Uitgebreid onderzoek heeft aangetoond dat een hybride warmtepomp een gemiddelde gasbesparing van 75% oplevert. Hybride warmtepompen bleken meer gas te besparen en minder elektriciteit te gebruiken dan in eerste instantie werd voorspeld door verschillende modellen. Hoe is dit mogelijk? Door toevoeging van de hybride warmtepomp aan een bestaande cv-installatie gaat deze in een ander werkgebied opereren. Het minimum vermogen van cv-ketels ligt in de orde van 5-7 kW, maar voor een hybride ligt dit lager, in de orde van 1-2 kW. Een installatie met een hybride warmtepomp kan daarom langdurig op laag vermogen draaien en daarmee gaan lage watertemperaturen gepaard. Veel lager dan met de cv-ketel alleen mogelijk is. Zo kan het dus dat de hybride het werkgebied van de verwarmingsinstallatie vergroot, omdat het modulatiebereik wordt verruimd en de watertemperaturen worden verlaagd. Dat levert behoorlijke extra energiewinst op. In datzelfde onderzoek was het zelfs in bijna 40% van de gevallen dat de verwarming van de woning voor meer dan 95% werd ingevuld door het hybride gedeelte van de installatie. Bij een paar deelnemers werd de warmtevraag voor verwarming volledig door de hybride warmtepomp overgenomen. Het restgebruik gas voor warmwater oplossen is de volgende grote verduurzamingsstap. De komende jaren zijn er nog volop ontwikkelingen op het gebied van hybride tapwater, warmteterugwinning uit douchewater, goedkopere opslag en energiemanagementsystemen te verwachten. Op deze manier is het mogelijk om stapsgewijs te verduurzamen en het gasverbruik steeds verder te verminderen of zelfs tot nul te reduceren. Stappen die bij de woningeigenaar en bij zijn portemonnee
Tag: artikel editie mei 2025
In het jaarlijkse rapport ‘European State of Climate’ wordt gesteld dat het klimaat in Europa twee keer sneller opwarmt dan in de rest van de wereld. De behoefte naar airconditioning zal in de komende jaren alleen nog maar verder toenemen. Daarnaast is de koeltechnische markt volop in beweging. Zo zijn er sinds de tweede herziening van de F-gassenverordening per 11 maart 2024 grote veranderingen op komst. Deze bestaat uit drie belangrijke onderdelen waar de sector op in moet spelen. Ten eerste zal de hoeveelheid op de markt gebracht koudemiddel met een hoge impact op de opwarming van de aarde (GWP) de komende jaren sterk teruggebracht worden en in 2025 volledig verboden worden. Deze verandering zal tot een groot tekort leiden, waardoor men genoodzaakt is over te stappen op alternatieve (laag GWP) koudemiddelen. Een tweede onderdeel is een verbod op het op de markt brengen van airconditioningsapparaten die koudemiddelen bevatten met een hoog GWP. Fabrikanten zullen ook hier in toenemende mate op alternatieve koudemiddelen moeten overstappen. Tot slot heeft de verordening ook impact op de certificering van bedrijven en personen die met deze koudemiddelen werken. Zo is door de Europese Commissie een certificeringsplicht in de wet opgenomen voor zowel bedrijven als personen. Deze veranderingen betekenen dat er tienduizenden vakmensen, maar ook beginners moeten worden opgeleid en gecertificeerd voor het werken met deze koudemiddelen. NVKL, de brancheorganisatie van koeltechnische bedrijven, speelt in Nederland een belangrijke rol bij de implementatie van de nieuwe F-gassenverordening en certificering. De branche zet zich in om de
In Broek op Langedijk bouwde Duteco een innovatief en duurzaam bedrijfspand. Het resultaat is een levend voorbeeld van de expertise van het installatiebedrijf. Voor de klimaattechniek viel de keuze op een VRV 5-systeem met het koudemiddel R-32. Met de bouw van het nieuwe pand laat Duteco zien waar ze voor staan: duurzaamheid, innovatie en vakmanschap. In Broek op Langedijk ontwikkelde de totaalinstallateur een werkomgeving die tevens dienst doet als showroom voor klanten. Centraal in het ontwerp staat het VRV 5-systeem van Daikin, gecombineerd met een luchtbehandelingskast en een slim gebouwbeheersysteem. “Ons pand weerspiegelt wie we zijn en wat we onze klanten kunnen bieden,” zeggen directeuren Raymond Graaman en Frank Verburg. Jong merk met diepe wortels Duteco is