In nieuwe, hogere smalle woonhuizen, die populair zijn in de stedelijke omgeving, komt het relatief vaak voor dat er een circulatieleiding nodig is om te voldoen aan de wachttijd voor warmwatertappunten. Dit komt doordat de opwekking zich meestal op de begane grond bevindt en er bijvoorbeeld een badkamer aanwezig is op de derde of zelfs vierde verdieping. In deze nieuwbouwwoningen wordt het tapwater met warmtepompen bereidt als er geen warmtenet aanwezig is. De circulatieleiding moet natuurlijk goed geïsoleerd worden, maar deze leiding leidt vaak alsnog tot snellere afkoeling van de tapwaterbuffer. Er is immers meer oppervlakte om energie over te verliezen. Door deze snellere afkoeling zal een warmtepomp vaker naar tapwater over moeten schakelen en dit komt het totale energiegebruik niet ten goede. De meeste warmtepompen functioneren immers met het minste rendement op tapwaterproductie. Hierdoor adviseren veel fabrikanten om de circulatieleiding los te koppelen van de opwekking en te verwarmen met een eigen elektrische doorstroomverwarming of kleine boiler. Een mooiere en ruimtebesparendere oplossing zou zijn het beschikbaar komen van meer binnenunits met een eigen extra verwarmer voor een circulatieleiding. Ik snap echter waarom dit niet gewenst is. Het zal namelijk het label van de warmtepomp niet ten goede komen en wellicht is de markt er te klein voor. Een ander alternatief is een gemakkelijk te combineren eigen product! Niet alleen biedt dit helderheid over eventueel extra verbruik. Ook kan het beter als geheel gecombineerd worden. Tim Visser Installatiebedrijf Visser in Twisk [Twee generaties installateurs, vader Dick en zoon Tim Visser,
Categorie: Column
Staal, kunststof en elektronica (vooral chips die in ventilatoren en regelingen zitten): zonder deze grondstoffen kunnen luchttechnische apparaten niet gemaakt worden. Sinds de uitbraak van de coronapandemie is het tekort aan deze grondstoffen nijpender geworden en de gevolgen zijn evident. Langere levertijden en oplopende prijzen. Aan de andere kant was de vraag naar gezonde binnenlucht nog nooit zo groot. Vooropgesteld: de schaarste is er! Zowel in de utiliteits- als in de woningbouw zorgen de tekorten voor problemen. Toen we dit vorig jaar hardop uitspraken, was er bij veel partijen nog ongeloof. Wat zouden wij er in Nederland nu van merken als er ergens in Azië een fabriek dichtgaat die negentig procent van de elektronica voor chips produceert? Inmiddels is het besef wel ingedaald en dat zet de markt zeker onder druk. Tegelijkertijd ligt er een mooie toekomst voor ons. Er moeten ontzettend veel woningen gebouwd worden. De pandemie heeft er bovendien voor gezorgd dat ventilatie eindelijk de aandacht krijgt die het – in mijn ogen al veel langer natuurlijk – verdient. Het is niet alleen de grondstof schaarste die de levertijden doet oplopen. De huidige omikron-variant van het coronavirus doet ook een duit in het zakje. Door de vele besmettingen en nog meer quarantaine gevallen, zijn nagenoeg alle ondernemingen onderbezet. Hierdoor lopen de levertijden ook op. Niet alleen bij de toeleveranciers, maar ook bij de aannemers en de installatiebedrijven. Persoonlijk verwacht ik dan ook dat de grondstofschaarste eind dit jaar wel weer wegebt; alleen de opgelopen achterstand halen we niet
De energietransitie is een enorme uitdaging. Gelukkig komen er steeds meer oplossingen beschikbaar voor bestaande woningen, zo ook voor ventilatie met WTW. Helaas blijft ventilatie als belangrijk onderdeel van een geslaagde transformatie onderbelicht. En dat is niet alleen jammer voor het energiegebruik, maar vooral ook voor de gezondheid. Ik durf er bijna niet meer over te beginnen, want we hebben er allemaal schoon genoeg van, maar ook de coronacrisis heeft laten zien hoe belangrijk het is om te ventileren en daarmee de kans op besmettingen te verkleinen. Het verbaast mij dan ook dat ventileren nog steeds niet