We zijn op weg naar de verkiezingen van de Tweede Kamer in 2021. Het kan u bijna niet ontgaan zijn. Nieuwe partijleiders staan op. Verrassende nieuwe kandidaten op de lijst. En de eerste verkiezingsprogramma’s zijn al verschenen; vol goede voornemens en plannen. Zelf probeer ik in de gaten te houden wat al die plannen betekenen voor onze sector. Eén ding staat vast. Corona en de gevolgen van de pandemie bepalen de toon. Maar de erkenning voor vakmanschap lees ik ook terug! En dat is mooi. Want één ding is helder: de technische beroepen zijn pandemie-bestendig én recessieproof. Dat zien we ook terug in de plannen. Klimaat, verduurzaming en gasloos zijn de termen die ik lees. Er ligt ambitie, maar ook urgentie. Door de coronacrisis staan de zorg en het onderwijs echter ook in de schijnwerpers. En ook daar spelen we als sector een belangrijke rol in. Geen topzorg zonder de goede technische infrastructuur. E-health en zorg op afstand kunnen niet zonder techniek. En als we denken aan het onderwijs heeft de inzet op hybride vormen een appel gedaan op de technische infrastructuur van de scholen op alle niveaus. We zijn profs geworden in het boeien van studenten en leerlingen op afstand. En die kracht ligt bij docenten, maar ook bij de mogelijkheden van techniek. Dus in de komende maanden van debatten, politici die naar elkaar wijzen, cijfers, prioriteiten en opiniepeilingen, hoop ik dat we blijven nadenken over de dag van morgen heen. Durven denken in kansen. En dat we naast
Categorie: Column
Uit een studie van Energie Beheer Nederland blijkt dat 2,6 miljoen huizen en gebouwen van warmte kunnen worden voorzien door geothermie. Waarom zijn er dan nog nauwelijks projecten gerealiseerd met aardwarmte in de gebouwde omgeving? IZ sprak erover met adviseur Runa Lentz van Merosch. Lentz is bij Merosch de contactpersoon voor begeleiding van geothermieprojecten. Volgens de adviseur zijn er verschillende redenen aan te wijzen waarom aardwarmte nog nauwelijks voet aan de grond heeft gekregen in Nederland. Zo’n enorme potentie en toch staat de techniek hier nog in de kinderschoenen. Hoe komt dat? “Allereerst omdat we relatief weinig weten over de aardlagen dieper dan 3 kilometer. De afgelopen decennia hebben we ons vooral geconcentreerd op de ondiepe aardlagen, omdat daar gas te vinden viel. Daarmee kom je ook bij het volgende punt: we hebben onszelf jarenlang beholpen met gas, onze infrastructuur was daar ook op uitgelegd. Er was dus geen reden om onszelf te gaan verdiepen in geothermie.” Wat komt er allemaal bij kijken om een geothermische installatie aan te leggen? “Het is een complexe operatie. Eerst worden er twee putten geboord tot een diepte van maximaal ongeveer 4000 m. Uit de ene put wordt warm water omhoog gepompt. De warmte wordt via een warmtewisselaar afgegeven, waarna het afgekoelde water de andere put in gaat. Naast de installatie moet ook een technische ruimte worden gerealiseerd. Al met al ben je gemiddeld tussen de 6 maanden tot 2 jaar kwijt om een geothermische installatie aan te leggen.” Kan je een dergelijk systeem
De installatiebranche is volop in beweging. Rapporten als RADAR, CONNECT2025 en SCENARIO2040 schetsen een veelbelovende toekomst met een toonaangevende rol voor de techniek. We zijn goed op de hoogte van wat er op onze sector afkomt en hebben de sleutel in handen bij het verduurzamen van de samenleving. Het zijn grootse visies en vergezichten over hoe we de uitdagingen van morgen tegemoet moeten treden. Maar om onze dromen tot leven te laten komen, is meer nodig dan alleen papier. Inspiratie. Uit je comfortzone. Actie en reactie. Reflectie. En dat is waar het Huis van Sarah voor mij voor staat. Met het Huis van Sarah brengen we de papieren werkelijkheid tot leven. Het is een directe vertaling van de toekomstverkenningen en de dromen die we hebben. Met dit multimediale programma dat door het land toert, willen we vakmensen van nu en van morgen inspireren. Zij maken tenslotte het verschil. Het Huis van Sarah laat je stilstaan bij de vraag: ‘wie ben ik en wat doe ik om mijn talenten in te zetten voor een betere wereld?’ Het gesprek moet gevoerd worden over wie we als branche zijn, en wie we willen zijn. We staan als branche en als individuele vakmensen voor een transitie. Welke bijdragen willen wij leveren aan maatschappelijke uitdagingen? Durven wij de handschoen op te pakken? Durven we voorop te lopen? Er is nu lef nodig om hierover het echte gesprek met elkaar aan te gaan. Dit doe je in het Huis van Sarah. Laat je prikkelen, verwonderen en
