Auteur: Ruud

Slim klimatiseren

In deze tijden van Corona is er volop aandacht voor ventilatie. Ook bij scholen. Volgens Carl-peter Goossen wordt het tijd om andere concepten toe te passen. De directeur van Adviesbureau BouwNext legt uit wat goed ventileren inhoudt en hoe je met inspiratie uit het (recente) verleden tot verrassend goed werkende concepten kan komen. De ventilatie van scholen is nu net zo’n ‘hot item’ als 100 jaar geleden. Tijdens de TBC- uitbraak in de eerste helft van de vorige eeuw werden vele ‘buitenscholen’ opgericht, onder andere in de duinen van Scheveningen. In 1927 werd bovendien de ‘Vereniging voor openluchtscholen voor het gezonde kind’ opgericht in Amsterdam. Deze liet in 1930 een openluchtschool ontwerpen door architect Jan Duiker. Het is een rank gebouw met heel veel glas en grote taats ramen die ook in het voor- en najaar geheel konden worden geopend. De school werd in 1993 en 2008 gerestaureerd. BNA brengt op dit moment op haar website een onderzoekstudie van Micha de Haas opnieuw onder de aandacht, die tot doel had om de openluchtschool weer nieuw leven in te blazen. Niet alleen vierkante meters Het onderzoeksteam zocht onder andere naar zachtere en eigentijdse varianten van de buitenlokalen van openluchtscholen. Dat leverde een variatie op aan installatieconcepten en bouwkundige oplossingen. Er is echt een omwenteling nodig om scholen als meer te zien dan alleen vierkante meters klassen, leerpleinen en gangen. Een loggia, dakterras, patio of erker zijn allemaal voorbeelden van verschillende klimaatzones of bufferruimtes. Deze bouwkundige ingrepen kunnen bijdragen aan een gedifferentieerd

Veilig en gezond

Een jong bedrijf met een duurzame ambitie. WARP Systems in Nieuwkoop heeft groen bloed. Door de dunste watergedragen vloer-, wand en plafondverwarming en -koeling te ontwikkelen voorziet het bedrijf in een behoefte en speelt het in op de toekomst. Michael Soederhuizen, verantwoordelijk voor de afdelingen Legal en Finance en medeoprichter van het bedrijf, ziet dagelijks nieuwe kansen. Maar hierbij is veilig werken wel een voorwaarde. Midden in coronatijd nadenken over verduurzaming en de groei van je bedrijf. Het is absoluut mogelijk. Soederhuizen: “We zien gewoon de vraag stijgen en met een enthousiast team weten we in deze bijzondere tijd onze doelstellingen te realiseren. We hebben vanaf het begin ingezet op de ontwikkeling van een eenvoudig systeem dat door zowel de doe-het-zelver als door de professional kan worden geïnstalleerd. We vormen de verbinding, de ADSL zoals wij dat noemen, naar hen. Want onze kernwoorden zijn Actief, Dun, Snel en Licht.” Snel en dynamisch Wat betekent WARP eigenlijk? Soederhuizen: “De WARP-technologie is een fictieve technologie uit de televisieserie Star Trek om ruimteschepen met een snelheid groter dan de lichtsnelheid te laten voortbewegen. Het inspireerde ons voor de naam van ons bedrijf. We zijn een jong bedrijf dat mee wil gaan in de uitdagingen die er liggen. Denk aan de renovatiegolf in de woningbouw. Misschien wil men eindelijk verlost zijn van de radiatoren. Of wil men een lagere energierekening of zich voorbereiden op het gasloos wonen. Op termijn wil men de overstap maken naar bijvoorbeeld een warmtepomp of laagtemperatuur-verwarming. Het zijn allemaal mogelijkheden.

