In Drunen zijn 89 sociale huurwoningen verduurzaamd met een hybride warmtepomp. Een innovatieve prefab-skid met hybride warmtepomp én een dakkap met geïntegreerde buitenunit besparen uren werk op locatie. Het resultaat: een tevreden opdrachtgever en meer comfort voor bewoners. In het Brabantse Drunen zijn 89 sociale huurwoningen gerenoveerd en verduurzaamd. De keuze voor een hybride systeem kwam voort uit de praktische omstandigheden van de bestaande bouw. Via slimme prefab-oplossingen is het installatieproces gestroomlijnd en konden de woningen in korte tijd worden aangepakt. De samenwerking tussen opdrachtgever, bouwbedrijf, installateur en toeleveranciers bleek cruciaal voor het succes. Een logische vervolgstap De opdrachtgever van het project, woningcorporatie Woonveste, had al eerder ervaring opgedaan met dezelfde type woningen in dezelfde straat. “Dit is fase twee van een eerder renovatieproject”, zegt Frank van Driel, projectleider bij Woonveste. “We wilden de woningen op korte termijn verduurzamen in het kader van de nationale prestatieafspraken. Daarom hebben we ingezet op een beproefd renovatieconcept met de toevoeging van een hybride warmtepomp.” De uitvoer lag in handen van renovatiespecialist Knaapen Groep. Zij schakelden onder andere installatiebedrijf Breman in om de werktuigbouwkundige en elektrotechnische installaties uit te voeren, inclusief de warmtepompinstallatie. Drie scenario’s, één uitkomst Aan de start van het project onderzocht Breman drie verduurzamingsscenario’s: een basisvariant met ventilatie en isolatie, een hybride scenario en een gasloze variant. “De voorkeur ging uit naar gasloos, maar de beganegrondvloeren lagen op zand en konden niet goed geïsoleerd worden,” vertelt Ben Hoeke, projectleider bij Breman. “Voor all-electric zouden we dan te veel vermogen nodig hebben.
Tag: artikel editie september 2025
In een tijd waarin technologie en digitalisering in razend tempo evolueren, wordt het voor de installateur steeds lastiger om de vakkennis op het vereiste niveau te houden. Zeker ook omdat er volop werk is maar er hiervoor te weinig handen beschikbaar zijn, en tijd dus kostbaar is. Zo dreigt ‘uitholling van vakkennis, doordat de nadruk verschuift van diepgaande technische kennis naar het ‘regelen aan de voorkant’. Dit roept de vraag op: hoe blijven we nog up-to-date en effectief in ons werk? Misschien biedt virtuele assistentie uitkomst. Die biedt bijvoorbeeld de mogelijkheid om snel toegang te krijgen tot relevante informatie, handleidingen en technische documentatie. Maar er is ook al een slimme tool voor de zzp’er die helpt om klanten automatisch en persoonlijk van dienst te zijn, met bijvoorbeeld het maken van offertes of facturen. Dit soort virtuele tools kunnen niet alleen de werkdruk verlichten, maar ook bijdragen aan de professionaliteit van de installateur in een snel veranderende (vak)wereld. Zeker handig dus, maar de intellectuele uitdaging mag hierdoor niet in de vergetelheid raken. Want dan ‘holt de vakkennis alsnog uit’ en zijn we verder van huis.