Volgens het Planbureau voor de Leefomgeving zijn de kosten voor het verduurzamen van woningen veel te hoog. Zo zou uit eigen PBL-onderzoek blijken dat een eigenaar al snel 35.000 euro kwijt is en het bedrag niet terugverdient. Volgens Ivo Opstelten klopt die berekening echter niet. De Directeur van Stroomversnelling legt aan IZ uit waarom. Stroomversnelling is een vereniging van ambitieuze bouwers, toeleveranciers, corporaties, gemeentes, financiers, netbeheerders en anderen, die zich richt op de energietransitie van de gebouwde omgeving in Nederland. Sinds 2 jaar is Opstelten één van de topmannen. U kunt zich niet vinden in de conclusie van het PBL, waarom niet? “Kort door de bocht: Ze doen net alsof normale kosten voor de instandhouding van een woning het gevolg zijn van verduurzaming. Als je een woning in stand wilt houden, zal je regelmatig onderhoud moeten plegen. Van bij wijze van spreken het schilderwerk tot de opknapbeurt of vervanging van installaties. Dat brengt kosten met zich mee. Op het moment dat je kiest voor het energieneutraal maken van een woning, ga je een stap verder. Je koopt bijvoorbeeld geen nieuwe Hr-ketel, maar vervangt die door een warmtepomp. Wat het PBL doet is dan de totaalkosten berekenen van de operatie, maar dat is incorrect. Kijk je namelijk sec naar het geld dat uitgegeven wordt aan verduurzaming, dan moet je alleen de meerkosten van die warmtepomp meenemen.” Het PBL gooit dus alle kosten op één grote hoop en schaart die onder de noemer ‘verduurzaming’? “Inderdaad. Daarnaast brengt niet iedere verduurzamingsslag evenveel meerkosten
Vroeger speelden we een kaartspelletje, Zwartepieten werd het genoemd. Hoe het exact ging is me helaas ontschoten. Ik weet wel dat als je de zwarte piet had, je deze kwijt moest zien te raken. Want wie hem aan het eind van het spel had, verloor. Op dit moment is de hele maatschappij aan het Zwartepieten, heb ik het idee. Ik word er in ieder geval regelmatig mee geconfronteerd. We monteren een apparaat en sluiten dit conform de daarvoor geldende regels aan. Die regels zijn voor de werkzaamheden doorgelezen en ter harte genomen. Het werk wordt afgerond, maar dan blijkt er een probleempje te zijn met het functioneren. Je gaat eerst zelf alles na, maar komt dan op een punt dat je vastloopt. De telefoon gepakt, en dan begint het Zwartepieten. De eerste aan de lijn kan je niet helpen, daarvoor moet je bij een collega zijn. Die komt met opmerkingen over dingen die je na moet kijken. Maar die stonden al in het boekje, dus dat was al gedaan. Dan word je doorverbonden met de service- of een andere afdeling, waar je, na een of twee keer te zijn doorgezet, bij een persoon komt die kan helpen… of niet. Uiteindelijk krijg je het hoogste orgaan van service aan de lijn, die nog een tip in huis heeft, en dan… heb je de zwarte piet weer terug, want nog steeds lukt het niet het probleem op te lossen. Een klein voorbeeld, maar wel één die op veel gevallen van toepassing is:
Het voelt langer geleden dan het in werkelijkheid is: april 2020. Ik weet nog goed dat ik bij het schrijven destijds twijfelde over de column voor die maand. Moest ik wel inhaken op Corona? Wie weet was het wel overgewaaid tegen de tijd van publicatie; bleek het toch niet meer dan een vervelende griep. Was het als een steen in glad water. Ruim zeven maanden later weten we wel beter. Ervaren we dagelijks allerlei beperkingen. Maatschappelijk, economisch en – misschien nog wel het meest lastige – sociaal. Geen dag gaat er voorbij zonder dat het grote C-woord in de media is genoemd. Corona… de impact nu én naar de toekomst is groot. De bouw- en installatiesector laveert er relatief gemakkelijk doorheen. Raakt het de sectoren écht niet in haar grondvesten? Sectoronderzoeken spreken elkaar regelmatig tegen. Wanneer je het oor te luister legt, hoor en lees je door de beugel genomen gunstige berichten: “We zijn druk”. Het sentiment is positief. Schone schijn? Struisvogeltactiek? Corona heeft wereldwijd blijvende gevolgen in hoe wij ons werk organiseren en uitvoeren. Denk maar aan onze kijk op reizen, thuiswerken en arbeidsvoorwaarden. Dat biedt onze sector kansen. Tegelijkertijd zijn er ook zeker bedreigingen: waar komt de Corona-rekening te liggen (maatschappelijk en economisch)? Ook onze sector gaat niet ontkomen aan de veranderingen die in de BV Nederland gaande zijn. Het is wijs daarop te anticiperen. Welke scenario’s zijn voor jouw bedrijf te voorzien []? Het is nu de tijd om jouw waardepropositie [] tegen het licht te houden.