High-Tech vs Low-Tech

Technologiedeskundige Kris de Decker schreef jarenlang over technische innovaties. Totdat hij zich realiseerde dat we als maatschappij een doodlopende weg bewandelen. Volgens De Decker moeten we naar een Low-Tech Society toe. En de installatiebranche kan daarin een belangrijke rol spelen. Hij kan het zich nog goed herinneren: zijn ‘Eureka-moment’. “Ik schreef als freelancer ettelijke artikelen over technische innovaties. Op een gegeven moment merkte een eindredacteur op dat ik vrijwel altijd afsloot met de opmerking dat ‘de innovatie of geen daadwerkelijke oplossing vormde voor het onderliggende probleem of alleen maar zou leiden tot nieuwe problemen die weer om nieuwe technische oplossingen zouden vragen’. Pas toen drong het echt tot me door dat ik niet meer geloofde in het paradijs dat voorstanders van de High-Tech society ons beloven. En, ik besloot het roer om te gooien.” Duizendpoot De Decker verhuisde van België naar Catalonië en startte in 2007 zijn eigen tijdschrift ‘Lowtech Magazine’. Hij werd een begrip in de technologiewereld, publiceerde diverse boeken, ging ook aan de slag als energieconsultant en onderzoeker en sprak op een aantal conferenties. Een van zijn belangrijkste stellingen luidt dat “automatisering alleen maar leidt tot meer machines die energie nodig hebben”. Maar als dat zo is: welke kant moeten we dan op als maatschappij én als installatiebranche? Verwarmingstechniek De Decker geeft een aantal voorbeelden van, naar zijn mening excessen in de installatiebranche. “Laat ik beginnen bij de verwarmingstechniek. Vroeger had die een sterk lokaal karakter. Met haardvuur verwarmde men een specifieke plek in de woning. Verder gebruikten

Oud wordt nieuw

Is het wel mogelijk om circulaire installaties te ontwerpen? Met die vraag in het achterhoofd wordt nu geëxperimenteerd in een aantal proefprojecten. Johan Riezebos, directeur bij Ter Steege Advies & Innovatie vertelt over de ervaringen in het Enschedese Stroïnkslanden. “Het is best een uitdaging om al van tevoren te bedenken hoe je afval voorkomt en wat er met de toegepaste producten moet gebeuren aan het einde van hun levensduur. Toch zien we gelukkig steeds meer zien we pilotprojecten ontstaan, waarin wordt geprobeerd om zo circulair mogelijk te bouwen. Project Enschede “Eén van die projecten is gerealiseerd in Enschede in de wijk Stroïnkslanden. Het ging om 7 woningen voor woningstichting De Woonplaats. Er stonden 7 eenlaagse woningen die klaar waren voor de sloophamer. Op de bestaande fundering zijn 7 nieuwe woningen opgetrokken met een HSB casco in twee lagen. We zijn in april van start gegaan, deze maand betrekken de eerste bewoners hun nieuwe woning.” Installateur “De Woonplaats had het project ingebracht in een masterclass Circulair Bouwen die door Pioneering (innovatief bouwnetwerk in oost-Nederland) was georganiseerd. Een aantal van de deelnemende partijen hebben samen de handschoen opgepakt en zijn gaan ontwerpen en ontdekken. Helaas was er bij de masterclass geen installatiebedrijf aanwezig. Maar via goede contacten werd Loohuis Energie- en Installatieadvies bereid gevonden om mee te denken.” Casco “Uitgangspunt van het ontwerp was om zoveel mogelijk van het bestaande woonblok te hergebruiken. De deelnemers wilden het bestaande casco dus liever niet slopen, maar laten staan en opnieuw gebruiken. Dan zou de

Opschalen

Het idee voor ChargeFreeHome ontstond bij grondlegger Henk van Houten toen hij zag wat een BENG-woning inhoudt en dat vergeleek met zijn energieplus-woning. De werktuigbouwkundige pleit voor een energietransitie waarbij verduurzaming naar een hoger niveau wordt getild. ‘Van BENG naar BELG’ noemt hij dat, oftewel van een Bijna Energie Neutraal Gebouw naar een Bewust Energie Leverend Gebouw. Een BELG-woning kan het hele jaar zelfvoorzienend zijn en elektriciteit leveren. In het geval van een starterwoning gaat het om 13.000 kWh en bij een semibungalow om 27.000 kWh aan overcapaciteit. Dat scheelt op jaarbasis meer dan 15.000 kg aan CO2-uitstoot per woning. Wijkaanpak Van Houten pleit voor een wijkgerichte aanpak, waarbij zowel aandacht wordt geschonken aan energiebesparingsmogelijkheden als de productie van groene energie. Alle huizen krijgen een lessenaarsdak met geïntegreerde zonnepanelen. Bovendien worden ze voorzien van PVT-panelen, een dik isolatiepakket, Triple glas, aardwarmtepomp en accu’s. Via WTW-systemen in de ventilatie, douche, keuken en riolering valt een verdere energiebesparing te realiseren. Dat geldt ook voor de PCM-vloer die tot de additionele mogelijkheden behoort. Buurtopslag Daarnaast komt er een energieopslag op buurtniveau met de mogelijkheid om elektriciteit door te geven aan nabijgelegen woningen en bidirectionele elektrische (deel)auto’s te laten inpluggen. Monitoring Door de energiestromen te monitoren en te sturen krijgt de bewoner zicht op en controle over zijn eigen gebruik. Zowel voor huishoudelijke doeleinden als voor de gebouwgebonden installaties. De markt heeft al de nodige oplossingen om hierin ondersteuning te bieden. Zoals (remote access) monitoringssystemen van Envitron. Selectief Volgens Van Houten is het onontkoombaar

