“Hardenberg is een uitzondering”

De innovatieroute schetst een betrouwbaar beeld van de trends die de installatiebranche domineren. “Maar de themapleinen zou ik anders inrichten,” zegt Erik Bek. IZ ‘leest’ samen met de bekende ex-installateur, adviseur, docent, gastspreker en columnist ’s lands bekendste regionale vakbeurs.

Erik Bek draait “al sinds de jaren ’90 mee in het wereldje”. Ooit begonnen als installateur leidt hij tegenwoordig het adviesbureau IDEA. Daarnaast is Bek actief als gastdocent op diverse opleidingen, variërend van VMBO tot HBO niveau. De vriendelijke reus treedt ook regelmatig op als gastspreker, bijvoorbeeld tijdens seminars van fabrikanten en verzorgt een column bij, helaas, een concurrerende titel. Bek is het prototype van de enthousiaste en sympathieke vakfanaat, die niet om een mening verlegen zit. Samen met deze installatiebranche man pur sang keken we naar het programma, de opzet en het doel van de Installatievakbeurs Hardenberg.

“Succesformule”

Allereerst, hij benadrukt het diverse malen tijdens het gesprek, wil hij nog maar eens beklemtonen dat Hardenberg “echt uniek is. Het is een succesformule. Andere regionale vakbeurzen draaien stukken slechter of zijn inmiddels gesneuveld. Ook de landelijke spelers doen het beroerd; denk aan een VSK en de Bouwbeurs.” Daar zijn meerdere oorzaken voor aan te wijzen, vermoedt Bek.

“Beursmoe”

Zo begint de vakwereld “beursmoe” te worden. “Er is zo’n ruim aanbod, je kunt het niet meer bijbenen. Daarnaast heeft internet het speelveld drastisch veranderd. Vroeger spaarden de fabrikanten hun innovaties op voor grote beurzen. Ze gooiden er zelfs nog van te voren reclamecampagnes tegenaan. Je had dus als vakman iets om naar uit te kijken. Tegenwoordig lanceren fabrikanten nieuwe producten via hun websites, nieuwsbrieven, op Social Media en sturen ze vervolgens hun Accountmanagers op pad om het verdere traject te verzorgen. Jammer genoeg weten beurzen niet goed in te spelen op deze ontwikkelingen. Zo schieten ze al snel in de kramp of overdrijving, als ze bovenop een trend willen zitten. Neem bijvoorbeeld de laatste Energiebeurs; daar zag ik vooral PV-systemen, wat duidelijk ten koste ging van de aandacht voor andere ontwikkelingen op het gebied van duurzame energie.”

Sfeer en beslissers

Maar, Bek herhaalt het nog eens, Hardenberg weet zich in weerwil van de algemene trend toch te handhaven en door te groeien. “Het heeft te maken met de sfeer. Ik ervaar die als open en ongedwongen. Ik zie ook een ander publiek dan op de VSK en Bouwbeurs. Toen ik nog installateur was, gingen we vooral naar de laatste twee beurzen toe om plezier te maken en een beetje rond te snuffelen in de ketelhallen. Op Hardenberg zie je meer beslissers.”

Innovatieroute

Hardenberg laat de bezoekers via de innovatieroute kennismaken met de belangrijkste trends van dit moment. Bek juicht dit initiatief toe. Systeemintegratie, IoT, duurzame energie, aandacht voor koolmonoxide en gebruikersgemak zijn allemaal onderwerpen die de gemoederen bezig houden in installatieland. Daarnaast heeft de beurs twee themapleinen ingericht waar extra aandacht wordt geschonken aan ontwikkelingen op het gebied van de Meet- en Regeltechniek en Sanitaire Technieken. Bek: “Geen slecht idee, alleen zou ik zelf de pleinen anders inrichten.”

