Een goede bodem voor de toekomst

IMG_9859Kiezen we nu en straks voor een warmtepomp of het warmtenet? Wim van den Bogerd, CEO van Itho Daalderop en Klimaatgarant, legt uit waarom naar zijn mening het warmtenet het aflegt tegen de warmtepomp.

“We moeten in ieder geval naar een energieneutrale gebouwde omgeving toe’’, zo begint Van den Bogerd zijn pleidooi. “Kernpunten daarbij zijn: Nul op de Meter woningen, extra leenruimte voor kopers en een energieprestatievergoeding voor woningcorporaties. We willen naar all electric woningen waarvoor weinig energie nodig is, omdat dit op de locatie zelf opgewekt wordt. Duurzame opwekking is op dit moment ook het enige wat mag binnen Nul op de Meter. Producten zoals pelletketels en biogassystemen gaan verdwijnen. Pellets worden verscheept over grote afstand vanuit Canada. De logistiek, transport en het planten van bomen kosten veel energie en tijd. Het duurt 38 jaar voordat de bomen er weer staan. Dat valt niet onder het begrip energieneutraal, want in die tussentijd moeten we juist al energieneutraal zíjn. Een lokale oplossing is daarom het beste en gaat sneller.’’

Logischer

Warmtenetten vallen niet onder Nul op de Meter’’, gaat Van den Bogerd verder. “De langetermijnfilosofie is dat we geen afvalwarmte moeten produceren. Het zijn restproducten van fossiele verbranding voor elektriciteitsopwekking of verbranding van huisvuil en restwarmte. We willen uiteindelijk een afvalloze maatschappij, waarbij je geen afval meer verbrandt en ook geen restwarmte meer hebt. Elektriciteit opwekken met lokale zonnepanelen en warmtepompen gebruiken is simpelweg logischer. En het draagt bij aan de kern: het energiegebruik kan afnemen en energie is eenvoudig op te wekken. Ik geloof in die toekomst.’’

Ongelijktijdig

Maar lokale energieopwekking is nog niet zonder problemen, weet Van den Bogerd. “De uitdaging zit ‘m in de ongelijktijdigheid tussen opwekking en gebruik. In de zomer wek je meer op met PV-panelen en in de winter gebruik je meer. Dat geldt ook voor overdag en ’s nachts. Het oplossen van die ongelijktijdigheid is een dilemma dat ons nu bezighoudt. Je kunt het netwerk niet continu als accu gebruiken om energie gratis erin te stoppen en eruit te halen wanneer je daar zin in hebt.’’

Kritiek

Paul Bijvoet, eigenaar van Bijvoet Energie, verkoopt pelletketels. “Itho Daalderop staat achter haar product, begrijpelijk. Ze spreken in louter positieve bewoordingen over warmtepompen. De meeste warmtepompen behalen een hoog rendement bij LT-verwarming. Niet bij HT-verwarming of bij de productie van tapwater met een temperatuur van 60 graden. En als een warmtepomp niet de gewenste temperatuur levert, zal er middels elektrisch element bijverwarming plaatsvinden, wat leidt tot onbeheersbare stroom afname*. Tot slot, wat wordt gezegd over de vervaardiging van houtpellets klopt niet. Ze zijn verkrijgbaar in de Benelux en ook in andere Europese landen. Voor de fabricage van pellets wordt bovendien houtafval gebruikt uit de houtindustrie. Dat hout is afkomstig uit duurzaam beheerde bossen. En de wereldvoorraad daarvan is zo groot dat er absoluut geen angst hoeft te bestaan voor een tekort. Zelfs niet als we massaal zouden overschakelen op houtpelletketels.”

Plaatsonafhankelijk

Accu’s, elektrische auto’s en wetgeving die plaatsonafhankelijk opwekken en doorgeven mogelijk maakt, zijn belangrijke schakels binnen de oplossing. Waar wek je de elektra op? Wiens stroom is het? “Wetgeving moet plaatsonafhankelijk ‘laden en lossen’ mogelijk maken. Daarin moet iets veranderen. Accu’s zullen goedkoper moeten worden om het makkelijk te maken. Nu moet een accu iedere dag, dus 365 keer per jaar, gebruikt worden, anders is die niet rendabel. Capaciteit om een heel seizoen energie te bewaren? Ik geloof daar niet zo in. Er is maar één goedkope accu die dat kan en dat is de bodem, de andere accu’s zijn peperduur. Nu heb je de bodemwarmtepomp die energie in de zomer opslaat om in de winter te kunnen gebruiken.’’