Subsidies en financiële regelingen in de projectenmarkt

Na een jaar lang proberen, onderzoeken en uitwerken in de praktijk, keert het tij voor wat betreft de uitvoering van het Klimaatakkoord in de Gebouwde Omgeving. Dit op basis van voortschrijdend inzicht en na diverse publicaties. 2050 het jaar waarin alle ambities uit het Klimaatakkoord gerealiseerd moeten zijn, blijkt te ver weg om daadwerkelijk aan de slag te gaan. Er wordt nog teveel afgewacht wat de (politieke) toekomst brengen zal. Met 2030 als realistische tussenstop kunnen nu de handen uit de mouwen. Want met duurzaam installeren kunnen we nu al beginnen. Voor nieuwbouw staan de regels duidelijk op papier, waardoor nieuwe gebouwen en woningen zo goed als energieneutraal worden opgeleverd. De grote winst valt te behalen in de bestaande woningvoorraad. Juist hiervoor geldt: wat je niet verbruikt hoef je ook niet op te wekken. Naast isoleren en het plaatsen van hybride verwarmingssystemen is met tal van energiebesparende maatregelen het energiegebruik fors terug te dringen door toepassing van bijvoorbeeld: thermostatische radiatorventielen, automatische ontluchter/ontgassing, een magneetfilter, douche-waterterugwinning en zelfregelende vloerverwarmingssets. En voor alle verwarmingsinstallaties (dus zowel cv-ketels als [hybride] warmtepompen) geldt dat goed installeren en inregelen van groot belang is voor kwaliteit, prestatie én wooncomfort. De kleine utiliteitsbouw blijft qua energiebesparing een nog wat onderbelicht thema. Fabriekshallen, bedrijfsunits, sporthallen en showrooms worden vaak nog verwarmd door niet-condenserende toestellen. Dit terwijl er met HR luchtverwarmers 20% besparing gerealiseerd kan worden. Om te voorkomen dat het Klimaatakkoord vooral een papieren realiteit blijft, een oproep aan installerend Nederland: ga aan de slag en pak die

Bestendig voor de toekomst

We zijn op weg naar de verkiezingen van de Tweede Kamer in 2021. Het kan u bijna niet ontgaan zijn. Nieuwe partijleiders staan op. Verrassende nieuwe kandidaten op de lijst. En de eerste verkiezingsprogramma’s zijn al verschenen; vol goede voornemens en plannen. Zelf probeer ik in de gaten te houden wat al die plannen betekenen voor onze sector. Eén ding staat vast. Corona en de gevolgen van de pandemie bepalen de toon. Maar de erkenning voor vakmanschap lees ik ook terug! En dat is mooi. Want één ding is helder: de technische beroepen zijn pandemie-bestendig én recessieproof. Dat zien we ook terug in de plannen. Klimaat, verduurzaming en gasloos zijn de termen die ik lees. Er ligt ambitie, maar ook urgentie. Door de coronacrisis staan de zorg en het onderwijs echter ook in de schijnwerpers. En ook daar spelen we als sector een belangrijke rol in. Geen topzorg zonder de goede technische infrastructuur. E-health en zorg op afstand kunnen niet zonder techniek. En als we denken aan het onderwijs heeft de inzet op hybride vormen een appel gedaan op de technische infrastructuur van de scholen op alle niveaus. We zijn profs geworden in het boeien van studenten en leerlingen op afstand. En die kracht ligt bij docenten, maar ook bij de mogelijkheden van techniek. Dus in de komende maanden van debatten, politici die naar elkaar wijzen, cijfers, prioriteiten en opiniepeilingen, hoop ik dat we blijven nadenken over de dag van morgen heen. Durven denken in kansen. En dat we naast

