Gedurende de coronapandemie kwam er steeds meer aandacht voor het ventileren van binnenruimten. Waar de noodzaak hiervan eerst nog ontkend of afgezwakt werd, werd dit later alsnog bijgesteld en ging ventilatie zowaar een rol spelen in de strijd tegen het virus. Beter laat dan nooit, zullen we maar zeggen. Inmiddels zijn we bijna vergeten dat er een pandemie heeft plaatsgevonden en pakken we weer als vanouds de draad op. Als een griepgolf het land overstroomt, zijn we alweer vergeten dat we afstand moeten houden, strenge hygiënische maatregelen moeten treffen en… moeten ventileren. Wat dat laatste betreft: het is wel logisch dat we niet meer te pas en onpas ramen en deuren openzetten om te ‘luchten’, zoals tijdens de pandemie het devies was. Energie-efficiëntie heeft nu immers de hoogste prioriteit; niet alleen omdat we duurzaam willen zijn maar vooral omdat de energieprijzen de pan uit rijzen. Van de huidige richtlijnen moeten we het ook al niet hebben. Dat zijn richtlijnen waaraan minimaal moet worden voldaan en in de praktijk laat dit nogal eens te wensen over. Vooral onze portemonnee blijkt dus weer eens de belangrijkste aanjager te zijn.