wordt genoemd als dé basisregel om verspreiding van het virus te voorkomen. Bij elke persconferentie is op de spreekstoelen van de ministers te zien om welke basisregels het gaat. De volgorde is gelukkig op de eerste persconferentie van het nieuwe kabinet gewijzigd en ‘lucht’ staat nu na ‘afstand’ op plaats 2, helaas wel met als symbool een open raam. Een raam open is beter dan niets, maar het staat niet gelijk aan structureel goed ventileren en een energiezuinige oplossing is het natuurlijk ook niet. We weten uit onderzoek dat in de strijd tegen Corona ventileren een cruciale rol speelt. Ook het RIVM beschrijft dat op haar website. Waarom is hier dan niet veel meer aandacht voor en wordt er geen beleid gemaakt om dat in alle gebouwen zo snel mogelijk voor elkaar te krijgen? Het mooie is dat we dan twee vliegen in één klap slaan, want naast een gezonde samenleving (met minder
Zoals alle jaren heb ik ook voor 2022 weer goede voornemens. Gezondheid staat uiteraard met stip bovenaan. Menigeen zal het zich niet direct realiseren maar als het hiermee iets minder gaat, wordt je met de neus op de feiten gedrukt. Verder is rust een belangrijk item, waarbij opgemerkt mag worden dat door de hele coronacrisis er ongemerkt een bepaalde rust is gekomen. De drukte aan het einde van de dag in veel gezinnen is minder; geen gehaast en gejaag, snel eten, want we moeten vanavond weer ergens heen. Er is meer tijd voor elkaar om eens rustig te praten over van alles en nog wat. Heel belangrijk, want dit is jaren een ondergeschoven kindje geweest. Ook in het werk is, ondanks de enorme hoeveelheid hieraan en een tekort aan uitvoerenden, toch een bepaalde rust terug te vinden. Je moet het willen zien. Als er in het verleden iemand ziek was en een afspraak moest worden afgezegd, leidde dit vaak tot irritatie en ergernis: “Kun je niemand anders sturen!” Nu krijgt de zieke gelijk dat hij thuis blijft en is een andere afspraak zo gemaakt. Ook door de drukte in de zorg en andere sectoren, is er bij klanten meer het begrip dat iets niet zomaar gemaakt kan worden. Ik ga dus ook voor de rust, zowel in het werk als in de familie. Wat meer tijd voor elkaar nemen en genieten van wat we samen hebben. Wat vaker even met elkaar in gesprek over van alles en nog wat, belangstelling
Ventilatie en het belang van een gezond binnenklimaat beginnen eindelijk écht te landen. Te langzaam en te laat? Zeker, maar ik bekijk het van de positieve kant. Er zijn belangrijke stappen gezet. Ventilatie is als vierde basisregel opgenomen in de corona-aanpak. We zijn in gesprek met de overheid, met schoolbesturen en onderwijsinstellingen en andere stakeholders over het verbeteren van het binnenklimaat. Binnenklimaat Nederland was veelvuldig in de media om haar boodschap te vertellen. En de bewijsvoering voor nut en noodzaak van ventilatie in woningen, gebouwen en scholen wordt telkens groter. Het RIVM publiceerde in december nog een rapport met de conclusie dat betere ventilatie besmettingen kan voorkomen. Dat laat onverlet dat er nog steeds een hoop moet gebeuren. Nog te veel scholen bijvoorbeeld, gebruiken de SUVIS-regeling om energiebesparende investeringen te doen. Ook goed, maar daarmee krijg je niet op korte termijn het gezonde binnenklimaat dat nodig is om kinderen gezond en productief te laten leren. En nog te vaak wordt er gekozen voor goedkoop en snel, waar wij als branche al jarenlang pleiten voor: goed en duurzaam. Als branchevereniging kijken we terug op een intensief jaar waarin mooie resultaten behaald zijn. Ik noem er een paar. We reikten het eerste Binnenklimaat Label uit, brachten een nieuwe versie van het PvE Gezonde Kantoren uit en zijn bezig met een PvE Gezonde Woningen (lancering medio 2022). Thuiswerken blijft voorlopig de norm en als branchevereniging streven wij ernaar dat mensen dit in een gezond huis kunnen doen. We zijn blij dat we hiervoor
