisen. Lokale omstandigheden In het ontwerp is rekening gehouden met zonverkaveling en andere lokale factoren. Dat komt onder andere tot uiting in de zogenaamde ‘Smart Skin’. Van Unen: “De gevel aan de kant van de snelweg is geluidsluw gemaakt. Dat betekent een flink isolatiepakket en geen ramen die open kunnen. En gevelzijden die veel zonlicht krijgen zijn voorzien van minder ramen dan de minder zonbelaste gevels.” PV en groen De PV-panelen aan de westkant zorgen behalve voor energieopwekking ook voor zonwering. De oostzijde, gericht op de bomentuin van het Floriadeterrein, is volledig groen en kleurt mee met de seizoenen. Vegetatie De Aeres Hogeschool is rijkelijk voorzien van vegetatie. Zowel vanbuiten als vanbinnen. Het pand heeft onder meer een groendak, dat zowel mogelijkheden biedt tot sociale interactie als het gebouw extra koelt. Verder is een schaduwdak gerealiseerd van semi-transparante PV-panelen dat de