Anders verduurzamen
OVER ZOMER-WINTERWONINGEN
We moeten zo snel mogelijk en op grote schaal de CO2-uitstoot omlaag krijgen. Daarbij draait het vooral om de pieken in het gas-, de warmte- en het elektriciteitsgebruik. Vervolgens kunnen we dan de basislast aanpakken, betoogt Ronald Rovers. Volgens de bouwfysicus en Fellow van de Faculteit Bouwkunde aan de TU/E is het tijd voor een totaal andere benadering, waarbij een hoofdrol is weggelegd voor de installatiebranche.
“Traditioneel zijn installaties vaak uitgelegd op het invullen van de piekvraag. Dan zat je altijd goed. Dat was met fossiele, altijd beschikbare brandstof geen probleem. Maar met de huidige energietransitie kunnen we niet meer op deze weg doorgaan. De ironie is namelijk dat juist tijdens piekperiodes het aanbod aan duurzame energie het meest beperkt is. Daarom zijn we eigenlijk wel gedwongen om te zoeken naar een nieuwe en veel lagere balans tussen vraag en aanbod.”
Geen tijd meer
“En dat moet snel gebeuren. We hebben geen jaren de tijd meer om te wachten tot allerlei ideeën en onderzoeken tot prachtige nieuwe innovaties leiden. Maar, als we de curve alvast af kunnen buigen, dan winnen we wel wat tijd. Eigenlijk zouden we dit zo spoedig mogelijk moeten oppakken en op een manier die flexibel is, dat wil zeggen vervolgstappen niet in de weg zit.”
Rol installateur
“En daarbij komt de installateur om de hoek kijken. Een effectieve manier die snel resultaat oplevert, is om niet een complete renovatie uit te voeren, maar om een kleine warmtepomp naast de gasketel te hangen en die in hybride vorm samen te laten werken. Onderzoeken laten zien dat dat al tot 40% reductie kan leiden in het gasgebruik, vooral in het voor- en naseizoen. De gasvraag is daarmee significant kleiner, Groningen wordt ontlast en we zijn minder afhankelijk van Russisch gas. De gasketel springt dan namelijk alleen bij als het kwik fors daalt. Overigens zal dat met de stijgende temperaturen en warmere winters ook steeds minder vaak voorkomen. Als we er niet in slagen de klimaatverandering echt af te wenden, wordt die gasketel op termijn zelfs vanzelf overbodig.”
Elektriciteitsvraagstuk
“Natuurlijk leidt een elektrische warmtepomp tot een grotere elektriciteitsvraag. Daarom moeten we bij de installatie van een warmtepomp het dak ook direct volleggen met pv-panelen. Zo zet je forse stappen, want zowel de gasvraag als de CO2-uitstoot wordt gereduceerd en het aandeel hernieuwbare energie gaat omhoog. Deze eerste, eenvoudige fase in de energietransitie, kan snel worden uitgevoerd. Er hoeft niet aan de woning zelf te worden gesleuteld en de kosten zijn te overzien. Als we deze eerste fase binnen een paar jaar realiseren, boeken we al enorme vooruitgang.”
Lange adem
“Uiteindelijk willen we helemaal af van fossiele brandstoffen. Daarvoor moeten we sowieso de pieken in de warmtevraag tijdens de wintermaanden omlaag krijgen en de woning zelf aanpakken. Bijvoorbeeld door de woning te renoveren, de gevels en daken zwaar te isoleren en een lt-afgiftesysteem te installeren. Maar zelfs al zouden we erin slagen ieder jaar 100.000 woningen onder handen te nemen, dan zouden we nog 70 jaar bezig zijn. Tegen die tijd is een mogelijk gevaarlijke klimaatverandering, we praten dan over een temperatuurstijging van meer dan 3 graden, al onvermijdelijk. Met alle gevolgen van dien. Mocht er toch voor deze aanpak worden gekozen dan is stap 1 geen zinloze exercitie geweest. Op termijn zullen de installaties immers ook aan vervanging toe zijn en alles wat je in de tussentijd hebt bespaard aan energiegebruik is mooi meegenomen.”
Addertje
“Toch zit er een addertje onder het gras. Zowel het ‘verduurzamen’ van de woning als het optuigen van het resterende hernieuwbare energienetwerk vragen om enorm veel materialen, waarvan de productie voorlopig nog met veel CO2-emissies gepaard gaat. Zoveel zelfs, dat, als we alles bij elkaar optellen voor de hele woningvoorraad, het weer meer is dan we ons kunnen permitteren. We moeten dus ook een piekvraag in materialen vermijden.”
