Ventilatie totaalconcept

ADVISEUR EN FABRIKANT SLAAN HANDEN INEEN

Hiensch bedacht het concept, Barcol-Air gaf er vorm aan. Zo zou je kort door de bocht de werkverdeling kunnen omschrijven tussen het adviesbureau en de fabrikant. Gezamenlijk brengen ze nu een nieuw ventilatieconcept op de markt. Het is speciaal gericht op gestapelde woningbouwprojecten waar een extreem lage EPC wordt gevraagd. Het CERA-systeem is vanaf dit jaar beschikbaar.

We staan als samenleving voor een gigantische opgave. Als we onze klimaatdoelen willen behalen, moeten de woningbouw en utiliteit een fikse duurzaamheidsslag maken. Hoewel we al door ‘Brussel’ en ‘Den Haag’ de goede kant op worden gedirigeerd, gaat het veel opdrachtgevers niet snel genoeg. Zij doen er nog een schepje bovenop door de eisen aan te scherpen en bijvoorbeeld te vragen om BENG-gebouwen of NOM-woningen.

Lage EPC-waarde

Kees Koot, DGA van Hiensch Engineering, krijgt er dagelijks mee te maken. Bijvoorbeeld als hij mee tendert voor een project in Amsterdam. De gemeente mikt vaak op een lagere EPC-waarde dan landelijk verplicht is. Wil Koot de opdracht binnenhalen, dan moet hij daarin meegaan. Het vormde een belangrijke reden om een nieuw ventilatieconcept te ontwikkelen, waarmee het mogelijk wordt om in appartementencomplexen een EPC van 0.15 of lager te behalen.

Energiebesparing

“Het is een weloverwogen keuze geweest om ons te focussen op energiebesparing bij het ventileren”, vertelt Koot. “De helft van onze thermische energie gaat naar de warmtapwater bereiding, de rest is bestemd voor ruimteverwarming. Van dat laatste deel is circa 50% nodig om te ventileren. Hier valt nog een behoorlijke energiewinst te boeken, realiseerden we ons.” Bovendien gelden er bij bepaalde bouwopgaven randvoorwaarden, waardoor je min of meer gedwongen wordt om op deze manier een duurzaamheidsslag te maken.

Doelgroepen

“Als Hiensch dingen we regelmatig mee naar transformatie-opdrachten. Zoals bekend wordt menig kantoorgebouw nu omgeturnd tot een wooncomplex. Deze bouwopgave brengt specifieke vragen en uitdagingen met zich mee. In de gestapelde woningbouw houdt je al snel te weinig dak over voor PV-panelen. Als je dan toch een duurzame route wilt bewandelen, zal je het eerder moeten zoeken in energiebesparingsmogelijkheden. Daarnaast hebben oude kantoorcomplexen meestal een hele specifieke lay out met een centraal geregeld ventilatiesysteem plus kanalenstelsel en een aparte technische ruimte in de kelder of op het dak. Met deze randvoorwaarden in het achterhoofd hebben wij samen met Barcol-Air ons ventilatieconcept ontwikkeld.” Volgens de fabrikant wordt met deze oplossing het energiegebruik voor de ventilatie en ventilatietransmissie verlaagd met 30-50% ten opzichte van conventionele systemen.

Opbouw

Bij het CERA-systeem staat de centrale ventilatie unit met wtw op het dak of in de kelder. Via het reeds aanwezige kanalenstelsel wordt verse lucht toegevoerd en vervuilde lucht afgezogen. Ieder appartement krijgt een eigen slimme regelunit. Deze is leverbaar in twee uitvoeringen; als 1- en als 2-zonesysteem. De unit bevat onder andere de balansregeling en wordt via een CO2-sensor aangestuurd. De box heeft compacte afmetingen en kan in de bergruimte van appartementen tegen de schacht met ventilatiekanalen worden geplaatst en vervolgens worden aangesloten op de instortkanalen in de woning zelf. Aangezien de regelunit geen ventilator bevat, produceert de box nauwelijks geluid. Ja, een werkende keerklep brengt wat decibellen met zich mee, maar het niveau zit ruim onder de verplichte 30 dB van het Bouwbesluit, vertelt Koot. De unit heeft een robuust karakter en is in principe 10 jaar onderhoudsvrij. Kiest de opdrachtgever voor een 1-zone systeem dan verloopt de luchttoevoer meestal via de woonkamer, de afzuig vindt plaats in de natte ruimtes en de keuken. Bij een 2-zone systeem is ook een nog een aparte luchttoevoer voor de slaapkamers.