De koel- en klimaatsector in Nederland speelt een cruciale rol in de energietransitie en verduurzaming. Innovatie is hierbij een drijvende kracht voor efficiëntere en duurzamere oplossingen én het versterken van de concurrentiepositie van bedrijven binnen deze sector. Hergebruik van restwarmte Nederland staat vol met koelinstallaties voor koel- en vrieshuizen, supermarkten, horeca, de gebouwde omgeving, fabrieken, gezondheidszorg, landbouw en visserij. Al deze koelinstallaties onttrekken warmte aan de processen waarvoor ze zijn opgesteld en stoten deze warmte bijna allemaal uit naar de omgeving. Onderzoek heeft uitgewezen dat de hoeveelheid warmte die wordt uitgestoten voldoende zou kunnen zijn voor het verwarmen van een groot deel van de woningen en gebouwen in Nederland, mits verwarmd met lage temperatuurverwarming. De restwarmte van deze koelsystemen kan worden uitgekoppeld binnen het eigen gebouw als er een passende warmtevraag is, maar kan ook worden gebruikt voor een lokaal warmtenet. Zo kunnen nabijgelegen gebouwen, processen en woningen hiermee verwarmd worden. Opslag van energie Netcongestie ontstaat wanneer er een overvloed aan duurzaam opgewekte elektriciteit aan het net wordt toegevoegd op momenten met veel zon en/of wind, terwijl de afname stabiel of laag is. Dit gebeurt bijvoorbeeld midden op de dag als iedereen aan het werk of naar school is en elektrische auto’s onderweg zijn. Als we erin slagen om op deze momenten deze elektrische energie op te slaan om deze later op de dag weer te gebruiken, helpt dit enorm om congestie te voorkomen en hoeven we geen duurzame opwekking af te schakelen. Energieopslag is er in allerlei vormen, zoals
De technieksector staat onder druk. De energietransitie, digitalisering en woningbouwopgave zorgen voor een groeiende vraag naar technisch personeel. Tegelijkertijd zijn er gemotiveerde mensen, die niet gekwalificeerd zijn volgens de klassieke diploma-maatstaven, waarin we nog te weinig investeren. Wat als juist daarin de oplossing schuilt? Wat als we niet langer zoeken naar ‘de perfecte kandidaat’, maar investeren in loonwaarde — en daarmee in toekomstwaarde? Ron M R Bosch, adviseur en Docent Installatietechniek aan de Hogeschool Arnhem Nijmegen legt uit wat de meerwaarde is van deze benadering. Initiatief In dit artikel lees je hoe een brede coalitie van onderwijsinstellingen, bedrijven en publieke partners een nieuw perspectief ontwikkelt op leren, werken en selecteren. En hoe initiatieven zoals de Pre-Ad Gebouwgebonden Installatietechniek van de HAN daarin een sleutelrol spelen. Potentieel Loonwaarde is de economische waarde die iemand op een bepaald moment toevoegt aan een functie, vergeleken met het functiegemiddelde. Dat percentage is zelden 100 % op dag één — zeker niet bij zij-instromers, herintreders of mensen met een ondersteuningsbehoefte. Maar dat betekent niet dat zij niets kunnen. Ze zijn onderweg. En met de juiste begeleiding, ruimte en waardering groeit hun bijdrage snel. Voor werkgevers vraagt dat om durf: durf om te investeren in groei. Gelukkig bestaan er vangnetten, zoals loonkostensubsidie en jobcoaching. Wie inzet op loonwaarde, versnelt inzetbaarheid én bouwt aan loyaliteit. En wie het goed organiseert, krijgt er vakmensen voor terug die elders onzichtbaar zouden blijven. Dezelfde vijver De meeste installatiebedrijven vissen in dezelfde vijver. Vacatureteksten vragen om ervaring, kennis van NEN-normen en
Stel je voor dat je een hulpmonteur hebt, die altijd voor je klaarstaat. Die nooit klaagt, nooit moe is en in een razendsnel tempo jou de ondersteuning biedt, die je net nodig hebt op dat moment. Maak kennis met Manuel, de virtuele installateur, ontsproten aan het brein van een jonge startup. Het is vaste prik tijdens interviews: DGA’s, monteurs, adviseurs, fabrikanten, leveranciers en wetenschappers die klagen over het gebrek aan nieuwe aanwas en het dalende kennisniveau. Nog meer buitenlandse arbeidskrachten werven is een no-go nu er een breed gedeeld sentiment is in de maatschappij dat de multiculturele samenleving mislukt is. Wat dan? Virtualisatie Volgens het team achter ‘Manuel’ kan virtualisatie flink wat druk van de ketel wegnemen. De vier zakelijke partners behoorden tot de Early Adapters van ChatGTP en zagen al snel de mogelijkheden voor de installatiebranche. Zij ontwikkelden een eigen Agent voor de sector, die de naam Manuel meekreeg. Werkwijze Via de website Manuelchat.nl kunnen bedrijven en ZZP’ers zich aanmelden voor een maandabonnement. Na betaling kan een onbeperkt aantal medewerkers gebruik maken van de Agent. Het loopt als een trein, vertelt Boris van Ast, één van de medepartners. Er hebben zich al honderden bedrijven aangemeld en Manuel springt dagelijks overal in Nederland bij. Waaronder bij Breman, waar nu een pilot loopt. Handleidingen De Agent kan zowel vragen op het gebied van airconditioning als verwarming beantwoorden. Via Manuel heeft de monteur ter plekke altijd en overal actuele handleidingen, storingscodes en technische documentatie binnen handbereik, continu bijgewerkt door de Agent zelf.