Wetgeving

En wat is dan het allerbeste systeem op de lange termijn? “Een woning die weinig energie gebruikt: met nóg energiezuinigere klimaatsystemen, overal in huis led-lampjes, huishoudelijke apparatuur met een A+++-label. Onze WTW-ventilatie-unit HRU 250 gebruikt bijvoorbeeld nog maar de helft van de ventilatorenergie van vroeger. De warmtepomp wordt doorontwikkeld, zodat die nóg minder energie gebruikt. Dan kun je met weinig zonnepanelen toe. Daarom blijft ons adagium: des te minder panelen, des te beter. Daarom moet ook de wetgeving veranderen: de vaste waarde voor huishoudelijk gebruik is nu 2700 kWh. Dat is natuurlijk veel te hoog en moet teruggebracht worden naar 1700 kWh. Dan heb je minder panelen nodig en hoef je minder op het net te dumpen in de zomer, waardoor je dus ook minder netproblemen krijgt. Met de juiste wetgeving kun je een woning keurig energieneutraal krijgen tegen betaalbare kosten. Met een beperkt aantal zonnepanelen, accu’s en geschikte apparatuur. En weet je wat het leuke is? We realiseren als sector al woningen met een nieuwe wtw en warmtepomp waarvan de woning nog maar 1000 kWh gebruikt. Dat kun je opwekken met 6 of 8 panelen; zo haal je dus een EPC-waarde van 0 met weinig zonnepanelen. Daar geloof ik in, dat is de toekomst.’’

Gas

“Mensen vragen me wel eens: ‘ben je tegen gas?’ Ik ben helemaal niet tegen gas, maar je moet de voorraad gebruiken voor bestaande woningen die gas gebruiken, niet voor nieuwbouw. Als je - los van de CO2-uitstoot - de energiehoeveelheid voor de bestaande voorraad kunt halveren, kun je twee keer zolang met je restvoorraad gas in Groningen doen en hoef je ook aanmerkelijk minder op te pompen.’’

Kleine en grote stappen

Van den Bogerd maakt een duidelijk onderscheid tussen nieuwbouw, renovatie en bestaande bouw. “Voor nieuwbouw moet je natuurlijk wel gelijk grote stappen zetten, en goede verdienmodellen bedenken. Dat is ook mogelijk. Bij nieuwbouw moet je energieneutraal of NOM bouwen, omdat het kan en rendabel is. En bij bestaande bouw moet je zoveel mogelijk stappen zetten die rendabel zíjn. In het geval van grootschalige renovatie op nieuwbouwniveau ben ik er nog niet overtuigd dat je al die woningen nu al energieneutraal zou moeten willen maken. Ik denk dat dat suboptimaal is; bij veel bestaande en oudere woningen kan je leuke, kleine tussenstappen maken die rendabel zijn en een aantrekkelijke terugverdientijd hebben. Een labelstap of 2,3 levert al enorm veel op voor alle woningen, meer dan wanneer je een klein deel energieneutraal maakt.’’

Kansen

Dat biedt ook kansen voor de installateur: “Met andere, vaak al bekende technieken en oplossingen kun je als gewone installateur voor een kleinere stap kiezen, omdat je niet alle certificaten nodig hebt. Er zijn er maar weinig met een bodemcertificaat. Met zonnepanelen en bijvoorbeeld onze HP Cube lucht/water warmtepomp kan de installateur die ervaring heeft met ketels, ook stappen maken in energiezuinigheid en gemakkelijk een A-label scoren. Moet je wel verder willen in de bestaande bouw? Ik denk het niet, zeker niet de komende jaren. Als we als branche in de komende 10 – 15 jaar bestaande woningen 3 of 4 labelstappen laten maken, bespaart dat veel meer dan 10 % van de woningen Nul-op-de-Meter maken. Maar het meest optimale voor de Nederlandse woningbouw is natuurlijk om beide te doen.” •

Geef een reactie