Tag: artikel editie maart 2021

Brein buiten de douche

Ieder gezinslid zijn eigen doucheprofiel, met een instelmogelijkheid voor een maximale douchetijd of maximale temperatuur. Per persoon bekijken wat de kosten zijn van elke douchebeurt. De nieuwe Aqualisa elektronische mengkraan maakt bewust en duurzaam watergebruik mogelijk. De mengkraan is bovendien voorzien van connectiviteitsfuncties zoals Wi-Fi, App en spraakbesturing en kan worden verbonden met andere slimme toestellen in huis, zoals de slimme speakers als Amazon Alexa en Google Nest. “Hey Google, zet mijn douche aan”, zal snel een vertrouwd commando worden in woningen met een nieuwe Aqualisa Smart Quartz Collectie Douche”, zegt Aqualisa Head of International Development, Zoe Nguyen. “Elektronische mengkraantechnologie bestaat al sinds 2001. Wij waren de eerste fabrikant die hiermee op de markt kwamen en denken dat landen zoals België en Nederland er nu klaar voor zijn. Zeker omdat woningen kleiner worden gebouwd en alles slimmer zal worden.” ‘Brein’ buiten doucheruimte Het thermostatische gedeelte van deze mengkraan wordt letterlijk en figuurlijk weggetrokken vanuit de douche- of bad-omgeving (zie afbeelding). Alleen de bediening blijft zichtbaar. De controller staat in verbinding met een datakabel die aangesloten is op de SmartValve™; het effectieve brein van de installatie, die tot 10 meter van de doucheruimte geplaatst kan worden. Integreren in het plafond, onder het bad of in een kast behoort tot de opties. Eén leiding voor warm en koud In tegenstelling tot een klassiek thermostatisch ventiel, mengt het ventiel het koude en warme water elektronisch en gaat er slechts één leiding naar de hand- of regendouche. Indien er meerdere uitgangen zijn, is er

Duurzaam slopen

Het is inmiddels alweer 6 jaar geleden dat IZ een sloper sprak over duurzaam hergebruik van installatiemateriaal. Volgens de, overigens grote speler, in de bouwwereld was het animo laag. Bovendien zaten er technisch gezien allerlei haken en ogen aan vast. Inmiddels lijkt het tij te zijn gekeerd. Circulair slopen en hergebruik van installatiemateriaal en sanitair begint langzaam maar zeker ingeburgerd te raken. A. van Liempd sloopbedrijven heeft zich zelfs toegelegd op circulair slopen. Via het dochterbedrijf Gebruiktebouwmaterialen.com vinden de refurbished products weer hun weg in de bouw- en installatiewereld. IZ sprak erover met Barthel van Dinther, de Commercieel Manager en Circulair Specialist van A. van Liempd sloopbedrijven. Hergebruik vs recycling Er bestaat een groot verschil tussen hergebruik en recycling. Van Dinther: “Circulariteit in optima forma is het hoogwaardig hergebruik van bouw- en installatiematerialen. Oftewel: materialen worden hergebruikt waarvoor ze in eerste instantie zijn gemaakt. Een cv-ketel als cv-ketel en een MV-box als een MV-box. Bij recyclen win je grondstoffen uit eerder gemaakte producten. Die grondstoffen gebruik je vervolgens om nieuwe producten te maken. Zoals je wel zult begrijpen vergt dat een scala aan handelingen, die een CO2-uitstoot met zich meebrengen. Vandaar dat we recyclen omschrijven als laagwaardig hergebruik.” Voortrekkersrol “Vanwege de klimaatverandering bestaat er een toenemende belangstelling voor circulair hergebruik. Op die manier kun je namelijk bijdragen aan de verlaging van de CO2-uitstoot. Wij zien in de praktijk dat vooral overheden en woningcorporaties een voortrekkersrol vervullen. Zij zetten een duurzaamheidsstrategie uit die reikt tot 2050, het jaar waarin we een