Een hoge isolatiegraad en luchtdichtheid van woningen beperkt het warmteverlies, maar ook de infiltratie van buitenlucht. Bewoners besparen energie door ramen en roosters gesloten te houden. Voor voldoende ventilatie zijn we steeds meer afhankelijk van een goed mechanisch ventilatiesysteem, wat begint met de juiste uitgangspunten. Minimale eisen Het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl, 1-1-2024) eist voor bestaande bouw een minimale toevoer van 0,7 dm3/s per m2 verblijfsgebied en bij nieuwbouw 0,9 dm3/s. Minimale afzuigcapaciteiten zijn 25 m3/u per toilet, 50 m3/u per badkamer en 75 m3/u voor een keuken. Deze grenswaarden worden vaak beschouwd als norm en soms verlaagd via een ‘krijtstreepmethode’ of een virtuele toekenning van verkeersruimten. De eisen zijn echter bedoeld als ondergrens. Een slecht scenario Soms wordt te veel gelet op de capaciteit en te weinig op luchtsnelheid, weerstand, geluid, energiegebruik en warmteterugwinning. De ventilatie-units worden krap geselecteerd, luchtkanalen smal gedimensioneerd en luchthoeveelheden per ventiel gemaximeerd. Bewoners vermijden de hoge ventilatiestand en het systeem voldoet feitelijk niet aan de eisen. Hoe dan wel Met name voor kleine verblijfsruimten en inpandige toilet- en badruimten is het goed om hogere debieten te hanteren. Voor grote ruimten is dit niet nodig vanwege het grote luchtvolume per persoon. Bij een feestje kan een raam worden geopend. Houdt in het ontwerp en bij de selectie van componenten rekening met overruimte. Kies de centrale (WTW-)unit liever te groot dan te klein. Beperk luchtsnelheden tot 3 m/s en reken per ventiel maximaal 40 à 45 m3/uur. Bedenk dat de luchtweerstand kwadratisch toeneemt met de snelheid
De energietransitie vraagt om slimme keuzes. Niet alles hoeft radicaal, groot of all-electric. Sterker nog: soms is juist een klein(er) systeem de meest innovatieve oplossing. Neem de hybride warmtepomp. Vaak nog gezien als tussenstap, maar wie naar de techniek en praktijk kijkt, ziet dat het systeem vol innovatiekracht zit. Bij een oudere, na-geïsoleerde woning is het niet logisch om het vermogen van een warmtepomp af te stemmen op die paar dagen per jaar dat het -10 °C is. Een grotere warmtepomp moet dan terugmoduleren, wat het rendement omlaag haalt. Beter is een kleiner vermogen dat optimaal presteert bij de meest voorkomende buitentemperaturen. Slim dimensioneren dus – niet overdimensioneren. Daarnaast verbruiken all-electric installaties bij vorst veel stroom. Zou heel Nederland volledig overstappen op elektrisch verwarmen, dan moet het net worden ingericht op die koude piekmomenten. Dat is technisch en economisch niet haalbaar. Een hybride warmtepomp die bijspringt met een cv-ketel bij piekvraag voorkomt overbelasting én bespaart kosten. En dat gas? Dat kan steeds vaker groen. Ondertussen worden de innovaties rond hybride tapwater, warmteterugwinning en energiemanagement steeds concreter. Als installateur zit je dus midden in een technologische doorbraak, met volop nieuwe kansen voor advies, installatie en onderhoud. De toekomst van verwarmen is niet zwart-wit. Juist in de mix van technieken ligt de kracht – en de innovatie. Susanne de Ruwe, namens Vereniging voor Duurzame Warmte