in 2021ontstaan uit de fusie tussen Climapartners en Woldhuis Installatietechniek. Hiermee werd kennis en ervaring uit meerdere decennia samengebracht. “We zijn een jong merk met een stevige basis,” vertelt Graaman. “Dat geeft ons de vrijheid én de verantwoordelijkheid om voorop te lopen in duurzame techniek.” Gebouw met een missie Het pand moest niet zomaar een kantoor worden, maar een tastbare vertaling van de visie van Duteco op duurzaamheid. Vanaf het eerste ontwerp is nagedacht over het gebruik van duurzame materialen en innovatieve techniek. “We wilden een plek creëren waar klanten meteen zien wat wij doen – en vooral hóé we dat doen,” aldus Graaman. VRV 5 met R-32 Voor de klimaattechniek viel de keuze op Daikin en specifiek op het VRV 5-systeem met het koudemiddel R-32. “We zochten een oplossing die aansluit bij
De markt trekt aan en ondertussen zetten fabrikanten volop in op innovatie. Tijdens de afgelopen ISH was duidelijk te zien waar dit toe leidt. Meer R290, meer systeemintegratie, meer digitalisatie en meer monoblocks. Natuurlijk waren er nog meer trends te bespeuren. Zoals nieuwe oplossingen voor woningen met een beperkte technische ruimte of de groeiende populariteit van lucht-lucht warmtepompen. IZ zette het allemaal op een rijtje. R 290 Bij het eerste bezoek aan de stand van Mitsubishi Electric kregen we eigenlijk al direct vrijwel alle trends op een presenteerblaadje aangereikt. De fabrikant vertelde onder andere over de impact die de herziening van de F-gassenregeling in 2024 heeft op de markt. Men stapt en masse over op het koudemiddel R290 oftewel propaan. Zelf liet de fabrikant bijvoorbeeld de Ecodan lucht/water-warmtepomp uit de PUZ-WZ serie zien, waarvan de nieuwste monoblock-versie gebruik maakt van R290. Deze Ecodan familie is al enige tijd verkrijgbaar met verwarmingsvermogens van 5 en 6 kW en wordt nu uitgebreid met versies van 8,5, 10 en 12 kW. Overigens was het opmerkelijk hoeveel fabrikanten nu monoblock-versies van warmtepompen in de markt zetten. Zoals bijvoorbeeld Renson en alpha innotec. De redenen liggen voor de hand. Je bespaart er ruimte mee en de monteur heeft geen F-gassen certificering nodig om ze te plaatsen. Airco Als het gaat om lucht/lucht-warmtepompsystemen kon men op de stand van Mitsubishi Electric de modellen MSZ-RZ en MUZ-RZ met het koelmiddel R290 zien. Om de veiligheid extra te verhogen, zijn de apparaten niet alleen met leksensoren uitgerust maar
De behoefte aan geintegreerde oplossingen neemt sterk toe. Niet alleen vanwege de regelbaarheid, maar ook omdat ze minder ruimte innemen. IZ sprak met Airspot en Prado die op een slimme manier ventilatie en verlichting integreren in hun producten. En dat op een esthetisch aantrekkelijke manier. Airspot is geen onbekende in de installatiewereld. Mede-eigenaar Cornel van den Thillart wist 10 jaar geleden al handig in te springen op een ergernis van architecten en andere bouwpartijen. “Ze stoorden zich aan de aanblik van plafondventielen. In samenwerking met TNO is toen de Airspot ontwikkeld.” Het standaard gamma bestaat uit 8 modellen, maar uiteraard is het ook mogelijk om de Airspot te personaliseren. Opbouw Heel kort door de bocht is de Airspot een element dat de ventilatie met een verlichtingspunt combineert. De Airspot beschikt over een instortbox die compatible is met alle luchtkanalen en elektra voorzieningen. Voordat de vloer of het plafond wordt gestort, plaats je de instort box op de plek waar de spot zal komen. De zijkanten worden vervolgens afgewerkt met stucwerk. “Op deze manier oogt het plafond aantrekkelijker, omdat het mooi en strak kan worden afgewerkt zonder beeldverstorende elementen.” Luchtzijdig Zowel de toevoer als afvoer van lucht vindt plaats via de armaturen. De lucht wordt recht naar beneden ingeblazen met een lage snelheid. Op die manier waaiert de lucht snel uit, zodat er een goede luchtverdeling plaatsvindt. Per armatuur wordt er ieder uur ongeveer 23 – 37 m3 aan verse lucht de ruimte ingebracht. Een afvoerpunt verwerkt ongeveer 30 m3 aan
