Minder is meer
EFFECTIEVER MET BALANSVENTILATIE
Aan de oevers van het Spaarne in Haarlem staat een immense hal met een lengte van 110 meter en een breedte van 28 meter. Ooit was hier de machinefabriek van de gebroeders Figee in gehuisvest. Nu fungeert het als bedrijfsverzamelgebouw. Recentelijk onderging een deel van de hal een ingrijpende klimaattechnische transformatie.
In 1836 opende de Waddinxveense timmerman Hendrik Figee een kistenfabriek. Figee koos voor een locatie in Haarlem aan het Spaarne. Een slimme zet, want de lokale economie had net weer de weg naar boven gevonden. Haarlem had na de Gouden Eeuw een lange periode van achteruitgang gekend. Door de opening van de eerste spoorwegverbinding van Nederland tussen Amsterdam en Haarlem in 1839 en de komst van nieuwe industrie groeide de stad in een rap tempo naar de 50.000 inwoners, meer dan in de glorieuze jaren van de 17e eeuw. En die groei zette door dankzij de bloei van bedrijven als machinefabriek Figee, de chocoladefabriek Droste, de drukkerij Enschedé, de scheepswerf Conrad en de spoorrijtuigenfabriek Beijnes.
Bedrijfsverzamelgebouw
Nazaten van Figee openden in 1914 een nieuwe bedrijfshal aan het Spaarne. De onderneming had zich inmiddels gespecialiseerd in de bouw van hefkranen, heimachines en baggermolens. In de jaren 30 leed ook Haarlem onder de slechte economie en na de Tweede Wereldoorlog verdwenen de grote industriële bedrijven uit de stad. Haarlem werd een stad van diensten, scholen en overheidsinstellingen. Figee verhuisde rond de eeuwwisseling naar Amsterdam en ging in 2005 failliet. De voormalige machinefabriek begon in 2009 een tweede leven als bedrijfsverzamelgebouw.
Verduurzaming
Figeestaete heeft een oppervlakte van 1600 m2 en telt 3 verdiepingen. Buf Vaumont is er al jarenlang kind aan huis. De eigenaar van Buf Klimaatbeheersing hielp het afgelopen decennium een aantal gebruikers om hun units te verduurzamen. Vorige jaar zocht een meubelontwerper contact met hem. “Hij wilde een warmtepomp met vloerverwarming laten installeren en zijn ventilatiesysteem vernieuwen.”
Isolatie
Vaumont wist dat de randvoorwaarden gunstig waren. “Het gebouw is tijdens de crisis gerenoveerd en voorzien van isolatie en dubbel glas.” De opdrachtgever had zowel beneden als op de eerste verdieping ruimte tot zijn beschikking. “Alle kantoren en de showroom zijn nu ondergebracht op de begane grond, de eerste verdieping is bestemd voor creatieve werkzaamheden.”
Flexibel ruimtegebruik
Die indeling bracht bepaalde uitdagingen met zich mee. “Het ruimtegebruik boven moest flexibel blijven, terwijl het beneden juist meer was vastgelegd.” Daarnaast waren er budgettaire beperkingen. Een warmtepomp aanleggen bleek te prijzig te zijn. “Los van het budget was het ook problematisch om een geschikte opstelplaats te vinden.”
Van het gas af
Gelukkig had Vaumont nog een plan B. “We maken het pand nu klaar om tzt gasloos te worden en over te stappen op een warmtepomp.” In de tussentijd blijft de cv-ketel warmte leveren voor het vloerverwarmingssysteem en de productie van warm tapwater. “De aanvoertemperatuur gaat wel omlaag, naar de 40 °C.”