Blijven ontwikkelen

Voor veel vakmensen in de technische installatiebranche heeft corona gezorgd voor een veelbewogen jaar. De vakmensen in de techniek komen immers vaak bij mensen thuis. Het werk gaat grotendeels door. Maar hoe? Welke obstakels zijn er? En liggen er ook kansen? Drie vrouwelijke installateurs vertellen over hoe de coronacrisis impact heeft op hun werk en privéleven, en hoe ze ondanks de maatregelen tóch bezig blijven met hun ontwikkeling. Na haar mbo- en hbo-opleidingen in installatietechniek werkte Marlon Metternich (35) als engineer bij verschillende bedrijven. Inmiddels werkt ze 3,5 jaar als consultant duurzame energie bij Kuijpers in Den Bosch. “Ik heb altijd interesse gehad in techniek en werk daarnaast graag met mensen. De technische installatiebranche is dus perfect voor mij!” Esther van Dam (22) werkt al vijf jaar voor het Papendrechtse familiebedrijf Van Dam Verwarming en geniet net als Marlon van haar werk. “Ik houd mij vooral bezig met het onderhoud van cv-ketels en het oplossen van storingen. Een super leuke baan dus!” Beheertechnicus Mariska van Leest (26) begon op haar 19e in de elektrotechniek, na de mbo-opleidingen elektrotechniek en installatietechniek gevolgd te hebben. “Ik heb de kans gehad om bij veel afdelingen van ENGIE rond te kijken en ben nu helemaal op mijn plek als beheertechnicus!” Een bewogen jaar Met het uitbreken van de coronacrisis hebben de drie vrouwen er ieder een bewogen jaar opzitten. Toen Marlon begin januari 2020 voor het eerst hoorde over corona, voelde het nog ver weg. “Maar nadat het virus in maart Nederland bereikte, veranderde

We moeten ermee leren leven

Corona blijft ons werk beïnvloeden. Dat staat vast. Of zoals we in de media lezen: we moeten met Corona leren leven. Dat geldt privé maar ook in ons werk. De maatregelen die we nu nemen, blijven voorlopig dus nog wel noodzakelijk. Ik bewonder de flexibiliteit van al die vakmannen en vakvrouwen die in het afgelopen jaar hun werkwijzen moesten aanpassen, maar ook de doorzettingskracht om dat blijven doen. Nu en morgen. In het afgelopen jaar hebben we met de bouw samen het protocol Samen veilig doorwerken opgezet, dat sinds het begin van de coronacrisis wordt gebruikt. Alle maatregelen zijn erop gericht coronabesmettingen op de werkvloer te voorkomen. Maar we zijn verder gegaan en hebben de Arbocatalogus Corona-preventie in de installatie- en isolatiebranches opgesteld. Het verschil is klein maar wel belangrijk. De Arbocatalogus is een bevestiging van de afspraken die in het protocol Samen veilig doorwerken zijn gemaakt, en we hebben deze catalogus laten toetsen door de Inspectie SZW, omdat het Arbobesluit door de coronacrisis op enkele belangrijke punten is gewijzigd. De Inspectie heeft deze afspraken goedgekeurd en daarmee ligt er een up-to-date raamwerk voor veilig en gezond werken in de techniek, waar door de Inspectie ook op zal worden gehandhaafd. Om je op weg te helpen is binnen de branche-RI&E een speciale coronamodule toegevoegd. Hiermee kun je eenvoudig vaststellen of extra coronamaatregelen noodzakelijk zijn in je bedrijf. Maar we gaan verder. Want veilig werken is meer dan regels. Juist op de werkvloer ervaar jij wat de knelpunten zijn, waar het

De juiste afstand

Op het dak van een modern gebouw komen vaak veel verschillende installaties bij elkaar. Om problemen te voorkomen moeten deze op elkaar afgestemd worden. Een voorbeeld is de toevoer van ventilatielucht en de uitmonding van de ontspanningsleiding van de riolering; als deze te dicht bij elkaar liggen kan dat leiden tot stankoverlast. Er wordt steeds meer gebruik gemaakt van ventilatie met mechanische toevoer. De toegevoerde ventilatielucht moet van voldoende kwaliteit zijn en mag niet verontreinigd worden door bijvoorbeeld de luchtafvoer van het ventilatiesysteem, de afvoer van rookgassen, de ontspanningsleiding van de riolering of fijnstof. Om dit te voorkomen moet er aandacht besteed worden aan de positie van de toevoer van verse lucht ten opzichte van de uitstroomopeningen van de afvoer van het ventilatiesysteem, de rookgasafvoer en ontspanningsleidingen van de riolering. Verdunningsfactor Om gezondheidsklachten te voorkomen doordat de ventilatielucht wordt vervuild door rookgasafvoer of de afvoer van ventilatielucht, stelt het Bouwbesluit eisen aan de verdunningsfactor; een maat voor de kwaliteit van de toegevoerde lucht. De verdunningsfactor wordt berekend uit de afstand tussen de uitmonding van een ventilatie- of rookgasafvoer en de inlaat van de ventilatietoevoervoorzieningen. Volgens het Bouwbesluit mag de verdunningsfactor bij een ventilatievoorziening niet meer bedragen dan 0,01, bepaald volgens NEN 1087. Dat betekent dat niet meer dan 1% van de verontreinigde binnenlucht of rook in de verse lucht terecht komt. Riolering Volgens de NEN 3215 moet een gebouwriolering door een ontspanningsleiding in open verbinding staan met de buitenlucht om te voorkomen dat het rioleringsstelsel vacuüm trekt. Hierdoor zal er