Het jaar 2025 begon met flinke groei van warmtepompen voor woningen. Maar liefst 60% meer in het eerste kwartaal dan vorig jaar. 2024 gaat daarentegen de boeken in als een slecht jaar voor warmtepompen. Waarom? Omdat er meer was verwacht. Over de hele lijn van het afgelopen decennium liet een gestage groei juist zien wat de warmtepomp nu is: ‘de nieuwe standaard bij vervanging van de cv-ketel’. Dit citaat is van minister Hermans, mede namens minister Keijzer, en staat in de uitwerking van de Voorjaarsnota. De markt wordt nog steeds grotendeels gemaakt of gebroken door beleid. En weer dóór, dus! Toch krabben fabrikanten en installateurs zich achter de oren. Mijn hiervoor genoemde ‘er was meer verwacht’ is niet alleen maar een ‘jammer dan’. Er was, op basis van afspraken met de (vorige) regering meer geïnvesteerd! Installateurs die hierop – al dan niet in combinatie met PV-panelen – vol hadden ingezet, kwamen bedrogen uit. Sommige installatiebedrijven en fabrikanten haalden slechts met veel moeite, of zelfs niet, het einde van het jaar. Dit kabinet trok precies een jaar geleden de handrem aan in het hoofdlijnenakkoord. En trapt nu weer op het gaspedaal (hiervoor moeten we trouwens een nieuw woord verzinnen, maar dat is voor een andere keer)… het gaat allemaal met horten en stoten. Laten fabrikanten, groothandels en installateurs samen blijven optrekken voor een stabieler, stimulerend beleid van overheden, ook regionaal en lokaal. En vertel klanten dat een warmtepomp áltijd een goede aanschaf is. Een inkopper(tje)! Dr. Frank Agterberg MBA Voorzitter Vereniging
Het mag allemaal weer wat uitbundiger. Na een jarenlange focus op minimalisme, liet de ISH zien dat sanitairland nu ‘quiet luxury’ omarmt. Fraaie materialen, retrokleuren en creatieve vormgeving gaven de toon aan. Daarnaast bleek de belangstelling voor besparingsmogelijkheden en digitalisering ook hier door te zetten. Het blijft altijd een interessant contrast: de sanitairhallen waarin de nadruk meestal ligt op een aantrekkelijke presentatie en de verwarmingshallen die vooral de techniek willen laten zien. Deze editie leken beide werelden nog verder van elkaar te zijn verwijderd dan gewoonlijk. De reden: de nieuwe generatie sanitairproducten heeft een veel avontuurlijker karakter dan de voorafgaande jaren. Pastel Zo zijn natuurlijke, maar ook retrokleuren ‘hot’, vertelden verschillende exposanten ons. Dat was duidelijk te merken bij fabrikanten, zoals Duravit (Balcoon-collectie), maar ook bij de Pop Up My Bathroom expositie. Met pastelachtige kleuren – van blauw, tot bruin en rood – organische, maar ook strakke geometrische vormen én experimenteel materiaalgebruik wist de mini-tentoonstelling de bezoeker aangenaam te verrassen. Sanitairfabrikanten lijken steeds meer aandacht te hebben voor circulariteit, wat onder andere tot uiting kwam in het gebruik van gerecycled staal, keramiek en kunststoffen. Maar er is nog een lange weg te gaan. “Uiteindelijk moeten we naar een milieustraatformule, waarbij consumenten hun producten kunnen inleveren en ze worden gerefurbished voor hergebruik”, vertelde Hansgrohe ons. Besparing Ook in de sanitairwereld blijft besparing een belangrijk thema. Dat kwam onder andere naar voren tijdens de lancering van de nieuwe Skyla badkamercollectie van Villeroy & Boch. De toiletten zijn voorzien van Aquasmart en TwistFlush
De ISH zit weer in de lift. Deze editie liet de beurs stevige groeicijfers zien. En dat is heugelijk nieuws, want zowel exposanten als bezoekers blijven de ISH ervaren als een belangrijke bron van informatie en de gelegenheid bij uitstek om nieuwe contacten aan te knopen of bestaande relaties te verstevigen. Dit jaar vond de beurs plaats van 17 tot en met 21 maart. Het thema was ‘Solutions for a sustainable future’. De organisatie van de Messe Frankfurt had gekozen voor een nieuwe indeling, waarin 8 aandachtsgebieden centraal stonden: sanitaire ruimtes, watervoerende systemen, installatietechniek, warmteopwekking, binnenlucht, intelligente gebouwregeling, software en de fabricage van HVAC- + watergerelateerde producten. Exposanten Tijdens deze ISH-editie waren er 2183 exposanten aanwezig, een stijging vergeleken met de vorige ISH in 2023 toen er 2.025 kwamen opdraven. Ze waren