Anders verduurzamen

We moeten zo snel mogelijk en op grote schaal de CO2-uitstoot omlaag krijgen. Daarbij draait het vooral om de pieken in het gas-, de warmte- en het elektriciteitsgebruik. Vervolgens kunnen we dan de basislast aanpakken, betoogt Ronald Rovers. Volgens de bouwfysicus en Fellow van de Faculteit Bouwkunde aan de TU/E is het tijd voor een totaal andere benadering, waarbij een hoofdrol is weggelegd voor de installatiebranche. “Traditioneel zijn installaties vaak uitgelegd op het invullen van de piekvraag. Dan zat je altijd goed. Dat was met fossiele, altijd beschikbare brandstof geen probleem. Maar met de huidige energietransitie kunnen we niet meer op deze weg doorgaan. De ironie is namelijk dat juist tijdens piekperiodes het aanbod aan duurzame energie het meest beperkt is. Daarom zijn we eigenlijk wel gedwongen om te zoeken naar een nieuwe en veel lagere balans tussen vraag en aanbod.” Geen tijd meer “En dat moet snel gebeuren. We hebben geen jaren de tijd meer om te wachten tot allerlei ideeën en onderzoeken tot prachtige nieuwe innovaties leiden. Maar, als we de curve alvast af kunnen buigen, dan winnen we wel wat tijd. Eigenlijk zouden we dit zo spoedig mogelijk moeten oppakken en op een manier die flexibel is, dat wil zeggen vervolgstappen niet in de weg zit.” Rol installateur “En daarbij komt de installateur om de hoek kijken. Een effectieve manier die snel resultaat oplevert, is om niet een complete renovatie uit te voeren, maar om een kleine warmtepomp naast de gasketel te hangen en die in hybride

Gelukstreffer

Actie! Dat was wat Ralph Dito miste tijdens zijn stage detailhandel. Het zette de puber aan het denken. Hij besloot van opleiding te switchen en volgde een leer-werktraject als monteur. Dito is nog altijd blij met zijn keuze van destijds. Zeker nu hij zelfstandig ondernemer is en fantastische klussen op zijn pad ziet komen. Zoals laatst dat roevendak in Beekbergen. De 50-jarige begon ooit bij wat nu Van Dorp Deventer is, vervolgens stapte hij over naar Van Niel Installatietechniek in Twello. Bij beide werkgevers had hij het naar zijn zin. Toch begon het op een gegeven moment te jeuken. Dito wilde meer zelfstandigheid. Collega Bas Bevers dacht het er hetzelfde over. “Zijn vader stuurde hem als 15-jarige al het dak op met een oude loodgieter, om hem van de straat af te houden. Beiden hadden we dus al behoorlijk wat ervaring en een goede klik. Op een gegeven moment hebben we na een aantal flessen wijn de knoop doorgehakt en zijn we voor onszelf begonnen.” Werkterrein Dat was in 2001. Tegenwoordig neemt ITT Installatietechniek de meest uiteenlopende werkzaamheden aan. Van cv-ketels installeren tot pv-panelen leggen en dakdekkerswerkzaamheden. Het tweemansbedrijf is vooral actief in de renovatiesector en die loopt momenteel als een tierelier. Project Door eerlijk advies te geven, win je het vertrouwen van klanten. En daar vloeit al pratend vaak weer meer werk uit voort, vertelt Dito. Zoals laatst in Beekbergen. “Mijn klanten hadden een fraaie jaren ‘70 bungalow in het bos. Ze wonen daar met z’n tweeën en hebben

Geothermie

Uit een studie van Energie Beheer Nederland blijkt dat 2,6 miljoen huizen en gebouwen van warmte kunnen worden voorzien door geothermie. Waarom zijn er dan nog nauwelijks projecten gerealiseerd met aardwarmte in de gebouwde omgeving? IZ sprak erover met adviseur Runa Lentz van Merosch. Lentz is bij Merosch de contactpersoon voor begeleiding van geothermieprojecten. Volgens de adviseur zijn er verschillende redenen aan te wijzen waarom aardwarmte nog nauwelijks voet aan de grond heeft gekregen in Nederland. Zo’n enorme potentie en toch staat de techniek hier nog in de kinderschoenen. Hoe komt dat? “Allereerst omdat we relatief weinig weten over de aardlagen dieper dan 3 kilometer. De afgelopen decennia hebben we ons vooral geconcentreerd op de ondiepe aardlagen, omdat daar gas te vinden viel. Daarmee kom je ook bij het volgende punt: we hebben onszelf jarenlang beholpen met gas, onze infrastructuur was daar ook op uitgelegd. Er was dus geen reden om onszelf te gaan verdiepen in geothermie.” Wat komt er allemaal bij kijken om een geothermische installatie aan te leggen? “Het is een complexe operatie. Eerst worden er twee putten geboord tot een diepte van maximaal ongeveer 4000 m. Uit de ene put wordt warm water omhoog gepompt. De warmte wordt via een warmtewisselaar afgegeven, waarna het afgekoelde water de andere put in gaat. Naast de installatie moet ook een technische ruimte worden gerealiseerd. Al met al ben je gemiddeld tussen de 6 maanden tot 2 jaar kwijt om een geothermische installatie aan te leggen.” Kan je een dergelijk systeem