Na een jaar lang proberen, onderzoeken en uitwerken in de praktijk, keert het tij voor wat betreft de uitvoering van het Klimaatakkoord in de Gebouwde Omgeving. Dit op basis van voortschrijdend inzicht en na diverse publicaties. 2050 het jaar waarin alle ambities uit het Klimaatakkoord gerealiseerd moeten zijn, blijkt te ver weg om daadwerkelijk aan de slag te gaan. Er wordt nog teveel afgewacht wat de (politieke) toekomst brengen zal. Met 2030 als realistische tussenstop kunnen nu de handen uit de mouwen. Want met duurzaam installeren kunnen we nu al beginnen. Voor nieuwbouw staan de regels duidelijk op papier, waardoor nieuwe gebouwen en woningen zo goed als energieneutraal worden opgeleverd. De grote winst valt te behalen in de bestaande woningvoorraad. Juist hiervoor geldt: wat je niet verbruikt hoef je ook niet op te wekken. Naast isoleren en het plaatsen van hybride verwarmingssystemen is met tal van energiebesparende maatregelen het energiegebruik fors terug te dringen door toepassing van bijvoorbeeld: thermostatische radiatorventielen, automatische ontluchter/ontgassing, een magneetfilter, douche-waterterugwinning en zelfregelende vloerverwarmingssets. En voor alle verwarmingsinstallaties (dus zowel cv-ketels als [hybride] warmtepompen) geldt dat goed installeren en inregelen van groot belang is voor kwaliteit, prestatie én wooncomfort. De kleine utiliteitsbouw blijft qua energiebesparing een nog wat onderbelicht thema. Fabriekshallen, bedrijfsunits, sporthallen en showrooms worden vaak nog verwarmd door niet-condenserende toestellen. Dit terwijl er met HR luchtverwarmers 20% besparing gerealiseerd kan worden. Om te voorkomen dat het Klimaatakkoord vooral een papieren realiteit blijft, een oproep aan installerend Nederland: ga aan de slag en pak die
De coronacrisis gaat niet voorbij aan de techniek. Er wordt een volumedaling van 5% verwacht in 2021 en het zal tot 2023 duren voordat we op het niveau van 2019 zitten. HAldus recente cijfers van Techniek Nederland. De hardste klappen zijn voor de utiliteit. In de woningbouw zal de schade minder groot zijn en van korte duur. Maar er blijven onzekerheden: heeft de consument wel het vertrouwen om geld uit te geven? Wat doet een 2e coronagolf? Wat is de impact van de stikstofproblematiek? En welk beleid wordt ingezet door een nieuw kabinet na de verkiezingen? Onzekerheden managen is ondernemerschap. Het was een zin die ik afgelopen week hoorde. Durven denken in kansen. Tegen de stroom in zwemmen. Het zijn mooie woorden maar wel tegen de horizon van een pandemie met grote economische gevolgen. Dus laten we het niet te licht nemen. Toch denk ik deze dagen ook nog vaak aan die jongeren die vorig jaar massaal het Malieveld op gingen voor een beter klimaat. Ik schreef toen op deze plek dat ik daar graag ook had willen staan. We dragen tenslotte met elkaar de verantwoordelijkheid. Als we dan in kansen willen denken, laten we dan die jongeren in gedachten houden. Juist nu investeren in verduurzaming is een kans. Maar dat vraagt wel om regie vanuit politiek Den Haag, daar vlak bij datzelfde Malieveld. Bij de lancering van het Groeifonds miste ik bijvoorbeeld het sleutelwoord duurzaamheid. En ik miste de aandacht voor de kracht van het MKB. Techniek is een
