Werkend leren

TIENTALLEN PILOTBEDRIJVEN GESTART

De technologie in de installatiebranche verandert razendsnel. Dit vraagt om bedrijven die voor de toekomst openstaan en om vakmensen die zichzelf blijven ontwikkelen. Scholing stopt niet met het afronden van een (vak-)opleiding; in de branche leer je je hele leven door. Dit doorleren kan met het volgen van cursussen en trainingen. Maar veel kennis en vaardigheden leer je gedurende je hele loopbaan al doende op je werkplek. Door middel van werkplekleren zetten bedrijven en vakmensen bewust in op deze manier van leren.

Onlangs zijn de technische sectoren een project gestart om de beste ervaringen van werkplekleren in kaart te brengen en te kijken hoe bedrijven met werkplekleren kunnen worden ondersteund. We spreken met twee betrokkenen. Suzan Schalkx coacht installatiebedrijven bij het vormgeven en inrichten van werkplekleren. Angelique Nijhof (zie foto) is directeur van één van de bedrijven die binnenkort met werkplekleren aan de slag gaat.

Goede voorbeelden

Het combineren van werken en leren op de werkplek is volgens Suzan Schalkx al zo oud als de mensheid: “Al eeuwenlang leren vakmensen op hun werkplek, maar de meesten doen dit tot op de dag van vandaag onbewust. Door je werkplek ook bewust als leerplek te zien, stel je jezelf en je collega’s in staat om nog veel meer te leren. En wie wil dat nou niet?” Juist om het leren op de werkplek te stimuleren maakt het project ‘Werkplekleren in de techniek’ bedrijven bewust van de voordelen van werkplekleren. “En dat is meer dan theorie. We zoeken vooral ook de goede voorbeelden die er al zijn.” Deze voorbeelden laten volgens Schalkx zien dat werkplekleren soms heel praktisch kan worden vormgegeven: “Zo kan het leerzaam zijn om de werkplek zo in te richten dat verschillende taken dichter bij elkaar plaatsvinden. Collega’s kunnen elkaar daardoor gemakkelijker goede feedback geven. Uit andere voorbeelden blijkt dat de introductie van een planbord goed kan zijn om aan het begin van de dag met collega’s lerend terug te kijken op de werkzaamheden van gisteren. Op deze manier kun je met elkaar afstemmend vooruitkijken naar de werkzaamheden van vandaag en morgen.”

Fouten maken mag

Er is volgens Schalkx wel een belangrijke voorwaarde voor succesvol werkplekleren: “De cultuur in het bedrijf moet veilig zijn en men moet accepteren dat bij werkplekleren ook fouten gemaakt mogen worden. Dit is van groot belang. Het verlies als gevolg van eventuele fouten wordt bij werkplekleren overigens al snel weer goedgemaakt doordat een tot vakman op te leiden leerling sneller is ingewerkt en hij zijn kennis sneller op peil heeft.” Na voorstudies en het ophalen van goede voorbeelden zijn Schalkx en haar collega’s nu met enkele tientallen pilotbedrijven met werkplekleren gestart. Hoewel de resultaten van de pilots nog moeten worden afgewacht, is Schalkx er nu al van overtuigd dat werkplekleren voor de branche van grote waarde is. “Bovendien is de tijd er nu rijp voor. De focus op duurzame inzetbaarheid en de mogelijkheden van bijvoorbeeld smartphones maakt werkplekleren nu gemakkelijker dan ooit!”

Passend bij de tijd

Eén van de aan het project deelnemende pilotbedrijven is Nijhof Installatietechniek in Broekland, waar Schalkx binnenkort tien medewerkers tot werkplekbegeleider opleidt. Vooruitlopend op de start van het werkplekleren in het Overijsselse familiebedrijf is directeur Angelique Nijhof nu al enthousiast: “Anders dan in het verleden hebben we als bedrijf steeds vaker te maken met zij-instromers en met jonge vaktalenten die vmbo-breed zijn opgeleid. Dit maakt dat de vakmatige ‘klik’ tussen de ervaren leermeester en de monteur in opleiding niet altijd meer vanzelfsprekend is. De praktijkopleider moet vaak veel meer tijd besteden aan het begeleiden van de jonge vakman. Daarom zijn we op zoek naar een meer bij de tijd passende manier van het opleiden van nieuwe vakmensen. Werkplekleren kan helpen om op een andere manier naar het leren op de werkplek te kijken en een sterkere brug tussen de oudere en de nieuwe generatie te slaan. Beide generaties moeten immers ook van elkaar kunnen leren.” Behalve voor het begeleiden van nieuwe vakmensen ziet Nijhof goede mogelijkheden van werkplekleren voor de al in het bedrijf werkzaam zijnde vakmensen: “Niet iedereen vindt het leuk om terug de schoolbanken in te gaan. Juist voor deze vakmensen kan werkplekleren een leerdrempel weghalen, hen sneller praktische kennis bijbrengen en hen deze ook laten toepassen.”

Betrokkenheid

Om de pilot een goede kans van slagen te geven, zet Nijhof in op een sterke betrokkenheid bij het werkplek­leren in het bedrijf. “We willen dat iedereen binnen het bedrijf gezond, vakbekwaam en betrokken in zijn werk staat. Dit geldt voor het eigen werk maar ook voor het werk van je collega’s in het bedrijf. Door mee te doen aan de pilot hoopt Nijhof dan ook dat iedereen binnen het bedrijf straks van het werkplekleren gaat leren. “We willen het contact tussen de leermeester, de praktijkbegeleider en de monteur in opleiding graag versterken en zijn in dit verband benieuwd waartoe de pilot leidt. We zien dit project als een uitdagende ontdekkingstocht en staan open voor alle suggesties.” Nijhof ziet het werkplekleren ook als onderdeel van haar visie op leren: “Redenerend vanuit de continuïteit van ons bedrijf en de duurzame inzetbaarheid van de vakmensen ben ik een groot voorstander van een leven lang leren. Niemand is binnen het bedrijf ooit te oud om te leren. Ik hoop dat werkplekleren hiervoor een goede stimulans is.” 

Deze factoren hebben een positief effect op werkplekleren:

- Er is een gedecentraliseerde organisatiestructuur. Dit bevordert de samenwerking en de zelfredzaamheid en zelfstandigheid van de medewerker.
- Er is een bedrijfsvisie die sterk gericht is op het ontwikkelen van medewerkers.
- Er is voldoende uitdaging, variatie en mate van zelfstandigheid, met voldoende tijd en middelen voor de medewerker om zich te ontwikkelen.
- Leidinggevenden bereiken het meest met een coachende, ontwikkelingsgerichte leiderschapsstijl. Daarnaast zijn factoren als betrokkenheid, feedback, positieve ondersteuning en ruimte voor kennisdeling belangrijk.
- Er is een leercultuur waarin ruimte is voor experimenteren en reflectie.
- Het bedrijf richt zich op ontwikkeling en onderling vertrouwen waarbij fouten mogen worden gemaakt.
- Er is voldoende ruimte voor formele trainingen en opleidingen.
- Werknemers hebben een lerende houding. Een proactieve instelling, zelfvertrouwen, intrinsieke motivatie, reflectief vermogen en sociale vaardigheden zijn cruciaal.

Deze factoren hebben een positief effect op werkplekleren:

Het project ‘Werkplekleren in de techniek’ wordt op 19 juni afgesloten met een conferentie waarop de pilotresultaten worden gepresenteerd. Ook verschijnt er op dat moment een set concrete tools die alle installatiebedrijven kunnen gebruiken om zelfstandig met werkplekleren aan de slag te gaan.