‘Voor woningen kiezen we voor een aanpak van verleiding en regie via de wijkgerichte aanpak’, aldus het Klimaatakkoord van 2019. De partijen aan de klimaattafels waren het er vrij snel over eens: Het was veel efficiënter om volledige wijken in een keer te verduurzamen. Bovendien zou een transitie waarin ‘buren meer met elkaar optrekken’, succesvoller verlopen. De wijkgerichte aanpak was geboren. Inmiddels zijn we tweeënhalf jaar verder en hebben de VVD, D66, CDA en CU, opnieuw een coalitieakkoord gepresenteerd. Of zouden we dit het echte Klimaatakkoord kunnen noemen? Met een Minister voor Klimaat en Energie, een klimaatfonds van 35 miljard en vijf miljard voor de bouw van twee kerncentrales, is klimaat het speerpunt van het Kabinet Rutte IV. En hoe zit het met de wijkaanpak? Die is spoorloos verdwenen. De afgelopen jaren is gebleken dat het haast onmogelijk is om volledige wijken, geregisseerd en tegelijk, te verduurzamen. Een huis is vaak een persoonlijk bezit. Verplicht je huis aanpassen voelt voor veel mensen als een inbreuk in hun persoonlijke levenssfeer. Het nieuwe kabinet kiest daarom met overtuiging voor de individuele, hybride route, door tot 2030 ruim 3 miljard voor isolatie en 900 miljoen voor hybride warmtepompen uit te trekken. Volgens mij een slimme investering. Door huiseigenaren te verleiden om stapsgewijs hun woning te verduurzamen, kunnen we ook de klimaatdoelen halen. Dat bleek uit het recent gepubliceerde rapport: Hybride warmtepompen, haalbaar en betaalbaar. Nu de politiek een stip op de horizon heeft gezet en voor de lange termijn geld heeft gereserveerd, is
Het zal u niet ontgaan zijn. Het nieuwe coalitieakkoord is gepresenteerd met veel aandacht voor klimaat, de energietransitie en de vakmensen die dit mogelijk maken. En dat na een jaar vol hittegolven, overstromingen, bosbranden, stormen en ander extreem weer die de wereld teisterden. De noodzaak is helder. De gemiddelde temperatuur is in de wereld sinds het begin van de 20e eeuw met 1,2 graden Celsius gestegen. Klimaatverandering brengt een stijging van de zeespiegel met zich mee. Sinds 1900 is die zeespiegel wereldwijd al met 21 cm gestegen. De emissies van broeikasgassen zijn in de eerste drie kwartalen van 2021 volgens het CBS met 3% op jaarbasis toegenomen. Is het alleen maar treurnis en onheil? Gelukkig niet. Zeker niet met de ambities in het coalitieakkoord. Nederland wil zich als koploper positioneren in Europa als het gaat om verduurzaming en klimaat. Met een nieuwe minister voor Klimaat en Energie worden die ambities nog eens extra onderstreept. En natuurlijk met een groot pakket aan instrumenten. Denk aan een klimaatfonds, een langjarig Nationaal Isolatieprogramma, duurzame warmtenetten, simpele regels voor MKB ondernemers. Het lijkt erop alsof het schip de haven heeft verlaten. Nu maar hopen dat er koers wordt gehouden en voldoende personeel aan boord is. Want die noodzaak blijft. Het is dan ook mooi dat wordt benoemd dat een belangrijke randvoorwaarde voor een ambitieus klimaatbeleid het hebben van voldoende vakmensen is. Nu maar ook op weg naar 2050. Het kabinet wil met onderwijsinstellingen, overheden, en sociale partners aan de slag om vakmensen op te
Het is al menig keren in het nieuws geweest, geluidsoverlast van de buitenunit van een lucht/water-warmtepomp. Het is een dermate aandachtspunt dat voorgeschreven toestellen niet per se meer zozeer worden beoordeeld op efficiëntie, maar dat het gaat om de stilste warmtepomp. Ook zijn er natuurlijk al geruime tijd diverse producten op de markt om de geluidsproductie te dempen. Maar wat zijn andere manieren die geluid kunnen helpen reduceren? Laten we bij de basis beginnen, de meeste overlast ontstaat bij het op vollast functioneren van de buitenunit. Op dit moment moet de ventilator maximaal draaien om voldoende vermogen door de warmtewisselaar van de buitenunit te creëren. Een belangrijk onderdeel van het vermogen dat een warmtewisselaar kan