Sanitaire installaties

Door de coronalockdown staat in veel gebouwen het water in leidingen stil. Bijkomende zorgen om de legionellabacterie maakt legionellapreventie nóg urgenter. Onno Leever houdt zich al ruim twintig jaar met Legionella bezig. Sinds januari zet hij zijn expertise in bij ISSO. “Qua kennisontwikkeling op het gebied van Legionella, en sanitaire installaties in bredere zin, staat er voor 2021 weer van alles op stapel”, vertelt Onno Leever, van Leever installatie adviseurs. “Zo verschijnt er een nieuwe versie van ISSO-kleintje Legionellapreventie en wordt de ISSO-publicatie 55.1 ‘Handleiding legionellapreventie in leidingwater’ aangepast. Ook komt er een aanpassing op publicatie 55.2 ‘Zorgplicht legionellapreventie’. Daarnaast is een commissie bezig om de regelgeving voor legionellapreventie te evalueren, wat aangepaste legionellawetgeving zal opleveren.” Leever zit in deze begeleidingscommissie. Kennisontwikkeling In januari heeft hij het stokje overgenomen van Irene van Veelen, voormalig specialist Sanitair en Legionellapreventie bij ISSO. “Ik kende Irene onder andere al van de commissie NEN 1006 en ook vanuit de Waterwerkbladen hadden we al samengewerkt. Daarnaast hadden Irene en ik al eens samengewerkt bij een innovatiebijeenkomst over warmwatercirculatiesystemen”, vertelt Leever. “Toen ISSO een vervanger zocht voor de functie van Irene, heeft zij mijn naam laten vallen. Zo ging het balletje rollen. Ik was gelijk enthousiast. Binnen mijn eigen bedrijf doen we veel aan kennisdeling en aan zelf kennis opdoen. Als er een nieuw normblad of een nieuwe NTR uit is, sluit ik me bij wijze van spreken drie dagen op om hem te lezen. Daarna deel ik binnen mijn team wat de belangrijkste wijzigingen zijn.

Slimme badkamer

Bij de realisatie van een nieuwe badkamer (of de renovatie daarvan) wordt er steeds vaker gebruik gemaakt van elektrische vloerverwarming. Omdat een badkamer maar op een paar momenten per dag in gebruik is, heeft deze manier van verwarmen zo zijn voordelen. Dit verwarmingssysteem reageert immers snel, verwarmt de ruimte niet onnodig en is op afstand te bedienen. De nieuwe Magnum Remote Control slimme WiFi thermostaat is speciaal met dit doel ontworpen. Deze WiFi thermostaat is intuïtief te bedienen via het ingebouwde aanraakscherm. Daarnaast kan de gebruiker hem op afstand bedienen via een smartphone of tablet (iOS en Android). Tevens werkt hij samen met de spraakassistenten van Google en Amazon. Hiermee kan de temperatuur hoger of lager worden gezet en de huidige temperatuur van de vloer worden opgevraagd. Slimme energiebesparing De thermostaat berekent zelf de opwarmtijd: de gebruiker hoeft alleen maar in te geven in welke periodes een vloer warm moet zijn. Hij leert gaandeweg de ideale opwarmtijd van de vloer (intelligente functie) en past daar automatisch zijn programma op aan. Dus eenmaal de vloer instellen op bijvoorbeeld 23°C om zeven uur ’s ochtends, daarna doet de thermostaat de rest. Hij beschikt tevens over een ‘open raam’ functie die de thermostaat uitschakelt bij een plotselinge sterke daling van de temperatuur. Past in ieder design Standaard wordt de thermostaat geleverd met een afdekraam (RAL9010). Door het slimme ontwerp past hij op vrijwel iedere serie enkel- en meervoudig schakelmateriaal van de bekende merken. Optioneel is een volledig zwarte versie verkrijgbaar die past in