afkomstig uit 54 verschillende landen. De exposanten waren over het algemeen te spreken over de kwaliteit van de bezoekers. Zo vertelden verschillende fabrikanten en leveranciers aan IZ dat er een divers publiek langskwam, waaronder installateurs, groothandelaren, adviesbureaus en professionele opdrachtgevers. Ze waren over het algemeen gericht op zoek naar informatie en mogelijkheden om bestaande banden aan te halen of nieuwe contacten op te doen. Bezoekers Dit jaar kwamen rond de 163.157 professionals naar de ISH. Een behoorlijke stijging, want in 2023 bezochten ruim 13.000 minder bezoekers de beurs. Evenals bij de exposanten zet de internationalisering van de beurs verder door. Tot de toplanden behoorden Nederland, Italië, Frankrijk, Zwitserland, België, China, UK, Polen, Oostenrijk en Turkije. Duizenden landgenoten namen
In 2024 waren er bijna 5.000 aanmeldingen voor een mbo-opleiding in werktuigbouwkundige installaties. Dat is een toename van 20% ten opzichte van 2020. Goed nieuws voor de sector in het algemeen en de energietransitie in het bijzonder. Maar het werpt ook de vraag op: hoe leiden we al die aankomende vakmensen op (starters én zij-instromers), met het huidige gebrek aan vakdocenten? En hoe zorgen we dat ook vakmensen die al in installatiebranche werken, blijven sleutelen aan hun skills? In het loodgietersbedrijf van mijn opa en vader vond kennisoverdracht vooral plaats via meester/gezel-koppels, en zo ging dat in veel branches, van bakker tot timmerman. Die vorm van leren is nog steeds een gouden combi, welke naam je er ook aan geeft. Tegelijkertijd zien we allerlei andere vormen van opleiden ontstaan. Met hybride docenten bijvoorbeeld, die de bedrijfspraktijk naar school brengen en andersom. Van een innovatieve sector als de onze mag je bovendien verwachten dat opleiden meeloopt met de laatste ontwikkelingen. En dat zie ik overal om ons heen. Een voorbeeld? Game Based Training (zie artikel op pagina 38). Een virtuele leeromgeving waarin je interactief leert. Waterzijdig inregelen of de installatie van een warmtepomp kun je in de basis leren zonder veiligheidsrisico’s en hoge (apparatuur)kosten en tijdsinvestering van bedrijf of school. We leren met AI. Via podcasts en apps. En met microlearning [ https://trendfiles.wij-techniek.nl/microlearning/] zetten we in korte leermodules razendsnel stappen vooruit. De toekomst van leren is dus al begonnen, voor iedere leeftijd en ervaring. Laten we hem omarmen. Niet als vervanging
De installatietechniek verandert snel, maar het opleiden van vakmensen kan de ontwikkelingen niet altijd bijbenen. Er is een tekort aan vakdocenten en in het onderwijs ontbreekt soms de ruimte om complexe of risicovolle praktijksituaties goed te trainen. Daarom is Wij Techniek samen met BlueTea gestart met Game Based Training: een innovatieve, digitale leeromgeving waarin leren en doen samenkomen. Voor de eerste module is gekozen voor het thema waterzijdig inregelen. Een onderwerp dat, mede door de opkomst van warmtepompen en energiezuinige ketels, weer volop in de belangstelling staat. De game is gebaseerd op bestaande trainingsvideo’s en processtappen die zijn opgesteld door experts uit de praktijk. Werkdruk verlagen “Deze manier van leren is geschikt voor leerlingen, maar zeker ook voor bij- en nascholing van monteurs en docenten,” zegt de Marijn Zaal projectmanager bij Wij Techniek. “Met Game Based Training kunnen we het onderwijs ondersteunen en tegelijk de werkdruk bij docenten verlagen. De computer begeleidt de student, waardoor de docent meer tijd heeft voor praktijkbegeleiding.” Leren zonder risico’s Leren in de praktijk is belangrijk, maar niet altijd haalbaar of veilig. In een virtuele omgeving kun je lastige situaties – zoals overdruk of lekkages – veilig simuleren. Dat maakt deze aanpak niet alleen kostenefficiënt, maar ook geschikt voor risicovolle of zeldzame handelingen. De game werkt volgens het meester-gezelprincipe. Studenten worden niet met vaste instructies aan de hand genomen, maar leren door te doen. Fouten maken mag: het programma past zich aan het gedrag van de gebruiker aan en stuurt waar nodig bij. Het systeem