1000 m2 infrezen
De aanleg van een vloerverwarmingssysteem op de eerste verdieping bleek wel financieel haalbaar te zijn. Ruim 1000 m2 aan leidingwerk wordt binnenkort ingefreesd, een fikse uitdaging, temeer daar de meubelontwerper wel zijn bedrijf wil openhouden tijdens de verbouwing. Een goede planning en afstemming met de bouwpartners is dus geen sinecure. De oude buisradiatoren op de begane grond krijgen een andere bestemming. “Ze zijn verplaatst en worden nu ingezet om de kantoren op temperatuur te krijgen en de koudeval bij de glaspanelen tegen te gaan.”
Airco’s
Ook de bestaande aircosystemen op de begane grond blijven in gebruik. “Er hangen al 6 units, in de kantoorruimtes, daar komen nog 2 bij. Ze worden zowel voor koeling als verwarming gebruikt. De verduurzaming van de warmtevoorziening zal de meubelontwerper geen windeieren leggen. Dat geldt ook voor het nieuwe ventilatiesysteem. “Er waren 4 units met elk een vermogen van 2000 m3/h, eigenlijk veel te veel. Wij gaan dat vervangen voor 3 units met elk een vermogen van 800 m3/h. Dit gebalanceerde ventilatiesysteem krijgt een wtw-unit. Voor de toevoer van verse lucht gaan we de bestaande aanzuigpunten (via muurdoorvoer) gebruiken of aanpassen. We zijn er nog niet uit hoe en waar de lucht precies wordt ingeblazen. We weten al wel dat de afzuig zal plaatsvinden bij de WTW-unit via een stuk buis en een rooster.”
Tussenstap
“Ik vind het een bijzonder project vanwege de locatie en de geschiedenis. Een oud fabriekspand krijgt een nieuw leven als kantoorverzamelgebouw. Wij hebben vanaf het prille begin de ombouw mogen meemaken. Tijdens een dergelijk traject merk je ook dat het wel eens kan botsen tussen de idealen die we hebben als samenleving en de realiteit. We willen van het aardgas af, opdrachtgevers gaan daar ook graag in mee, maar ze hebben niet altijd het geld voorhanden om deze transitie te realiseren. Soms moet je dan een tussenstap zetten, zoals hier. Het pand is warmtepomp-ready gemaakt, maar blijft voorlopig afhankelijk van een cv-ketel voor de warmtevoorziening. Als er weer geld is, kan dan de volgende stap worden gezet en een warmtepomp worden geïnstalleerd.”
Al met al verwacht Vaumont over maximaal 6 maanden de renovatie te hebben voltooid met zijn bouwpartners
Balansventilatie
Balansventilatie gecombineerd met WTW zorgt op een energiezuinige manier voor de continue toevoer van frisse buitenlucht en afvoer van vervuilde lucht. Balansventilatie is een vorm van mechanische ventilatie: de lucht wordt met behulp van ventilatoren aangevoerd en afgevoerd. Er komt net zo veel lucht in je woning als eruit gaat en het systeem houdt optimaal rekening met je natuurlijke behoefte aan frisse, gezonde lucht. De warmte terugwin installatie warmt koude lucht van buiten op met warmte afkomstig uit de afgevoerde lucht. Dat maakt balansventilatie met WTW een energiezuinig ventilatiesysteem. Het energierendement kan wel oplopen tot 85%.
Filters
Hoe vaak moet je een klant nu adviseren om de filters van zijn balansventilatiesysteem te vervangen? In een gemiddelde woonwijk ongeveer 1 keer in de 6 maanden. Gaat het echter om een nieuwbouwwoning, dan zal het eerste jaar een hogere frequentie nodig zijn, bijvoorbeeld 4 keer. Een nieuwbouwwoning is na oplevering bijzonder vochtig en bevat nog zeer veel (bouw)stof. Eenzelfde situatie ontstaat in een bestaande woning bij een verbouwing. Ook dan kan het nodig zijn de filters vaker te vervangen. Je kunt eenvoudig zien wanneer een filter aan vervanging toe is: als het gehele filter verkleurd is door het stof en de structuur van het filtermateriaal niet meer te zien is, aldus verschillende bronnen op internet.