Het is een levensles die ik heb meegekregen: wat ik beloof, moet ik waarmaken. Er zijn vele varianten op deze les, waarin het draait om het werkwoord beloven. In de marketing is dit vertaald naar het chique propositie. Maar wat betekent dit en waarom is een goede propositie belangrijk? Eerst de theorie. Het groot marketingwoordenboek legt propositie uit als: ‘Datgene wat een aanbieder op de markt aan afnemers aanbiedt, inclusief het beeld/imago dat door de aanbieder wordt nagestreefd, bestaande uit instrumentele en expressieve aspecten (inclusief merk en merkimago), alsmede de overige aspecten (prijs, distributie, communicatie en personele) van het aanbod.’ Schrik niet. In eenvoudige taal wordt bedoeld: ‘De kernbelofte van jouw bedrijf en product/dienst aan je potentiële klant’. Er zijn drie belangrijke redenen waarom je stil moet staan bij een juiste propositie. Reden 1: het duidt waarde. Stel: je propositie is ‘verzekerd van een doordachte oplossing’. De woorden ‘verzekerd;’ en ‘oplossing’ duiden een economische waarde. Het woord ‘doordachte’ zegt iets over de oplossing en geeft een gevoelswaarde. Het zijn waardevolle woorden in een belofte. Reden 2: het geeft focus. De propositie van zojuist geeft ook richting aan het bedrijf. Een doordachte oplossing zegt bijvoorbeeld iets over het kennisniveau dat nodig is. Het nemen van verantwoordelijkheid en verantwoording vindt borging in het woord ‘verzekerd’. Reden 3: het brengt onderscheiding. Elk bedrijf is op zoek naar onderscheidend vermogen. Een goede propositie helpt daarbij. Deze geeft nl. ook richting aan het gewenste imago en is een houvast in bouwen aan een gedegen reputatie.
Het duurzaam verwarmen van de bestaande gebouwde omgeving en daarmee de CO2-uitstoot verlagen is een enorme uitdaging. Het energiegebruik moet drastisch omlaag en met behulp van diverse regelingen (o.a. NTA 8800, BENG, EPC) moet dit gereguleerd en gerealiseerd gaan worden. De energieprestatie van verwarmingssystemen is echter niet alleen terug te voeren op de warmte-opwekker. Ook het distributie- en afgiftesysteem is van grote invloed. Na het installeren van zowel de warmte-opwekker als het distributie- en afgiftesysteem zal de verwarmingsinstallatie niet zonder meer prima functioneren. Door het systeem direct ook goed in te stellen en waterzijdig in te regelen zal de complete verwarmingsinstallatie goed en efficiënt functioneren en voor een comfortabel binnenklimaat zorgen. Hierdoor kan er tot 20% minder energie gebruikt worden ten opzichte van een niet goed ingesteld verwarmingssysteem. Daarnaast is er nog een aantal maatregelen die de installateur – eigenlijk – standaard moet meenemen in de offerte voor nieuwbouw of het vervangen van verwarmingsinstallaties zoals: Plaatsen van zone-regeling voor de vloerverwarmingsinstallatie of van thermostaatkranen op radiatoren en convectoren, zodat vertrekken niet onnodig of teveel worden verwarmd (tot 10% bespearing). Plaatsen van automatische ontluchters en vuilafscheiders, waardoor installaties efficiënt en storingsvrij kunnen functioneren (3-7% besparing). Implementeren van ontgassing bij grotere installaties (tot wel 11% efficiëntier). Plaatsen van circulatiepompen met EC-motoren (tot wel 50% besparing op pompenergie). Deze ‘quick wins’ zijn essentieel voor het behalen van de verduurzamingsdoelstellingen voor de gebouwde omgeving. Voor de eindgebruiker betekent dit niet alleen een lagere energierekening maar ook een veel comfortabeler en storingsvrijer gebouw! Wij pleiten