Themapleinen

“Ik zou één plein wijden aan de bestaande woningbouw en verduurzaming. Dat is een vraagstuk waar we als sector flink mee worstelen. Op dit moment is corporatieland bezig met een forse inhaalslag. Het Enegieakkoord streeft naar een energiebesparing van 100 PJ in 2020. Bovendien moet in 2023, bouwbreed, 16% van de energie op een duurzame wijze worden opgewekt. Er zijn al verschillende concepten op de markt om deze doelstellingen te realiseren, maar of ze allemaal even effectief zijn waag ik te betwijfelen. Vandaar mijn voorstel om op één themaplein een oud huis neer te zetten, waarin je laat zien welke technieken er voorhanden zijn om die verduurzaming te realiseren. Daar omheen kunnen dan fabrikanten en leveranciers hun stands inrichten. Het andere themaplein zou ik wijden aan het binnenmilieu en de luchtkwaliteit. Een onderbelicht onderwerp. Het is ronduit monsterlijk wat je soms tegenkomt. Zo zie ik regelmatig complexen, waar de schimmel bij wijze van spreken de deur uitloopt.”

Integrale oplossingen

Bek vindt het ook jammer dat de vakbeurs geen aandacht schenkt aan aanpalende disciplines en subsidies voor duurzame maatregelen. “Het is niet meer van deze tijd om als installateur alleen met je eigen vakgebied bezig te zijn. Als sector zijn we gebaat bij integrale oplossingen. Ik vind dat een installateur ook bijvoorbeeld eenvoudige bouwkundige gebreken moet herkennen. Wat heeft het voor zin om een ander warmteafgiftesysteem te adviseren als de vloer nog steeds ongeïsoleerd is? En wat betreft die subsidies; rond de eeuwwisseling pakten de fabrikanten flink uit met duurzame oplossingen, zoals warmtepompen en HRe-ketels. Ik zie nu echter weer een tendens om vooral cv-ketels te promoten. Installateurs kennen de weg niet naar het subsidieloket, begrijpelijk, we zitten in een sector met pappa en mamma bedrijven die vooral zijn ingericht op productie en minder op het vergaren van kennis over innovaties en financieringsmogelijkheden voor klanten. Maar daar schuilt een gevaar in; de tijden veranderen. Klanten worden kritischer, ze willen totaaloplossingen en het liefst zo duurzaam mogelijk.”

“Als ik installateurs een boodschap zou mogen meegeven na een middagje rondstruinen op Hardenberg zou ik zeggen: ‘Draai in het vervolg vier dagen per week productie en ruim één dag in voor studie en netwerken’. En oh, stel het niet uit, want de toekomst is al om de hoek.” 

“Volstrekt kansloos”

Otib zal op de vakbeurs een loopbaancentrum inrichten om ‘vraag en aanbod’ bij elkaar te brengen. Het thema ‘vers bloed’ ligt Bek nauw aan het hart. Al jarenlang probeert hij als gastdocent jongeren te bewegen om de techniek in te stappen. Hij windt zich op over de situatie in het huidige onderwijs, waar vaste docenten zich vaak moeten bedruipen met achterhaalde leermethodes en –middelen. “Het is al een zware opgave om op te boksen tegen de vooroordelen die er heersen over de installatiesector, maar op deze manier is het volstrekt kansloos. Je moet aansluiting zoeken bij de belevingswereld van jongeren. Zowel de toekomstige handjes als ICT-specialisten in de installatiebranche. Daar moeten dan wel de meest up-to-date middelen voor zijn in het klaslokaal.”

De weg kwijt

Volgens Bek kiest bouwend en installerend Nederland stelselmatig voor de verkeerde aanpak bij de verduurzaming van de bestaande bouw. “Corporaties beheren ongeveer 3,5 miljoen woningen, pak ‘m beet 50% van de bestaande huizenvoorraad. In de sociale woningbouw zijn de financiële middelen beperkt, als je dan aan de hand van de Trias Energetica duurzame maatregelen wilt doorvoeren, ga je het niet redden. Vandaar mijn advies om zoveel mogelijk geld te steken in de schil van de woningen. Schroef de isolatiewaarde fors op en vul de resterende warmtevraag in met een HR-ketel. De eerstkomende 15-20 jaar zitten we nog wel aan het gas. Pas daarna verwacht ik de definitieve doorbraak van betaalbare, duurzame alternatieven. Daar valt overigens op te anticiperen door alvast een toekomstbestendige technische infrastructuur aan te leggen. Er zijn fabrikanten die nu al proberen om warmtepompen binnen te loodsen in de bestaande bouw. Zinloos. Ze kampen namelijk met twee problemen. A, de COP van warmtepompen duikelt drastisch omlaag bij de productie van warm tapwater en B, als de isolatielaag dun is, kunnen ze de warmtevraag niet aan.”