Nieuwe aanpak
“En dat brengt me bij de volgende stap: We moeten van het idee af dat we de hele woning moeten verduurzamen. Dat het huis 24 uur per dag op 21 graden gehouden moet worden. Als we de hele woning inpakken, doen we net alsof het 365 dagen per jaar vriest. Vandaar dat ik pleit voor een andere oplossing: het omturnen van bestaande woningen tot, wat ik, ‘zomer-winterwoningen’ noem. In de winter als het echt koud is, trekken we ons terug in de kern van de woning, zeg de eethoek en de keuken, en zorgen we dat we een paar weken alleen dat deel comfortabel houden. Precies de weken waarin de warmtepomp het net niet meer aankan en de gasketel bij zou moeten springen.”
Zonering
“Op deze wijze hoeven we niet hele woningen te isoleren en van een nieuw verwarmingssysteem te voorzien. Je pakt alleen een kleine kern aan, isoleert dat gedeelte en installeert een passend verwarmingssysteem. Vergelijk het met wat oudere huizen, waar nog schuifdeuren en lokale kachels in zaten. Die schuifdeuren doen we dicht. Alles bij elkaar scheelt dat een enorme hoeveelheid werk, materialen en energie. Bovendien brengt deze oplossing een lagere netbelasting met zich mee en volstaat al een lagere capaciteit van centrale systemen, zoals het elektriciteits- of warmtenet. Tot slot wordt het zo ook eenvoudiger om een balans te vinden tussen zomer- en winterbelasting van het net.”
Creativiteit
“Overigens vraagt zo’n kern-oplossing wel om de nodige creativiteit, ook van installateurs en aanpalende disciplines. Zelf ben ik op zoek gegaan naar een moderne schuifdeur, maar merkte al snel dat de keuze beperkt is. Of het wordt een vaste deur, die een barrière vormt voor de rest van het jaar, of het zijn enkelglas schuifdeuren, veelal hangend met spleten. Een mooie oplossing van dubbelglas, die in de zomer uit zicht verdwijnt, is er (nog) niet. Ook in het schakelen met twee temperatuurzones valt nog wat te ontdekken. De rest van het huis moet immers wel vorstvrij blijven, eventueel bijvoorbeeld met een infrarood paneel op de badkamer. Maar, terwijl we die eerste stap uitvoeren, waarbij woningen worden voorzien van hybride warmtepompen en zonnepanelen, ontwikkelen we de zomer-winter woning gewoon verder. Bij beide stappen speelt de installateur een belangrijke rol. Hij zou ze bijvoorbeeld als deel- of totaalpakket kunnen aanbieden.”
Integraal ontwerpen
“Waar het op neerkomt, is dat we de woningbouw en utiliteit niet kunnen blijven benaderen zoals we dat altijd gedaan hebben. We moeten in het licht van de energietransitie waarin we ons nu bevinden, de gebouwde omgeving opnieuw uitvinden. We hebben niet alleen voor de bestaande bouw een creatieve, snelle en effectieve aanpak nodig, maar ook in de nieuwbouw. Bouwfysici, installatieadviseurs, installateurs, bouwkundige aannemers en architecten zullen gezamenlijk met elkaar moeten optrekken, om zowel het energiegebruik als de materiaalbelasting drastisch omlaag te brengen, gas uit te faseren, en de CO2-uitstoot op 0 te krijgen. Hier ligt overigens ook een taak voor de vakopleidingen om mensen klaar te stomen.”
CO2-lockdown
“In Oostenrijk heeft men al een aantal gebouwen zodanig weten te ontwerpen, dat ze op basis van de interne warmtelast en zonnewarmte geheel zonder verwarmingsinstallaties kunnen functioneren. Of dat de ultieme oplossing is, zal de tijd moeten leren, maar het geeft aan dat we op een heel diep, fundamenteel niveau anders naar de gebouwde omgeving moeten leren kijken. Te beginnen bij de bestaande bouw: de curve moet snel omlaag. Net zoals we nu de verspreiding van het coronavirus willen elimineren, moeten we dat ook met CO2-emissies doen. Om nog grotere rampen, of zelfs een CO2-lockdown te voorkomen.”