De Waterrevolutie

De EPC ging ten onder aan zijn eigen succes. Op meer hadden we niet kunnen hopen als sector. Maar nu de energierevolutie al een flink eind op weg is, wordt het ook tijd om de waterhuishouding onder de loep te nemen. Moeten we de Waterprestatienorm verplicht gaan stellen? Door klimaatverandering regent het veel meer en komen er steeds vaker hevige regenbuien voor. Dat levert overlast op. Tegelijkertijd zien we dat er zelfs in Nederland tekorten aan drinkwater kunnen ontstaan. Naast verdroging merken drinkwaterbedrijven bovendien dat een significant deel van hun bronnen onder druk staat door vervuiling. De overlast aan regenwater en de bedreiging van de drinkwatervoorziening maken verandering van onze watersystemen noodzakelijk. En die veranderingen zullen vooral in de gebouwde omgeving gaan plaatsvinden. Oftewel op het terrein van de installateur. Pionier Sinds 2017 nemen we ieder jaar de stand van zaken door met Johan Bel. Hij had al in een vroeg stadium door dat er een watertransitie aankwam en is de eigenaar van Mijn Waterfabriek. Het bedrijf levert intelligente systemen voor het gebruik van regenwater en voor het hergebruik van grijs water en zwart water. Decentrale oplossingen Volgens Bel is de watertransitie inmiddels al gaande. “We zitten nu op het punt waar we pakweg 10 jaar geleden zaten met de energietransitie. Daar verschoof de aandacht geleidelijk aan naar decentrale duurzame oplossingen, zoals PV-panelen en warmtepompen. In de watersector zien we nu een groeiende belangstelling voor regenwater- en grijswatersystemen, infiltratie-oplossingen voor het eigen perceel en waterbesparende technieken.” Voortrekkersrol Daarbij spelen grote

Trends 2021

Gezondheid en sanitaire oplossingen zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Door de corona-epidemie is dat besef nu sterker dan ooit, merken drie deskundigen van Grohe, Wavin en Geberit. Welke trends signaleren zij? Tot 1870 lag de gemiddelde levensverwachting rond de 40 jaar. Daarna zien we een stijgende lijn die erin heeft geresulteerd dat we tegenwoordig gemiddeld 81,56 jaar oud worden. Vaak wordt er daarbij gewezen op medische ontwikkelingen. Die zouden verantwoordelijk zijn voor de verbetering van de volksgezondheid. Hoewel antibiotica en vaccinaties om maar twee voorbeelden te noemen zeker een rol hebben gespeeld, is het voor een groot deel aan de verbeterde sanitatie te danken dat het vroegere 40 nu 81 is geworden. Op het netvlies Je zou zeggen dat we als installatiebranche doordrongen zouden moeten zijn van deze geweldige prestatie. Dat valt tegen. Hoewel sanitaire technieken en gezondheid onlosmakelijk met elkaar zijn verbonden, merken experts dat de installateurs het maar “ergens op hun netvlies hebben staan”, zoals René Offringa het treffend verwoordt. Veiligheid en gezondheid De zestiger is al ruim 40 jaar werkzaam bij Wavin, onder andere als technisch adviseur en productontwikkelaar. “Installateurs zijn toch vooral met de techniek van de systemen bezig, veiligheid en gezondheid zijn geen hoofdthema’s voor hen.” Praktijk Offringa onderbouwt zijn verhaal met enkele praktijkvoorbeelden. “Hoe vaak zien we niet dat keurig verpakte Tigris of Hep2O fittingen uit de verpakking los in open kratten of boxen worden overgegooid en dan meteen vuil worden? Ook hotspots blijven een item, hoewel je daarvoor niet altijd naar de installateur

Legionella

Om legionellagroei te voorkomen is een minimum warmwatertemperatuur vereist van 60oC in collectieve installaties en van 55oC in woningen. Om het energiegebruik te beperken wil men deze temperatuur verlagen. Oscar Nuijten (Edu4Install) beantwoordt de vraag: “Tot hoever kunnen we daarmee gaan zonder risico’s op legionella?” Zo’n 95% van de sterfgevallen door legionellose wordt veroorzaakt door de soort legionella pneumophila. Pneumophila groeit vooral bij temperaturen die langdurig boven 30oC liggen. Boven 50oC kan legionella niet vermeerderen en boven 60oC wordt de bacterie gedood. Lukt het om de temperatuur overal in de installatie continu boven 60oC te houden, dan is er geen kans op legionella in warmwater. Dit is geen eenvoudige opgave, vooral in complexe systemen met lange circulatieleidingen. De afkoeling is meestal groter dan berekend en de inregeling voldoet vaak niet. Beperken energiegebruik Een nadeel van hoge warmwatertemperaturen is het lagere rendement van de warmteopwekking. Dit speelt vooral bij stadsverwarming en warmtepompen. Bovendien hebben veel van de geïnstalleerde warmtepompen moeite om 60oC te halen, volgens adviesbureau Hydroscope. Een ander nadeel is het grotere warmteverlies naar de omgeving toe. Dit is vooral aan de orde bij installaties met een uitgebreid circulatiesysteem. Vandaar dat ontwerpers zoeken naar oplossingen waarbij de temperatuur op een verantwoorde wijze kan worden verlaagd. NEN 1006 In de Algemene Voorschriften voor Leidingwaterinstallaties staat kort samengevat: • In collectieve installaties moet de warmwatertemperatuur op de tappunten en op de retour van een circulatiesysteem minimaal 60oC zijn. • In woningen geldt een functionele eis van 55oC op het tappunt. • Warmwatervoorraadtoestellen waarin niet continu