Legionella-evaluatie
VERLEG FOCUS NAAR PNEUMOPHILA
De belangrijkste conclusies zijn samengevat:
1. Het is effectiever om te focussen op legionella pneumophila, behalve waar sprake is van veel mensen met een zeer kwetsbare gezondheid.
2. Om groei van legionella in warmwatersystemen te voorkomen moet de temperatuur continu hoger dan 55 à 60 °C zijn.
3. Spoelen met koud water of mengwater zonder chemicaliën helpt niet of nauwelijks.
4. Ook in leidingvolumes kleiner dan 1 liter kan te veel biofilm met legionella ontstaan.
5. Op bepaalde leidingmaterialen kan makkelijk biofilm met legionella groeien.
Pneumophila
Gemiddeld wordt meer dan 90 % van de legionellose-gevallen veroorzaakt door de legionella-soort pneumophila. Ook bij de legionellaramp in Bovenkarspel was pneumophila de oorzaak. Bij monsternames wordt de soort non-pneumophila verreweg het meest aangetroffen. Deze vermenigvuldigt zich vooral in koudwater dat met regelmaat warmer is dan 25 °C. Legionella pneumophila vermenigvuldigt zich vooral in water dat langdurig een temperatuur heeft tussen 30 °C en 50 °C, bijv. in warmwaterinstallaties die onvoldoende hoog worden verwarmd.
Advies
KWR beargumenteert uitgebreid dat monitoren op non-pneumophila niet betrouwbaar is om pneumophila te beheersen. Het advies van KWR is om de wetgeving aan te passen en op locaties, zoals campings, hotels en zwembaden alleen te gaan monitoren op pneumophila. Alleen op locaties waar veel mensen met een ernstig verstoord immuunsysteem verblijven, zoals in ziekenhuizen en bepaalde zorginstellingen, zou men moeten blijven monitoren op alle soorten legionella.
Thermisch beheer
Met thermisch beheer wordt bedoeld, dat koud water onder 25 °C en warm water boven 60 °C moet blijven en dat er regelmatig moet worden gespoeld. Met het gegeven dat, de temperaturen in een gebouw in de zomer langdurig boven 25 °C komen en dat het effect van spoelen met water zonder chemicaliën vrijwel nihil is, moeten we concluderen dat het resultaat gering is.
Biofilm
Bij non-pneumophila kan de biofilm, waarin legionella groeit, op veel plaatsen zitten. Opvallend vaak blijkt deze in de douchemengkraan, mengleiding (doucheslang) en douchekop te zitten. De gebouweigenaar wil, na een positief monster, zo snel mogelijk van het probleem af en geeft dan vaak opdracht tot het chemisch en/of thermisch desinfecteren van de installatie. Het effect daarvan is tijdelijk en moet dus regelmatig worden herhaald. Dit geeft risico’s op fouten en aantasting van leidingmaterialen.
Ook als een centraal UF-filter of een ultraviolet-techniek wordt geïnstalleerd, kunnen positieve monsters terugkomen. Een preventieve oplossing die dan overblijft, is het toepassen van (elektro)chemie of techniek.
Opties
In situaties waarbij de biofilm met legionella alleen in en na de douchemengkraan blijkt te zitten kun je ook denken aan:
• wekelijks thermisch desinfecteren van de douchemengkraan-combinaties;
• jaarlijks reinigen en chemisch desinfecteren van de douchemengkranen;
• toepassen van legionellaveilige douchemengkranen en jaarlijks vervangen van doucheslangen en douchekoppen.
Wat werkt wel goed?
De temperatuur in warmwatervoorraadtoestellen en circulatiesystemen boven 55 °C à 60 °C houden, lijkt wel goed te werken. In de meeste situaties wordt hieraan in Nederland voldaan. Waar leidt monitoren op alleen pneumophila toe? Dit zal leiden tot meer focus op de gevaarlijkste soort legionella. Het zal ook zorgen voor minder positieve monsters, omdat pneumophila relatief weinig wordt aangetroffen. En minder positieve monsters zullen leiden tot:
• minder situaties waarin gebruikers van douches moeten worden beschermd;
• minder werk om de installatie legionellaveilig te maken na positieve monsters;
• minder noodzaak voor toepassing van speciale legionellabeheerstechnieken.
Lobby’s
Als reactie daarop zijn lobby’s van brancheverenigingen, zoals Water Alliance en Fenelab op gang gekomen, die het monitoren op alleen pneumophila bekritiseren. Er wordt verwezen naar rapporten die aangeven dat mensen ook besmet kunnen worden door non-pneumophila. Er wordt niet bij verteld dat het aantal zware legionellose-gevallen relatief veel lager is, dan voor pneumophila. Daarnaast wordt niet gemeld dat Frankrijk, Canada en België alleen monitoren op pneumophila en dat men dat in Italië ook van plan is. In Frankrijk blijkt het alleen monitoren op pneumophila zeer effectief te zijn. Intussen is bij veel gebouweigenaren bekend dat de focus waarschijnlijk gericht gaat worden op pneumophila en ontstaat onbegrip over de kostbare maatregelen die ze moeten nemen na positieve monsters non-pneumophila.
Aanpassing wetgeving
De verwachting is dat het focussen op pneumophila in 2025 wordt doorgevoerd. Deze aanpassing betreft niet alle aanbevelingen in het rapport van Berenschot-KWR.
Er zal ook nagedacht moeten worden
over de aanpassingen van de risicoanalyse. Daarbij kan gedacht worden aan onderwerpen zoals:
• het afschaffen van de 1 liter-regel;
• de beperkte invloed van wekelijks spoelen op legionellagroei;
• de invloed van de biofilmvormingspotentie van leidingmaterialen;
• vastleggen van omstandigheden waarin zich vooral pneumophila
kan ontwikkelen.
De regels voor de risicoanalyse zullen drastisch moeten worden aangepast. Daarop zullen ISSO 55.1 en BRL 6010 en ook de risicoanalyses en beheersplannen moeten worden aangepast.
Woningen worden vergeten
Woningen vallen buiten de legionellawetgeving, terwijl het steeds meer voorkomt dat mensen met een zeer kwetsbare gezondheid thuis moeten herstellen van een operatie of behandeling in het ziekenhuis. Hier zouden de overheid en het RIVM een rol kunnen spelen met goede voorlichting. De huidige voorlichting, waarbij wordt aangegeven dat men, na een periode van afwezigheid, de douche eerst even moet laten lopen is achterhaald. Men moet meer denken aan:
• het controleren of de armwatertemperatuur 60 °C is;
• regelmatig reinigen of vervangen van de doucheset;
• het doen van een sneltest, vergelijkbaar met de coronatest.
Hoge urgentie
De urgentie om de regels in overeenstemming te brengen met de inzichten in de evaluatie van Berenschot-KWR is hoog. Als we hier te lang mee wachten, zou het kunnen zijn dat binnen afzienbare tijd een groot aantal installaties regelmatig chemisch moet worden gedesinfecteerd of onnodig wordt voorzien van een (elektro)chemische techniek. Daarbij worden continu chemicaliën toegevoerd aan ons drinkwater