Installatie- en onderhoudsgemak

Al met al is het CERA-systeem eenvoudig te installeren, aldus Koot. “Zolang we maar in een nieuwbouwproject direct bij het ontwerp worden betrokken en bij een transformatie-opgave de infrastructuur aanwezig is van een centraal ventilatiesysteem. Gaat het om een ouder utiliteitsgebouw met natuurlijke ventilatie, dan heeft het wel meer voeten in de aarde om het pand om te turnen natuurlijk.” Ook het onderhoud is simpel. “De centrale unit met ventilator en filter staat op het dak, de installateur hoeft voor werkzaamheden dus niet langs bij de bewoner zelf.” Het CERA-systeem kan eventueel ook worden gekoppeld aan een WKO-installatie. Dat biedt voordelen, legt Koot uit. “In een doorsnee woning is de warmtevraag groter dan de behoefte aan koeling. Daardoor loop je het risico op onbalans van het WKO-systeem. Het is mogelijk om via het CERA-systeem de lucht te koelen en zo de woning in te blazen. Tegelijkertijd kan de warmte via een warmtewisselaar worden afgestaan aan een WKO-installatie om zo weer de bron te laden. Twee vliegen in één klap dus.”

Doorontwikkeling

Het systeem is nog niet uitontwikkeld, vertelt Koot. Zo komt er onder andere nog een App voor de bewoner om het energiegebruik te monitoren en de regelunit te bedienen. Ook worden de mogelijkheden voor centrale remote access monitoring verruimd. Koot geeft een voorbeeld: “Tegenwoordig hebben veel keukens een recirculatiesysteem. Het is natuurlijk belangrijk dat de filters tijdig worden schoongemaakt of verwisseld. Als we de afzuigkap koppelen aan het CERA-systeem, zou het beheer ook meldingen krijgen over de conditie van het filter.” Op die manier wordt de bewoner, Koot gooit er nog maar eens een populaire term tegenaan, “dus steeds meer ontzorgd”.

Leverbaar

Het CERA-systeem is vanaf dit jaar leverbaar. Het maakt al deel uit van het ontwerp van aansprekende projecten, vertelt Koot. Zoals dat van de Rhapsody, een wooncomplex in Amsterdam West, aan de A10 met een EPC van -0,09 en de transformatie van het voormalige KPMG-gebouw in Amstelveen tot wooneenheden. Adviesbureau Peutz verzorgt bij ieder project de gelijkwaardigheidsverklaringen. Een procedure die noodzakelijk is, omdat afhankelijk van de bouwopgave de centrale units sterk van elkaar kunnen verschillen qua omvang 

Uitleg werking van het CERA-systeem

Trends en fijnstof

“Betere communicatie tussen installaties onderling en met het beheer, bewaking op afstand en systeemintegratie zijn op dit moment belangrijke trends in onze branche”, vertelt Koot. “Daarnaast zien wij een groeiende aandacht voor een gezond binnenklimaat. In stedelijke omgevingen zit veel fijnstof in de lucht. Binnen de woningbouw is er hier nog nauwelijks aandacht voor. De meeste lucht komt ongefilterd of slecht gefilterd via de gevel naar binnen. Bovendien worden filters zelden vervangen.
Het ontbreekt ons ook aan wetgeving op dit gebied. De filters die nu toegepast worden bij individuele ventilatiesystemen in de woningbouw vangen geen fijnstof af en zullen dit ook niet kunnen vanwege ruimtegebrek. Doordat bij CERA de filtering op centraal niveau plaatsvindt en het systeem de mogelijkheid biedt om ook filters toe te passen van een veel betere kwaliteit zouden we theoretisch gezien in staat zijn om tenminste 50% van het fijnstof tegen te houden. Dit gebeurt nu nog niet vanwege de extra kosten. Aan ons en de ventilatiebranche de taak om onze opdrachtgevers ook hiervan bewust te laten worden opdat dit gemeengoed wordt in onze gebouwen.”