Robert Boots is al ruim 30 jaar actief in de installatiebranche. Tijdens die periode zag hij beginnende monteurs vaak tegen het- zelfde probleem aanlopen: de kloof tussen de theorie en de praktijk. De afgelopen 1,5 jaar ontwikkelde hij daarom een geheel nieuwe lesmethodiek. En die slaat aan. Zij-instromers en jongeren die net hun opleiding hadden afgerond, bleken vaak wel de trucjes van het vak te kennen, maar niet de onderliggende algemene principes van de installatietechniek. En, dat zorgde ervoor dat beginnende monteurs zich snel onzeker konden gaan voelen, fouten maakten en minder plezier hadden in hun werk. Met als gevolg: het risico van uitstroom. Opleidingen Tijdens zijn zoektocht naar de oorzaak, stuitte hij op de lesmethodiek van opleidingen. “De docenten kunnen uitstekend hun kennis overbrengen, maar zitten niet bovenop de innovatie. Daarnaast sluit het beschikbare lesmateriaal vaak niet aan op het niveau en de belevingswereld van de leerlingen. De leerling leert dus wel bijvoorbeeld hoe hij een specifieke warmtepomp moet installeren, maar doorgrondt niet goed de werkingsprincipes en oefent vaak met oudere modellen.” Neurodivergentie Wat nu als we dat eens geheel anders aanpakken, dacht Boots. “Mijn lesmethode is erop gericht om mensen met neurodivergentie te kunnen bereiken. Daarmee bedoel ik leerlingen die ADHD hebben, dyslexie of autistisch zijn of in het algemeen jongeren waarvan de hersenen niet iets anders werken dan van de gemiddelde student. Als je die groep kan bereiken, lukt het ook wel om de rest in je verhaal mee te nemen.” Zintuigen Het leverde een zee aan
We schrijven ruim een maand voor alweer Tweede Kamer verkiezingen. Nederland kan kiezen voor schadeherstel van Schoofs sloopwerk en daarmee voor de toekomst, in plaats van voor een verleden dat nooit heeft bestaan. En schade was er! Zo krompen de markten van zonnepanelen en warmtepompen met tientallen procenten. En dat terwijl beide hard nodig zijn voor een leveringszekere en betaalbare energievoorziening. Warmtepompen vonden alweer de weg naar boven maar het is maar de vraag of dat een blijvertje is. Verdubbeling van nieuwe warmtepompen is nu nodig, van 150 duizend per jaar nu naar 300 duizend per jaar in 2030. Dat kan zorgen voor verlichting van de energierekening van 1 op 11 woningen nu naar 1 op 4 woningen in 2030. En dan door naar 8 op 10 in 2050. Beste installateurs, jullie móeten door! Eerder gingen jullie al over naar nóg stillere warmtepompen, ook door betere plaatsing, naar klimaatvriendelijkere koudemiddelen en naar monoblocks. Nu wordt gevraagd naar ‘slimmere’ warmtepompen. Of beter gezegd, naar slim management van de vraag naar (en het aanbod van) elektriciteit om zo dagelijkse en seizoensmatige pieken te vermijden. Dat komt zeker goed, maar gaat niet vanzelf… slimheid gezocht! Als je die hebt, schrijf dan vooral voor 19 september a.s. in op de vraag vanuit het Landelijk Actieplan Netcongestie (LAN) voor de aanbesteding voor het ontwikkelen en testen van open source software voor communicatie tussen energie-intensieve apparaten (zoals warmtepompen) in en om huis en home energy management systemen (HEMS).(ga hiervoor naar: https://nl.flexible-energy.eu). Nederland kan echter ook kiezen