opnemen of afdragen is de oppervlakte. Bij gevallen waar geluid kritisch is, kan gekozen worden voor een grotere buitenunit, bijvoorbeeld met twee i.p.v. één ventilator(en), waarvan het maximaal vermogen wordt begrensd. Nadeel hiervan is echter dat ook het minimum vermogen hoger wordt en hiermee zal rekening gehouden moeten worden in de rest van de verwarmingsinstallatie. Sommige fabrikanten zijn hier al op ingesprongen en beginnen buitenunits groter te maken. Hiermee wordt de oppervlakte van de wisselaar groter en het geluid gereduceerd. Dit is een trend die ik alleen maar kan aanmoedigen. Vooralsnog lijkt dit vooral bij de monoblock units te gebeuren. Maar ik zie geen reden waarom toekomstige splitunits deze trend niet kunnen volgen. Tim Visser Installatiebedrijf Visser in Twisk [Twee generaties installateurs, vader Dick en zoon Tim Visser, schrijven om beurten een column op persoonlijke
Dit is wel de periode van de vele meningen. Zeker in deze tijd dat wij klaar zijn met corona maar het virus nog niet klaar is met ons, zoals onze minister van Volksgezondheid in de vele persconferenties steeds zegt. Maar ook rond het klimaat schuurt het. Mensen gaan massaal in Amsterdam en andere plaatsen de straat op voor de klimaatmars. Maar tijdens de klimaattop in Schotland wordt er veel gepraat en zien we de regeringsleiders draaien om de hete brei. En ondertussen polderen politieke partijen in Den Haag om te komen tot een nieuwe regering. Op elk tijdstip vind je wel een praatprogramma waar bekende of minder bekende Nederlanders overal over meepraten. Over corona, het klimaat, over de energietransitie, over een nieuwe regering. Wat is er nodig? Waar gaat het mis? We zijn allemaal deskundig. En iedereen wordt uitgenodigd zijn mening te geven, ook op social media. En dat doen we massaal. En zeker niet altijd met een fijne ondertoon. Bij het zien en horen van dergelijke programma’s maar ook bij het lezen van de vele berichten online, komt bij mij vaak de vraag op: waarom vragen we deze mensen om een mening! Je hebt mensen met kennis; laat deze aan het woord. Ik mis vaak de man of vrouw die met de voeten in de modder staat. Die weet wat er mogelijk is op het gebied van klimaat en energietransitie. De vakman of vakvrouw uit de techniek die het verhaal kan vertellen dat direct toepasbaar is bij de mensen
Toen ik het lokaal binnenliep, was ik aangenaam verrast. Tien deelnemers voor mijn eerste les project management. Zoveel deelnemers had ik de afgelopen 5 jaar nog niet getroffen. En dan ook een dame in deze doorgaans mannen. Dat betekent dat er weer tien mensen zijn die tijd en energie steken in hun ontwikkeling. En een aantal installateurs die hun medewerkers daarvoor de mogelijkheid bieden. Want naast de kosten die werkgevers voldoen, zijn hun medewerkers wekelijks een middag niet beschikbaar voor arbeid. En die medewerkers investeren zelf ook nog tijd door wekelijks een avond in de ‘schoolbanken’ te zitten en thuis of in groepen opdrachten uit te werken. Die lessen project management zijn onderdeel van de MIT-Elektrotechniek opleiding van IW-Nederland. Tijdens die lessen heb ik het vaak over de klant. Dat die de basis vormt voor hun boterham. Het voortbestaan van de onderneming waarvoor ze werken. Dat het helemaal niet zo vanzelfsprekend is dat die klant bij hun bedrijf terecht komt. En dat zij met hun collega’s het visitekaartje zijn van het bedrijf dat ze vertegenwoordigen. Voor mij als marketeer is die relatie tussen project management en de commerciële kant van een bedrijf vanzelfsprekend. Want het eindproduct is meer dan de oplevering van een technische installatie. Het is een compleet pakket dat in termen van een ‘succesvol project’ voldoet aan wat met de klant is overeengekomen over Kwaliteit, Budget en (aflever)Tijd van het project. Dat bleek in voorgaande edities van deze opleiding overigens geen vanzelfsprekendheid voor de deelnemers. Ik ben benieuwd